Translate website
Disclaimer
Nederlands: U vraagt Google Translate Services om onze teksten te vertalen. Daardoor kunnen er fouten in de teksten zitten. Automatische vertalingen zijn niet perfect, ons ziekenhuis is niet verantwoordelijk voor mogelijke vertaalfouten. Heeft u vragen over uw gezondheid? Neem dan altijd contact op met uw arts.
Meer weten? Lees de toelichting vertaalbeleid
English: You ask Google Translate Services to actively translate our texts. Therefore they may contain errors. Automatic translations are not perfect. Diakonessenhuis is not responsible for possible translation errors. Do you have questions about your health? Then always contact your doctor.
Want to know more? Read the explanation of translation policy
Operatie bij een nekhernia of een kanaalstenose
U wordt binnenkort geopereerd aan een nekhernia of kanaalstenose. U wordt hiervoor 1 a 2 dagen opgenomen in het ziekenhuis. In deze folder vindt u informatie over de gang van zaken rond de operatie en de opname.
Wat is een nekhernia/een stenose?
Een nekhernia
De wervelkolom in de hals bestaat uit nekwervels. We noemen deze C1 t/m C7. De letter C komt van het woord ‘cervix’, Latijn voor ‘nek’. Tussen elke twee halswervels zit een tussenwervelschijf, behalve tussen de eerste twee wervels. De tussenwervelschijven zijn elastisch. De wervels zijn met elkaar verbonden via gewrichten. De tussenwervelschijven en de gewrichten zorgen ervoor dat de wervels gemakkelijk ten opzichte van elkaar kunnen bewegen.
Hernia betekent letterlijk breuk of uitpuiling. Door overbelasting en/of ouder worden, treedt er slijtage op van de tussenwervelschijven. Hierdoor kunnen er scheurtjes in de wand van de schijven ontstaan, waardoor de weke kern naar buiten kan gaan puilen.
Klachten bij een hernia
De uitpuilende weke kern drukt op de zenuwwortel waardoor deze bekneld raakt. Hierdoor kunnen de volgende klachten optreden:
- Stekende pijn in de schouder, arm, hand en/of vingers.
- Krachtsvermindering in de arm en/of hand (verlamming van één of meer spiergroepen).
- Gevoelsveranderingen in de arm, hand en/of vingers (doof en/of tintelend gevoel).
Deze klachten kunnen verergeren als u uw hoofd naar achteren beweegt of bij het bewegen van de arm.
Een stenose
Bij een stenose is er een vernauwing van het wervelkanaal. Hierdoor raken één of meer zenuwen (zenuwwortels) die in het wervelkanaal lopen, bekneld.
De vernauwing ontstaat door slijtage van de wervelkolom, een normaal verouderingsverschijnsel. Deze slijtage (arthrose) is ook bekend van de heup- en kniegewrichten. Door slijtage wordt het wervelbot, vooral bij de wervelgewrichten, dikker. Bovendien raken de banden om de gewrichten verdikt. Dit veroorzaakt de vernauwing van het wervelkanaal.
Klachten bij een stenose
Bij een stenose kunnen de volgende klachten optreden:
- Krachtsvermindering of verlamming van de arm-/beenspieren. Het kan zijn dat de benen slapper of stijver zijn dan normaal (spastische verlamming).
- Verminderd gevoel in de armen/benen. Het gaat hierbij om twee soorten gevoel:
- Positiegevoel; u voelt niet goed hoe uw armen/benen staan en bewegen;
- Gevoel voor aanraking; het lijkt alsof u op kousenvoeten loopt.
- Controleverlies over de armen/benen (door krachtsverlies en/of verminderd gevoel). U kunt hierdoor slingerend gaan lopen.
- Incontinentie voor urine/ontlasting.
- Een gevoel alsof er elektrische stroom door de ruggengraat gaat bij het buigen van de nek.
Verschil tussen nekhernia en stenose
Bij een stenose ligt het accent op de beknelling van het ruggenmerg en bij de hernia meer op de beknelling van de zenuwwortels. Een ander verschil is dat bij stenose de klachten geleidelijker optreden, terwijl bij een hernia de klachten vaak acuut ontstaan. Stenose en hernia komen regelmatig tegelijk voor.
Doel van de operatie
Afhankelijk van de klachten kan worden besloten een operatie uit te voeren. Een operatie aan een nekhernia of kanaalstenose is een veelvoorkomende operatie. Doel van de operatie is om de beklemde zenuw(en) of het ruggenmerg ruimte te geven.
