Keizersnede
In deze folder vindt u informatie over de keizersnede in het Diakonessenhuis. De gynaecoloog heeft enkele zaken al met u besproken. In deze folder kunt u de informatie nog eens rustig nalezen en wordt op diverse zaken dieper ingegaan. Het kan zijn dat uw persoonlijke situatie anders is dan wordt beschreven.
Zie voor algemene informatie over de keizersnede www.degynaecoloog.nl.
Meer informatie over bevallen in het Diakonessenhuis vindt u ook op onze website.
Wat is een keizersnede?
Een keizersnede is een operatie waarbij het kind via een snede in de buikwand ter wereld komt. De operatie duurt ongeveer 45 minuten. De baby wordt meestal binnen een kwartier na het begin van de operatie geboren. Daarna maakt de gynaecoloog de baarmoeder en de verschillende lagen van de buikwand met hechtingen dicht.
Reden voor een keizersnede
De gynaecoloog adviseert een keizersnede alleen als een bevalling via de vagina (schede) niet mogelijk is of te grote risico’s met zich meebrengt voor u, uw kind of voor u beiden. Omdat bij een keizersnede complicaties kunnen optreden, wordt de operatie alleen uitgevoerd als er een goede reden voor is.
Bekijk de video over een keizersnede
Soorten keizersnede
Een geplande keizersnede
Soms is al vóór de bevalling duidelijk dat te zijner tijd een keizersnede noodzakelijk zal zijn. Bijvoorbeeld als de placenta (moederkoek) voor de baarmoedermond ligt, de baby in stuit ligt, als een vleesboom de indaling van het kind verhindert, of als er complicaties zijn zoals een placenta die onvoldoende functioneert. In deze gevallen spreekt men van een geplande of primaire keizersnede.
Een keizersnede tijdens de bevalling
Vaak wordt pas tijdens de bevalling duidelijk dat een keizersnede nodig is. Dit noemen we een secundaire keizersnede. De meest voorkomende redenen daarvoor zijn het niet vorderen van de bevalling en/of dreigend zuurstofgebrek van het kind.
Natuurlijke keizersnede (of Gentle sectio)
Als u een geplande keizersnede of een secundaire keizersnede ondergaat, wordt in principe altijd de natuurlijke keizersnede gedaan. Dit wordt ook wel ‘gentle sectio’ genoemd. Omdat bij de keizersnede het kind door de gynaecoloog uit de buik wordt gehaald mis je als ouders enkele kennismakingsmomenten die je wel hebt bij een vaginale bevalling. Bij de gentle sectio besteden we daar meer aandacht aan en kunt u als u dat wilt meekijken op het moment dat uw kind wordt geboren, en komt uw kind na een korte controle door een kinderarts op de operatiekamer meteen op de borst en blijft daar zo lang mogelijk, bij voorkeur gedurende de verdere operatie. De gentle sectio sluit goed aan bij onze visie van gezinsgerichte zorg waarbij ouders en kind centraal staan. De gynaecoloog en intakeverpleegkundige zullen u hierover vooraf informeren.
Moeder geassisteerde keizersnede
Als u een geplande keizersnede ondergaat, kunt u in het Diakonessenhuis in overleg met de gynaecoloog kiezen voor de moeder geassisteerde keizersnede. Bij de moeder geassisteerde keizersnede kan de moeder de baby zelf aanpakken tijdens de operatie en direct op de borst leggen. Op deze manier is de moeder de eerste die de baby aanraakt en kan er meteen huid op huid contact plaatsvinden. Als het medisch verantwoord is, kijkt de kinderarts de baby na terwijl deze op de borst van de moeder ligt. De baby blijft op de borst liggen gedurende de verdere operatie. De moeder geassisteerde keizersnede sluit goed aan bij onze visie van gezinsgerichte zorg waarbij ouders en kind centraal staan.
De moeder geassisteerde keizersnede wordt niet standaard gedaan en kan daarom ook niet altijd. We moeten ruim van tevoren in de planning kijken of het mogelijk is en de moeder krijgt van de gynaecoloog die de keizersnede doet een uitleg vooraf.
Een moeder geassisteerde keizersnede is ook niet altijd mogelijk omdat het medisch noodzakelijk kan zijn dat de gynaecoloog het kind uit de buik haalt.
