Intrathecale pijntherapie

De pijnspecialist heeft met u besproken dat u mogelijk in aanmerking komt voor het plaatsen van een onderhuidse medicijnpomp, hierna intrathecale pijntherapie genoemd. In deze folder vindt u informatie over deze behandeling. Het is goed dat u zich realiseert dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven.

Wat is intrathecale pijntherapie?

Intrathecale pijntherapie is een behandeling tegen chronische pijn. Bij deze behandeling wordt pijnstillende medicatie toegediend via een dun slangetje (katheter) in de ruimte naast het ruggenmerg (intrathecale ruimte). De katheter is verbonden met een pomp die onder de huid in de buik wordt geïmplanteerd. Medicijnen die op deze manier toegediend worden, werken krachtiger en sneller dan medicijnen die via de mond of huid toegediend worden. Hierdoor kunnen we uw pijn beter bestrijden, met minder medicijnen.

Het implanteren van de intrathecale pijnpomp en de katheter is een chirurgische ingreep. Deze vindt plaats op de operatiekamer onder algehele anesthesie (narcose).

De medicijnpomp

De medicijnpomp (of intrathecale pomp) is een rond metalen doosje waarin medicatie wordt opgeslagen. Het doosje heeft een doorsnede van 7 cm en is 2,5 cm dik. In het midden is een kleine vulopening. Via deze opening wordt met een speciale naald het doosje gevuld met pijnstillende medicatie. Het aanprikken van de vulopening gebeurt door de huid van uw buik. De vulopening sluit vanzelf.

De medicijnpomp pompt medicatie via de katheter in de ruggenmergvloeistof. De pomp heeft een geheugen dat veel informatie bevat, zoals uw naam, uw geboortedatum, welke soort pomp u heeft, de lengte en hoogte van de katheter, de concentratie van de medicatie, de snelheid waarmee de pomp loopt en de datum waarop medicatie moet worden bijgevuld.

Voor wie is intrathecale therapie bedoeld?

Intrathecale therapie is bedoeld voor oncologiepatiënten met een levensverwachting van langer dan zes maanden. Zij moeten aan een aantal voorwaarden voldoen om te kunnen worden behandeld.

Voorwaarden voor intrathecale pijntherapie

Om in aanmerking te komen voor intrathecale pijntherapie moet u aan een aantal voorwaarden worden voldoen:

  1. Medicijnen en andere therapieën die u tot nu toe heeft gehad werken onvoldoende of hadden te veel bijwerkingen. 
  2. U bent niet verslaafd aan medicijnen, alcohol of drugs. 
  3. U en uw partner/familie weten dat intrathecale pijntherapie uw pijn kan verminderen, maar dat uw pijn niet helemaal verdwijnt. 
  4. U blijkt na een onderzoek geschikt te zijn voor intrathecale pijntherapie.

Beoordeling

Van tevoren kijken we of u geschikt bent om de behandeling te ondergaan. U bezoekt daarvoor de polikliniek Pijnbehandeling, meestal in Zeist. U heeft dan een gesprek met de pijnspecialist en met de physician assistant Pijnbehandeling. Deze functie korten we af en noemen we hierna 'PA'. 

De PA bespreekt met u:

  • wat intrathecale pijntherapie is en hoe de behandeling verloopt
  • welke behandelingen/onderzoeken u al heeft gehad en de resultaten daarvan
  • de leefregels na de behandeling en eventuele complicaties van de behandeling

Ook plannen we een MRI-onderzoek in.

Meteen na het gesprek met de PA vult u enkele vragenlijsten in en een toestemmingsformulier voor het uitvoeren van de ingreep. De formulieren kunt u daarna afgeven bij de secretaresse Pijnbehandeling.

Uitslag

De pijnspecialist en het team bespreken de gesprekken en de uitslag van de MRI. De pijnspecialist besluit daarna of u geschikt bent voor intrathecale pijntherapie. Als dat het geval is, plannen we de operatie in.

Begeleiding

De PA begeleidt u tijdens de voorbereidingen en de behandeling. Hij/zij is opgeleid om taken over te nemen van een medisch specialist. Als het nodig is, overlegt hij/zij met de pijnspecialist over uw behandeling.

Als de medicijnpomp is geïmplanteerd, wordt de zorg overgenomen door Care4homecare. Een medewerker van deze organisatie komt dan bij u thuis de pomp instellen en vullen.