Voorbereidingen
Preoperatieve screening
Nadat u bent aangemeld voor de operatie vragen we u een digitale vragenlijst in te vullen over uw gezondheid (triage vragenlijst). Naar aanleiding van deze vragenlijst kijken we of u nog een aanvullende afspraak krijgt op polikliniek van de Preoperatieve screening (POS). In veel gevallen is dit niet nodig.
Datum en locatie van de operatie
Drie tot zes weken voor de operatie krijgt u de opnamedatum schriftelijk of telefonisch door. De (werk)dag voor de opnamedag krijgt u tussen 13.30 en 17.30 uur per mail of telefonisch te horen hoe laat en waar precies u wordt verwacht. Hierbij vertellen we ook vanaf wanneer u niet meer mag eten en drinken.
Vervoer regelen
U mag niet zelf naar huis rijden. Regel daarom een taxi of iemand die u op komt halen.
Nazorg regelen
In principe gaat u 1 dag na de operatie naar huis, tenzij er redenen zijn om langer te blijven, bijvoorbeeld een lekkende wond. Houd er rekening mee dat u na de operatie een aantal activiteiten niet mag uitvoeren (zie de folder 'Fysiotherapie na een operatieve behandeling bij een nekhernia of stenose'). Het is daarom belangrijk om voor de operatie te bepalen welke hulp nodig is. Vraag hierover informatie op bij uw huisarts. Tijdens uw opname zijn er geen mogelijkheden meer om dit te regelen. Houd er rekening mee dat u voorafgaande aan uw opname een aantal zaken moet regelen:
- In principe kunt u na ontslag gewoon naar huis. Denkt u na ontslag tijdelijk niet alleen thuis te kunnen zijn, regel dan zelf een logeerplek in een zorghotel of bij familie.
- U mag tot zes weken na de operatie geen zware boodschappen doen en geen zware huishoudelijke taken uitvoeren, zoals dweilen, stofzuigen, ramen lappen en het bed opmaken.
- Zorg op tijd dat iemand anders zware huishoudelijke taken voor u doet. Denk hierbij aan de volgende mogelijkheden:
- Schakel hulp in van familie en vrienden.
- Bent u alleenstaand of heeft u een partner die ouder is dan 75 jaar en/of zelf hulp nodig heeft, dan kunt u bij het WMO-loket van uw gemeente huishoudelijke hulp aanvragen.
- Bij veel supermarkten kunt u online boodschappen bestellen en tot in de keuken laten bezorgen.
- Kies voor magnetronmaaltijden of regel een maaltijd via ‘tafeltje dekje’ (bijvoorbeeld via internet of een thuiszorgorganisatie).
- Laat zorg voor eventuele jonge kinderen overnemen.
Roken en Alcohol
Roken en alcohol is slecht voor bot- en wondgenezing. Probeer dit 4 weken voor en na de operatie te stoppen.
Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen?
Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt is het belangrijk dat u hier tijdig mee stopt. Volg daarom de onderstaande instructies goed op. Als u niet tijdig stopt, kan de operatie mogelijk niet doorgaan.
- Gebruikt u Ascal? Dan moet u hier 5 dagen voor de operatie mee stoppen.
- Gebruikt u Rivaroxaban, Apixaban, Dabigatran, Acenocoumarol of andere medicijnen tegen trombose? Overleg dan met uw behandelend arts wanneer u hiermee moet stoppen.
Verhinderd
Bent u verhinderd voor de operatie? Wilt u dit dan zo spoedig mogelijk (en uiterlijk 1 week voor de opname) melden bij de polikliniek waar u onder behandeling bent? Er kan dan iemand anders in uw plaats komen. Bovendien kunt u meteen een nieuwe afspraak maken. De telefoonnummers vindt u achter in deze folder.
Opname en operatie
Voorbereidingen thuis
- Op de dag van de operatie komt u nuchter naar het ziekenhuis. Dat wil zeggen dat u niet meer eet en drinkt vanaf het tijdstip dat met u is afgesproken.
- Neem gemakkelijk zittende kleding mee met instapschoenen. Laat waardevolle spullen zo veel mogelijk thuis.
- Gebruikt u medicijnen? Neem deze dan, samen met een actueel overzicht van uw medicijnen mee naar het ziekenhuis.
Melden
Op de dag van de operatie meldt u zich op het afgesproken tijdstip op de afgesproken afdeling.