Voorbereiding op een geplande keizersnede
Onderzoeken en gesprekken
Zoals bij elke operatie vindt bij een geplande keizersnede vooraf onderzoek plaats naar uw gezondheidstoestand. De gynaecoloog en intakeverpleegkundige stellen vragen over uw gezondheid en soms wordt een lichamelijk onderzoek gedaan, zoals het luisteren naar hart en longen. Verder wordt er bloedonderzoek uitgevoerd als dit niet recentelijk nog in het ziekenhuis is gedaan.
Niet ontharen en geen bodycrème
U wordt verzocht het operatiegebied minimaal één week voor de operatie niet te ontharen. Dit om het risico op infectie door huidbeschadiging zo klein mogelijk te houden. Gebruik op de ochtend van de keizersnede geen bodycrème.
Nuchter zijn
Op de dag van de operatie moet u nuchter zijn. Dit betekent dat de maag zo leeg mogelijk moet zijn om de kans te verkleinen dat de maaginhoud tijdens de operatie in de longen komt. Het is dus voor uw eigen veiligheid. Houdt u aan de volgende regels:
- Tot zes uur voor de operatie mag u een licht ontbijt nuttigen.
- Tot twee uur voor de operatie mag u niet meer eten en alleen nog heldere dranken drinken als water, thee koffie zonder melk, appelsap en andere doorzichtige dranken. Niet toegestaan zijn melk en melkproducten koolzuurhoudende dranken, dranken met vezels en alcoholische dranken.
- Vanaf twee uur voor de operatie mag u helemaal niets meer innemen.
Meenemen naar het ziekenhuis
Neem op de dag van opname de volgende zaken mee:
- uw identiteitsbewijs
- babykleertjes (meerdere setjes) en babycape
- Maxi-Cosi
- makkelijk zittend T-shirt
- nachtkleding
- nachtkleding partner
- ondergoed (ruim zittend)
- ochtendjas
- pantoffels
- toiletartikelen
- wekkertje of horloge
- boeken, tijdschriften, spelletjes, muziek
- camera (denk aan batterijen en een geheugenkaart)
Neem verder zo min mogelijk waardevolle spullen mee.
Gang van zaken opname
Opnamedatum en -tijd
Eén werkdag voor de keizersnede wordt u 's middags gebeld over het tijdstip waarop u op de kraamsuites verwacht wordt.
Uw verblijf
Tijdens uw opname verblijft u op een van onze kraamsuites. De kraamsuite is een huiselijk ingerichte kamer. Kleuren, een warm interieur, een muziekinstallatie en een logeerbed voor uw partner zorgen voor een vertrouwde sfeer. Een kraamsuite is niet alleen een ruimte. Het is ook een manier van zorgverlening rond de geboorte. In het Diakonessenhuis wordt de filosofie van ‘Family Centered Care’ ofwel ‘gezinsgerichte zorg’ toegepast. Ouders en kind staan hierbij centraal. De totale zorg rond de geboorte en de kraamperiode vindt plaats in één en dezelfde kamer. De zorgverleners komen naar u toe. U hoeft dus binnen het ziekenhuis niet te verhuizen. U wordt actief bij de zorg betrokken en u bepaalt net als thuis wanneer uw bezoek welkom is.
Verdoving
Bij een keizersnede zijn twee soorten verdoving mogelijk: narcose en een ruggenprik. Welke van de twee methoden geadviseerd wordt, is onder andere afhankelijk van de reden voor de keizersnede, de mate van spoed en de gebruikelijke gang van zaken in het ziekenhuis. In het Diakonessenhuis wordt veelal gebruik gemaakt van de ruggenprik. Mocht u zelf een uitgesproken voorkeur hebben, dan kunt u dit laten weten.
Narcose
Bij narcose slaapt u tijdens de keizersnede. De narcose wordt zo gegeven dat het kind zo weinig mogelijk medicijnen zoals inslaapmiddelen en pijnstillers via de placenta krijgt. De medicijnen voor de narcose worden via een infuus ingespoten. Soms krijgt u van te voren wat zuurstof via een kapje of slangetje in uw neus. Terwijl u slaapt krijgt u een buisje in uw luchtpijp voor de beademing. U voelt geen pijn en wordt wakker als de operatie klaar is en de baby en de placenta geboren zijn.