Wilt u een afspraak maken met de PA of een afspraak wijzigen, neem dan contact op met het secretariaat Pijnbehandeling. Het telefoonnummer vindt u achter in deze folder.

Preoperatieve screening

Zodra uw arts u heeft verwezen voor de behandeling starten we met de voorbereiding ervan. Zo kijken we welke verdoving voor u geschikt is en of u nazorg nodig heeft. Deze voorbereiding noemen we de preoperatieve screening. Hoe de preoperatieve screening verloopt en wat u hiervoor zelf moet doen leest u in de folder ‘Het plannen van uw operatie’.

Opname

Nuchter zijn

Omdat de operatie onder algehele anesthesie plaatsvindt, is het belangrijk dat u voorafgaand aan de operatie nuchter bent. Meer informatie over anesthesie en nuchter zijn leest u in de folder Algehele en regionale anesthesie.

Melden

Voor de plaatsing van de pijnpomp wordt u afhankelijk van het beloop twee tot vijf dagen opgenomen op locatie Zeist (of soms Utrecht) van het Diakonessenhuis. Op de dag van de behandeling meldt u zich bij de receptie van de verpleegafdeling. Een verpleegkundige brengt u naar uw kamer, waar u een bed en een kledingkast krijgt toegewezen. U krijgt operatiekleding en medicijnen ter voorbereiding op de operatie. Als u aan de beurt bent, wordt u vanaf de verpleegafdeling naar de wachtruimte van de operatieafdeling gebracht. Een anesthesiemedewerker haalt u daar op en brengt u naar de operatiekamer.

Voorbereiding op de operatie

Tijdens de behandeling bent u aangesloten op apparatuur die uw hartslag, bloeddruk en zuurstofgehalte in het bloed meten. De operatie vindt plaats onder algehele anesthesie (narcose). Bij algehele anesthesie maakt u niets van de operatie bewust mee en voelt u niets. Via het infuus worden de medicijnen voor de algehele anesthesie toegediend. U krijgt ook antibiotica toegediend via het infuus.

De operatie

In overleg met u is afgesproken waar de intrathecale pomp in de buikwand wordt geplaatst. De operatieve implantatie duurt 60 tot 90 minuten. Tijdens de operatie wordt onderhuids ruimte gemaakt om de pomp te plaatsen. De katheter is een dun en flexibel slangetje dat met één kant in de ruimte rond het ruggenmerg wordt ingebracht. Vervolgens wordt de katheter onderhuids van de rug naar de buik gebracht en op de pomp aangesloten. Tenslotte worden de operatiewondjes gehecht.

Na de operatie

De dag na de operatie komt de PA bij u langs op de verpleegafdeling om de wonden na te kijken en u instructies te geven.

Gedurende de opname komt de PA dagelijks bij u langs voor verdere programmering van de pomp. De PA bepaalt de hoeveelheid medicatie die u per dag krijgt toegediend aan de hand van vragen die hij/zij stelt over uw gezondheid, pijnvermindering en bijwerkingen.

U bouwt uw huidige pijnmedicatie zoveel mogelijk af, soms zelfs helemaal. De pomp vervangt dan uw huidige pijnmedicatie.

Ontslag

Care4homecare

Als u met ontslag gaat, neemt Care4homecare de zorg voor de pomp bij u thuis over. In het eerste gesprek heeft de PA dit al met u besproken. Care4homecare is een instelling voor medisch specialistische zorg en bestaat uit een ambulant medisch team. Care4homecare verzorgt het vullen en bijstellen van de medicijnpomp. Tijdens de opname in het ziekenhuis komt een verpleegkundig specialist van Care4homecare bij u langs voor een kennismakingsgesprek. Na deze eerste kennismaking volgen in overleg met u en uw specialist verder afspraken voor het vullen en bijstellen van de pomp bij u thuis.

Afstandsbediening

Bij uw ontslag krijgt u een afstandsbediening mee waarmee u de pomp zelf kunt activeren om zo nodig extra pijnmedicatie af te geven. Care4homecare stelt deze afstandsbediening voor u in.

Registratiekaart

Als u ontslagen wordt uit het ziekenhuis, krijgt u een registratiekaart mee. Daarop staat vermeld:

  • serienummer van de pomp 
  • katheternummer 
  • type katheter 
  • lengte en volume van de katheter 
  • noodtelefoonnummers 
  • noodprocedure bij onder- en overdosering

Adviezen na de ingreep

  • De wonden mogen de eerste tien dagen niet nat worden in verband met infectiegevaar. Daarom mag u niet douchen, baden en zwemmen.
  • Laat de pleisters die tijdens de operatie geplakt zijn zitten. Haal ze er alleen af als de pleisters uit zichzelf loslaten. 