Voorbereidingen in het ziekenhuis
- De verpleegkundige bespreekt met u wat u de komende periode kunt verwachten.
- Ook vraagt de verpleegkundige wie uw contactpersoon is, welke medicijnen u gebruikt en of u ergens overgevoelig voor bent.
- De verpleegkundige vertelt hoe laat u ongeveer aan de beurt bent. U krijgt operatiekleding aan. Uw bloeddruk, hartslag en temperatuur worden gemeten.
- Vlak voor de operatie wordt u naar de operatieafdeling gebracht. U krijgt een infuus. Dit is een naald in een bloedvat van uw arm met hieraan een systeem waardoor u medicijnen, vocht en het narcosemiddel krijgt. De anesthesioloog geeft u de verdoving die met u besproken is. Ook krijgt u bewakingsapparatuur aangesloten om uw bloeddruk, hartfunctie en ademhaling tijdens de operatie te controleren. Afhankelijk van de soort operatie ligt u daarna op uw buik of op uw rug.
Verloop van de operatie
Er zijn een aantal manieren voor een nekoperatie. Uw arts zal u informeren over de methode die hij/zij zal gebruiken.
De verschillende mogelijkheden zijn:
- Vanuit de voorzijde
Aan de linker- of rechterzijde van de hals wordt een snee gemaakt. Zo kan de arts de voorkant van de wervelkolom gemakkelijk bereiken. Het strottenhoofd, de luchtpijp en de slokdarm worden tijdens de operatie opzij gehouden. Het maakt niet uit aan welke kant de klachten zitten, omdat vanuit deze benadering beide zijden van de nek bereikt kunnen worden. Na het verwijderen van de hernia van de tussenwervelschijf zet de arts de wervels aan elkaar vast met een zogenaamde 'cage' (een blokje van titanium). Deze ingreep heet 'anterieure cervicale discectomie en fusie'. - Vanuit de achterzijde
Aan de achterzijde van de nek maakt de arts ruimte op de plek waar de zenuwwortel het wervelkanaal verlaat. De ingreep noemt men een foraminotomie.
De arts kan er ook voor kiezen de 'dakjes' van het vernauwde wervelkanaal te verwijderen. Dit heet 'cervicale laminectomie'.
Duur van de operatie
De operatie duurt gemiddeld anderhalf uur.
Na de operatie
Kort na de operatie
- Na de operatie wordt u wakker in de uitslaapkamer (verkoeverkamer). Zodra u voldoende wakker bent en het goed met u gaat, komt de verpleegkundige u ophalen. U gaat weer terug naar de verpleegafdeling.
- De verpleegkundige controleert regelmatig de werking van uw armen en benen, pols en bloeddruk.
- Als de verdoving uitgewerkt raakt, krijgt u pijn in het wondgebied. Wanneer u pijn voelt, is het belangrijk medicijnen tegen de pijn te vragen.
- De wond op uw nek kan nabloeden. Daarom ligt u de eerste uren na de operatie op uw rug. De zwaartekracht van uw lichaam zorgt voor natuurlijke druk. Hierna mag u met hulp van de verpleegkundige op uw zij draaien.
- Belangrijk is dat u binnen 8 uur na de operatie weer probeert te plassen. Gebeurt dit niet spontaan, dan wordt uw blaas met behulp van een slangetje (katheter) geleegd.
- U mag de dag na de operatie uit bed komen. De fysiotherapeut of verpleegkundige helpt u hierbij en zal u leren hoe u het best in en uit bed kunt stappen.
Weer in beweging komen
Als u via de voorzijde van de hals wordt geopereerd mag u na 4 uur bedrust op geleide van kunnen weer uit bed. Wordt u via de achterzijde van de hals geopereerd dan mag u de ochtend na de operatie op geleide van kunnen uit bed. U mag glooiend/iets rechtop zitten met maximaal één hoofdkussen onder uw hoofd. U mag de eerste 6 weken niet op uw buik liggen.
Als de neurochirurg u een halskraag heeft voorgeschreven, doet u deze zittend op bed om. Pas daarna mag u gaan lopen. De kraag ontziet uw nek en herinnert u eraan hier voorzichtig mee om te gaan. U wordt hierbij geholpen door de verpleegkundige of de fysiotherapeut.