Ruggenprik
Bij een ruggenprik spuit de anesthesist verdovende vloeistof tussen de ruggenwervels. Al snel worden uw onderlichaam en benen gevoelloos. Soms bent u kortdurend wat misselijk als gevolg van een bloeddrukdaling. Bij een ruggenprik maakt u de geboorte van uw kind bewust mee en al tijdens de operatie kunt u uw kind zien, horen en aanraken. U heeft tijdens de operatie geen pijn; wel voelt u soms dat er getrokken wordt of op de buik geduwd. Een enkele keer reikt de verdoving iets hoger dan alleen uw onderlichaam. Het lijkt dan of ademhalen moeilijk gaat. Dit is vervelend, maar het kan geen kwaad.
De operatie
Voorbereiding
Op de afdeling krijgt u een operatiehemd aan. Kort voor de operatie wordt u naar de operatieafdeling gebracht. U mag dan geen sieraden, haarspelden, make-up en nagellak op hebben en contactlenzen of een kunstgebit moet u uitdoen. Op de afdeling of op de operatiekamer brengt de verpleegkundige of arts een blaaskatheter aan, zodat urine kan wegstromen; deze wordt in een zak opgevangen. U krijgt voor de operatie een infuus. Via het infuus krijgt u een antibioticum om het risico op een infectie bij de wond te verlagen. Bij een keizersnede tijdens de bevalling gebeuren deze voorbereidingen vaak in een sneller tempo.
De ingreep
Bijna altijd maakt de gynaecoloog een ‘bikinisnede’. Dit is een horizontale (dwarse) snede van 15 tot 18 centimeter vlak boven het schaambeen, ongeveer rond de haargrens. Bij uitzondering wordt soms een snede van de navel naar beneden gemaakt. Na de snede in de huid worden het vet onder de huid en een laag verstevigend bindweefsel boven de buikspieren doorgesneden. De lange buikspieren, die van de ribbenboog naar beneden lopen, worden opzij geschoven. Vervolgens opent de gynaecoloog de buikholte.
De blaas, die voor een deel over de baarmoeder heen ligt, wordt losgemaakt van de baarmoeder en naar beneden geschoven. Daarna haalt de gynaecoloog meestal via een horizontale snede in de baarmoeder uw kind naar buiten. Daarbij wordt vaak gedrukt op uw buik.
Als uw kind geboren is, wordt de navelstreng doorgeknipt. Omdat alles steriel moet blijven, mag de vader dit niet zelf doen zoals bij een natuurlijke bevalling. Na het doorknippen van de navelstreng krijgt u via het infuus een medicijn om de baarmoeder te laten samentrekken. Als de placenta geboren is, hecht de gynaecoloog de baarmoeder en de verschillende lagen van de buikwand.
In het Diakonessenhuis kan uw partner of iemand anders bij de keizersnede aanwezig zijn. Bij algehele narcose mag diegene door het raampje van de operatiekamer kijken. Wilt u foto’s/video-opnames maken, overleg dit dan vooraf met de verpleegkundige van de afdeling.
Na de keizersnede
Zorg voor uw baby
De kinderarts onderzoekt uw baby direct na de geboorte op de operatiekamer. Als alles goed is, wordt de baby daarna bij de moeder op de borst gelegd. Afhankelijk van de reden voor de keizersnede, de zwangerschapsduur en de toestand van uw kind, wordt uw kind in een couveuse of in een gewoon bedje gelegd.
Zorg voor de moeder
-
Kort na de operatie krijgt u iets te eten aangeboden en bij terugkomst op de verpleegafdeling mag u direct eten en drinken. Dit is goed voor het op gang komen van de darmen. Ook het kauwen van kauwgom heeft een goede invloed op de werking van de darmen. Doe dit de eerste dagen bij voorkeur driemaal een half uur per dag.
-
Na een keizersnede worden de bloeddruk, de polsslag, het bloedverlies en de hoeveelheid urine regelmatig gecontroleerd. Via het infuus krijgt u vocht toegediend. Bij een ruggenprik heeft u de eerste uren na de operatie nog geen controle over uw benen. Geleidelijk krijgt u het gevoel en de kracht in uw benen terug.
-
Om trombose te voorkomen krijgt u eenmaal per dag een injectie onder de huid van uw buik of bovenbeen met een bloedverdunnend middel (heparine). Vaak wordt enkele uren na de operatie bloed afgenomen om na te gaan of u bloedarmoede heeft. Zonodig bespreekt de arts de behandeling van de bloedarmoede met u. Dit kan door het gebruik van ijzertabletten. U start pas met de ijzertabletten nadat u ontlasting heeft gehad. Heel soms is een bloedtransfusie nodig. Als er geen sprake is van bloedarmoede kan het infuus in de middag verwijderd worden.