Programmeren en vullen van de pomp

Programmeren van de pomp

De intrathecale pomp is programmeerbaar via een externe tablet. De gegevens worden via de tablet draadloos overgebracht naar de pijnpomp. De batterijen van de pomp hebben een levensduur van ongeveer zeven jaar. De pomp heeft een ingebouwd veiligheidssysteem met twee alarmsignalen: een tweetonig geluid en een enkeltonig geluid.

Vullen van de pomp

De pomp moet iedere drie maanden gevuld worden. Deze steriele procedure wordt gedaan met een prik door de buikhuid in de pomp. De medicatie die nog in de pomp aanwezig is, wordt met een speciale naald verwijderd. Daarna wordt de pomp opnieuw gevuld met nieuwe medicatie. Via de tablet wordt aan de pomp doorgegeven dat er weer voldoende medicatie in de pomp zit en wat de snelheid van de pomp moet zijn.

Alarmsignalen

Tweetonig alarmsignaal

Als de pomp uitvalt, hoort u iedere 10 minuten een tweetonig signaal. U moet onmiddellijk contact opnemen met het ziekenhuis en dan naar het ziekenhuis komen. Dit is belangrijk om een acute onderdosering te voorkomen. 

Mogelijke oorzaken:

  • De pomp is leeg (bijvoorbeeld doordat deze niet tijdig is bijgevuld.)
  • De katheter is verstopt.
  • De pomp is gestopt door een groot magnetisch/elektrisch veld (MRI/scanner op luchthaven etc). 
  • De batterij is leeg (End Of Service).
  • De pomp staat meer dan 48 uur stil.
  • Er is een kritisch geheugen- of programmeringsprobleem. De pomp schakelt automatisch over naar de laagste stand.

Enkeltonig alarmsignaal

Het enkeltonig signaal is minder dringend en gaat ieder uur af. Het geeft aan dat er een probleem is met de pomp. Deze moet binnen acht uur worden nagekeken. 

Mogelijke oorzaken:

  • Laag reservoir volume is bereikt (in principe gaat alarm af wanneer er nog 2ml in de pomp aanwezig is)
  • End Of Service is binnen 90 dagen
  • Niet-kritisch geheugenprobleem 

Ook bij het enkeltonig signaal is het belangrijk om onmiddellijk contact op te nemen met Care4homecare via telefoonnummer 088 318 0000 of met het Diakonessenhuis via telefoonnummer 088 250 9148.

Mogelijke complicaties/bijwerkingen

Alle behandelingen kennen complicaties en risico’s. Hieronder vindt u specifieke bijwerkingen van de implantatie. De kans op deze complicaties en risico’s is heel klein maar om tot een goede beslissing te komen, is het belangrijk dat u volledig geïnformeerd bent.

Neem in geval van onderstaande complicaties/bijwerkingen altijd contact op met de afdeling Pijnbehandeling.

Mogelijke complicaties/bijwerkingen:

  • Infectie. Na een operatie kan een ontsteking ontstaan. Soms rond de katheter, soms rond de pomp. Als u roodheid, meer pijn, warme huid, koorts (boven 39 graden), koude rillingen ervaart of er komt pus uit de wond, neem dan contact op met de afdeling Pijnbehandeling. 
  • Hoofdpijn. Omdat de ruggenmergvliezen tijdens de definitieve plaatsing worden aangeprikt, bestaat de kans dat er wat hersenvocht weglekt. Hierdoor kunt u een bonkende hoofdpijn krijgen, die erger wordt bij rechtop komen (zitten of staan). Ook kunt u zich duizelig voelen of misselijk zijn. U kunt het beste plat blijven liggen, paracetamol innemen en veel drinken (3 liter per dag). Aanbevolen wordt cafeïnehoudende dranken in te nemen, zoals koffie of cola. Als u na drie dagen nog steeds hoofdpijn heeft, neem dan weer contact op met de afdeling Pijnbehandeling.
  • Wondlekkage. Lekkage van wondvocht (seroom) of heel soms bloed (hematoom) naar de implantatieplaats van de pomp. Dit kan zorgen voor een verdikking, verkleuring en pijn rondom de pijnpomp. Neem contact op met de afdeling Pijnbehandeling. 
  • Zenuwschade. Dit is een zeldzame complicatie en kan doofheid van de huid (‘slapend’ gevoel) of een tijdelijke of blijvende verlamming van de benen tot gevolg hebben. Neem altijd contact op met de afdeling Pijnbehandeling. 
  • Bloeding. Een bloeding in het ruggenwervelkanaal (epiduraal hematoom) treedt zelden op. De bloeding veroorzaakt de eerste dagen na de ingreep rugpijn en soms uitval van de kracht in de benen. In het ergste geval zal het bloedstolstel operatief moeten worden verwijderd. 
  • Reactie op medicatie. Bijwerkingen van de medicatie kunnen voorkomen, meestal worden jeuk, misselijkheid/braken, buikpijn, onrustige benen, eigenaardige geuren en smaken en hartkloppingen gezien. 
  • Over- en onderdosering: Deze zijn mogelijk na een pompvulling of verandering van dosering. 
    • Bij zowel over- als onderdosering is diarree vaak een eerste symptoom.
    • Symptomen van overdosering: sufheid, duizeligheid, kleine pupillen, trage reactie, praten met dubbele tong, moeite met ademhaling. 
    • Symptomen van onderdosering: geprikkeld, angst, spierpijn, buikpijn, zweten, gapen, rusteloosheid, emotioneel, agressie. 
  • Uitvallen van de pomp. Dit kan gebeuren na blootstelling aan een MRI of een ander groot magnetisch of elektrisch veld. De pomp zal iedere 10 minuten een tweetonig signaal afgeven. Het is noodzakelijk dat u naar het ziekenhuis komt nadat u contact hebt opgenomen met de afdeling Pijnbehandeling op het noodnummer 088 250 9148. 

Leefregels voor veilig gebruik van de pomp

  • Vermijd extreme belasting van de rug om beschadiging en verschuiving van de katheter te voorkomen. 
  • Vermijd extreme druk en temperatuurschommelingen. Gebruikmaken van een (infrarood)sauna warmer dan 60 graden en hyperbare zuurstoftherapie kan leiden tot een onder- of overdosering van medicatie. 
  • Behandeling met een niersteenvergruizer raden we af. 
  • Het is belangrijk dat de pomp na de operatie de tijd en rust krijgt zich goed aan de buikwand te hechten. Het ronddraaien van de pomp kan schade aan de katheter veroorzaken: knikken, loskomen en scheuren van de katheter. Het is daarom af te raden om de pomp te betasten. 
  • Probeer u aan uw afspraak voor het vullen van de pomp te houden. 
  • Houd rekening met uw reisplannen zodat de pomp op tijd gevuld en eventueel vervangen kan worden. 
  • Draag uw registratiekaart altijd bij u. Informeer uw tandarts, de chirurg of andere (para)medici dat bij u een intrathecale pomp is geïmplanteerd. Bij sommige chirurgische of tandheelkundige behandelingen is het nodig om preventief antibiotica voor te schrijven om het risico op infectie te verminderen. 
  • Medische onderzoeksmethoden, zoals röntgen, isotopen en echo-onderzoek beïnvloeden de pomp niet. Uw pomp kan door de meeste MRI's heen. De pomp dient wel binnen 2 uur na MRI te worden uitgelezen door Care4homecare. Dit geldt ook voor MRI-scans die door andere specialisten worden uitgevoerd. Neem contact op met Care4homecare indien u een MRI-scan moet ondergaan, zodat de juiste procedure gevolgd kan worden. 
  • Huishoudelijk apparatuur zoals magnetrons, inductiekookplaten, computers en geluidsapparatuur beïnvloeden de pomp niet. Wel is het verstandig uit de buurt te blijven van industriële apparatuur en zeer sterke magneten. 
  • Wees voorzichtig bij het besturen van een motorvoertuig. Rijd niet als u zich niet goed voelt of één van de bijwerkingen ervaart. 
  • Draag geen knellende kleding rond de pomp. U kunt hierdoor de huid beschadigen. 
  • Meld aan de pijnspecialist of PA welke andere medicatie u neemt, ook als er wijzigingen in uw medicatie zijn geweest. 

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neem dan contact op met de afdeling Pijnbehandeling.

Telefoonnummers

Polikliniek Pijnbehandeling Zeist
088 250 9122 - bereikbaar tussen 8.00 en 17.00 uur / 088 250 9148 (spoedgevallen)

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 23 februari 2024

Code: P27