De dagen na de operatie
Over uw wond zit een pleister. Als er geen wondlekkage meer bij komt in het verband, is de wond droog en mag u onder de douche. De eerste 2 weken mag de wond niet weken. Dat betekent dat u niet in bad mag en niet mag zwemmen.
De eerste twee weken na de operatie heeft u nog een stijf en pijnlijk gevoel in uw nek en een doof gevoel in uw arm, hand of been. De stekende pijn in uw arm en uw hand is vaak direct weg. Als dit niet het geval is, moet de pijn uit de zenuw 'slijten'. Dit kan enkele maanden duren.
Complicaties
In de meeste gevallen verloopt een operatie zonder problemen. Toch is het van belang dat u weet dat de volgende complicaties kunnen optreden:
- Wondlekkage: Door de beweeglijkheid van de nek is er met name bij operaties vanaf de achterzijde van de nek kans op wondlekkage. De pleister zal dan vaker vervangen moeten worden. Het ontslag naar huis kan worden uitgesteld als de wond veel lekt.
- Keelklachten: Vaak bestaan er kortdurend wat klachten van spreken (schorre stem) en slikken (pijn bij slikken, of het gevoel van ‘een brok in de keel’) bij patiënten die een nekoperatie langs de voorkant ondergaan hebben. Beschadiging van een stembandzenuw met heesheid is een zeldzame complicatie.
- Wondinfectie in het operatiegebied: De wond kan geïnfecteerd raken. Dit merkt u doordat de wond rood en dik wordt. Er kan pus uitkomen. Ook kunt u koorts krijgen. De wond moet dan regelmatig worden schoongemaakt. Als het nodig is, krijgt u antibiotica.
- Trombose: Omdat u tijdens en vlak na de operatie veel stilligt en weinig beweegt, kan er in uw been een bloedvat verstopt raken. U heeft dan een verhoogde kans op trombose. U kunt dan een dikke, pijnlijke kuit krijgen. De kuit kan rood worden en een strak gespannen gevoel geven. Wanneer dit niet behandeld wordt, kan er een stolsel naar de longvaten of hersenvaten schieten. Dat kan zeer ernstige gevolgen hebben. Om de kans op trombose te verkleinen krijgt u tijdens de opname dagelijks een injectie met bloedverdunners (fraxiparine).
- Nabloeding: Zeer zelden komt een nabloeding voor. Als dit klachten geeft, verwijdert de neurochirurg deze bloeduitstorting.
Naar huis
- Als de wond niet lekt mag u de 1e of 2e dag na de operatie naar huis.
- Er worden vaak oplosbare hechtingen gebruikt om de operatiewond te sluiten. Deze hoeven niet verwijderd te worden maar verdwijnen vanzelf. Als uw wond gehecht is met niet-oplosbare hechtingen, dan moeten deze 10 tot 12 dagen na de operatie verwijderd worden door de huisarts.
- U krijgt een polikliniekafspraak mee voor over 6 weken bij uw hoofdbehandelaar.
- De eerste zes weken is het belangrijk om regelmatig kleine stukjes te bewegen zonder zwaar te oefenen.
- Fysiotherapie bij uw eigen fysiotherapeut uit de praktijk is alleen nodig op indicatie van uw chirurg of de fysiotherapeut uit het ziekenhuis.
Adviezen voor thuis
Zitten, bukken en tillen
Er zijn geen beperkingen aan wat u mag met de nek. Houd er wel rekening mee dat u net bent geopereerd en daardoor minder mobiel zult zijn. U mag dingen tillen tot 1 kg.
Problemen thuis
Neem contact op met de polikliniek Neurologie/Neurochirurgie als:
- de wond gaat lekken
- de wond rood of dik wordt en/of meer pijn gaat doen
- u verhoging/koorts (hoger dan 38,5 Celsius) krijgt
- u verlamming of verminderd gevoel in een arm of een been heeft dat er voorheen niet was
- u uw plas of ontlasting laat lopen zonder dat u het merkt (incontinentie)
Telefoonnummers vindt u achter in deze folder.
Werken
Wanneer u weer kunt gaan werken hangt af van wat voor werk u doet. Licht werk (werken aan een bureau en licht huishoudelijke klussen) kunt u na 3 à 4 weken weer starten. Let wel goed op met bukken en tillen. Zwaar werk (werk waarbij u veel moet tillen) mag u na ongeveer 6 weken weer oppakken.
Opmerkingen over de tekst
Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].
Bijgewerkt op: 10 oktober 2024
Code: NEU22