- De eerste dagen bent u vaak nog slap en wat duizelig bij het opstaan. Dat wordt daarna geleidelijk minder. Met een gespecialiseerd herstelprogramma zorgen we ervoor dat u weer snel goed kunt bewegen. We streven ernaar dat u, na het uitwerken van de ruggenprik, binnen zes uur na de operatie weer op de rand van het bed kunt zitten en naar het toilet kunt wandelen. De blaaskatheter die tijdens de operatie de urine afvoert kan dan ook vaak dezelfde dag verwijderd worden. Als u goed uit bed kunt komen dan kunt u zich met hulp van de verpleegkundige opfrissen onder de douche. Na één of twee dagen beginnen de darmen weer te werken. De buik is dan vaak nog opgezet en u kunt pijnlijke krampen hebben. De dag van de operatie begint u, afhankelijk van eventuele misselijkheid en het op gang komen van de darmen, voorzichtig met eten.
- Kort na de keizersnede heeft u pijn aan de wond en soms pijnlijke naweeën. Hiervoor krijgt u pijnstillers. De buikwand is vaak pijnlijk, niet alleen ter hoogte van het litteken maar ook hoger, tot aan de navel. Dit komt omdat de lange buikspieren opzij zijn geschoven om bij de baarmoeder te komen. Bij het hechten van de huid wordt doorgaans materiaal gebruikt dat uit zichzelf oplost en niet hoeft te worden weggehaald. Andere hechtingen of nietjes worden meestal na ongeveer een week verwijderd.
Borstvoeding
Na een keizersnede kunt u in principe borstvoeding geven. Het maakt niet uit of de keizersnede gepland was of niet, of u algehele narcose of een ruggenprik hebt gekregen. Wel speelt de conditie van uw kind een rol.
Als uw kind in een couveuse ligt, kunt u kolven. De melk wordt dan met een flesje gegeven of - bij voedingsproblemen - via een sonde (een dun slangetje dat via de neus naar de maag van de baby gaat).
Na een ruggenprik kunt u – als alles goed gaat met uw kindje - gebruik maken van de eerste zuigreflex vlak na de geboorte. Ook na narcose kunt u, als u zelf weer bijgekomen bent, over het algemeen snel beginnen met uw kind de borst te geven. Zo komt de melkaanmaak vlot op gang en kan uw baby profiteren van de eerste voeding, het colostrum.
De eerste dag is liggend voeden vaak het plezierigst. Een houding op uw zij met een kussen onder uw hoofd, een kussen achter uw rug en een kussen onder uw bovenbeen is meestal het gemakkelijkst. De verpleegkundige helpt u hierbij.
Naar huis
Ontslag
Heeft u een geplande keizersnede gehad? Dan gaat u in principe na 24 uur naar huis. Voordat u naar huis gaat checken wij of:
- u zelf uit bed kunt komen;
- u goede pijnstilling heeft;
- kraamzorg thuis geregeld is;
- u of een naaste over vervoer beschikt voor als u toch terug naar het ziekenhuis moet.
Was de keizersnede niet gepland? Dan gaat u na 36 uur naar huis.
Adviezen voor thuis
Thuis zult u geleidelijk verder moeten herstellen. De tijd die nodig is voor het herstel is na een keizersnede vaak langer dan na een bevalling via de vagina. U bent niet alleen (opnieuw) moeder, maar daarnaast ook genezend van een operatie.
- Een veel gehoorde klacht na een keizersnede is moeheid. U kunt daar het beste aan toegeven: probeer zoveel mogelijk rust te nemen. Aanvaard ook hulp die familie en kennissen u aanbieden. De kraamverzorgster kan vragen beantwoorden, huishoudelijke taken overnemen en uw partner ondersteunen.
- Naarmate u meer hulp heeft als u thuiskomt, is de overgang gemakkelijker en went u sneller aan uw nieuwe levenssituatie. Kraamzorg kunt u aanvragen bij uw thuiszorgorganisatie. De huisarts, de verloskundige, het ziekenhuis of de maatschappelijk werker zijn hierbij soms behulpzaam.
- Als u twee dagen na de keizersnede geen ontlasting heeft gehad dan kunt u Lactulose of Macrogol 10 gram (Forlax) gaan gebruiken. U kunt deze obstipatiemiddelen online of bij de drogist kopen.
- De eerste dagen adviseren we u om met de zogenaamde boomstammethode uit bed te stappen. Op deze manier komt er niet teveel spanning op uw wond te staan. Deze manier van opstaan kunt u al voor de keizersnede oefenen. Verderop in deze folder leggen we deze oefening verder uit.
- Na de eerste weken merkt u dat u geleidelijk weer meer kunt doen.
- Zwaar tillen (vuilniszakken, zware boodschappentassen) wordt de eerste 6 weken nog ontraden, maar gaandeweg kunt u wel uw activiteiten uitbreiden (licht huishoudelijk werk, kleinere boodschappen).
- Wees voorzichtig met seksueel contact, zwemmen of in bad zitten zolang u nog afscheiding heeft. Douchen mag altijd. Mocht er nog wat vocht of een beetje bloed uit de wond komen, dan kunt u de wond met de douche schoonspoelen, voorzichtig drogen en een droog gaas eroverheen doen om uw kleding te beschermen.
- Met buikspieroefeningen kunt u 6 weken na de operatie weer beginnen. De verschillende lagen van de buikwand zijn dan goed genezen. Aan de zijkant van het litteken heeft u de eerste tijd soms een trekkend gevoel van inwendige hechtingen.
- Het gebruik van voorbehoedsmiddelen (anticonceptie) is niet anders dan na een ‘normale’ bevalling. Vraag zo nodig de verloskundige, huisarts of gynaecoloog om advies.
- Wacht in ieder geval met gemeenschap tot de bloederige afscheiding voorbij is. Voor veel vrouwen duurt het langere tijd voordat zij weer zin hebben in seksueel contact.
- Omdat bij een bikinisnede zenuwen in de buikhuid zijn doorgesneden, houdt u vrij lange tijd een doof gevoel rond het litteken. Boven dit gebied met een doof gevoel is er dikwijls halverwege de navel een gebied dat juist extra gevoelig is. Vaak is pas na 6 tot 12 maanden het gevoel in de buikwand weer normaal.
Oefening boomstammethode
Deze oefening helpt u van lig naar zit te komen zonder uw wond te veel te belasten.
Uitgangshouding: u ligt op de rug met gestrekte benen en armen langs het lichaam.
Uitvoering
A. Til het been dat boven komt te liggen zover mogelijk op.
B. Til uw arm op tot schouderhoogte. Trek uw navel naar de rug en houd uw kin op uw borst
C. Door uw gebogen been en arm over uw lichaam te draaien, draait u uw lichaam op uw zij. Houd met de onderliggende arm uw been net boven uw knie vast. Adem uit.
D. Duw uzelf met de hand van de bovenliggende arm en de elleboog van de onderliggende arm overeind. Adem uit.
E. Breng daarna tegelijk uw benen uit het bed en maak contact met de grond zodat u stabiel op de rand van het bed komt te zitten.
F. Kom zitten op beide billen en zorg dat de voeten de grond raken.
Voor meer uitleg zie de video via https://www.youtube.com/watch?v=ALqZGg0pQkA of via onderstaande QR-code.
Problemen thuis
Als zich thuis problemen voordoen, neem dan contact op met de verloskundige die u tijdens de kraamtijd controleert. Als de kraambedcontroles zijn afgerond, kunt u bij problemen contact opnemen met uw huisarts.
Controleafspraak
Wij adviseren u na de keizersnede een afspraak te maken op de polikliniek Gynaecologie voor een nagesprek/ nacontrole 4 tot 6 weken na de bevalling. Doe dit bij voorkeur bij de gynaecoloog of gynaecoloog in opleiding die bij uw bevalling betrokken is geweest. Plan dit controleconsult binnen 42 dagen na de bevalling met oog op vergoeding door uw verzekeraar.
Mogelijke complicaties
Iedere operatie brengt risico’s met zich mee, ook een keizersnede. Ernstige complicaties zijn gelukkig zeldzaam, zeker als u gezond bent. Wij noemen hieronder de meest voorkomende complicaties.
Bloedarmoede
Bij elke keizersnede is sprake van bloedverlies. Bij ruim bloedverlies ontstaat er bloedarmoede. Niet zelden is na afloop een bloedtransfusie of het gebruik van ijzertabletten noodzakelijk. Bij een voorliggende moederkoek (placenta praevia) is de kans op fors bloedverlies en een bloedtransfusie groot.
Blaasontsteking
Een enkele keer komt na een keizersnede een blaasontsteking voor. Bij klachten wordt de urine in het ziekenhuis gecontroleerd. Zo nodig krijgt u een antibioticum.
Nabloeding in de buik
Een nabloeding is een zeldzame complicatie van een keizersnede. Een enkele keer is een tweede operatie noodzakelijk.
Bloeduitstorting in de wond
Een onderhuidse bloeduitstorting in de wond ontstaat doordat een bloedvaatje in het vet onder de huid blijft nabloeden. De kans hierop is groter als de bloedstolling bij een keizersnede afwijkend is, bijvoorbeeld bij weinig bloedplaatjes als gevolg van een ernstig verhoogde bloeddruk.
Infectie
Een infectie van de wond komt een enkele keer voor. De kans hierop is wat groter bij een keizersnede na een langdurige bevalling.
Trombose
Bij elke operatie is er een verhoogd risico op een trombose. Om dit te voorkomen krijgt u bloedverdunnende middelen zolang u nog niet zoveel uit bed bent.
Een beschadiging van de blaas
Een beschadiging van de blaas is een zeldzame complicatie. De kans hierop is wat groter als u al verschillende malen een keizersnede heeft ondergaan. Er kunnen dan verklevingen rond de blaas zijn. Het is goed mogelijk een blaasbeschadiging te hechten. Wel heeft u vaak langer een katheter nodig.
Darmen die niet goed op gang komen (ileus)
Na een keizersnede moeten de darmen weer op gang komen. In zeldzame gevallen gebeurt dit niet of te traag. Er verzamelt zich dan vocht in maag en darmen, wat leidt tot misselijkheid en braken. Een maagsonde kan dan nodig zijn om dit vocht af te voeren. Pas daarna komen de darmen op gang.
Een volgende zwangerschap en bevalling
Mocht u snel opnieuw zwanger willen worden, dan wordt geadviseerd minimaal 6 maanden, maar bij voorkeur 12 maanden te wachten om opnieuw zwanger te worden. Of bij een volgende bevalling weer een keizersnede nodig is, hangt van de reden van deze keizersnede af. Bespreek daarom bij de nacontrole hoe groot de kans is dat u een volgende keer een ‘normale’ bevalling tegemoet kunt zien. Vaak is bij een volgend kind geen keizersnede nodig. Wel krijgt u dan altijd een medische indicatie om in het ziekenhuis te bevallen.
Emotionele aspecten rond een keizersnede
De beleving van een keizersnede wisselt sterk. Sommige vrouwen hebben er emotionele problemen mee. Ze zijn teleurgesteld dat de bevalling niet langs de normale weg kon plaatsvinden en hebben het gevoel dat een normale bevalling van hen is ‘afgenomen’. Soms vinden ze dat ze gefaald hebben. Bij een narcose maken vrouwen de geboorte van hun kind niet bewust mee, waardoor ze soms moeite hebben om aan hun kind te wennen.
Spelen dergelijke gevoelens bij u, praat erover met uw partner, vrienden en familieleden. Bespreek tijdens de nacontrole uw emoties en vragen, zoals waarom de keizersnede nodig was. Dit kan u ook helpen bij het verwerken van emoties. Schrijf uw vragen van tevoren op zodat u deze niet vergeet.
Ook na langere tijd of voorafgaand aan een volgende zwangerschap kunt u met de gynaecoloog, de verloskundige of de huisarts nog eens de hele gang van zaken bespreken als u daar behoefte aan heeft.
Voor de partner is een keizersnede soms ook moeilijk te verwerken. Hij/zij ziet u 9 maanden met de baby rondlopen en dan moet u (na eventuele weeën) ook nog een operatie ondergaan om het kind geboren te laten worden. Soms voelt een partner zich nutteloos omdat hij/zij het gevoel heeft nauwelijks iets voor u te hebben kunnen doen. Ook kan uw partner bang zijn geweest dat er iets mis zou gaan. Als dergelijke gevoelens spelen, probeer ze dan met elkaar te bespreken.
Opmerkingen over de tekst
Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].
Bijgewerkt op: 8 juli 2024
Code: VK5