Punctie of drainage onder echogeleide

U heeft een afspraak gemaakt voor een punctie of drainage onder echogeleide. De onderzoeken vinden plaats op de afdeling Radiologie locatie Utrecht of Zeist. Deze folder geeft informatie over de gang van zaken rond deze onderzoeken. Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de situatie voor u anders kan zijn dan beschreven is.

Uw afspraak
U wordt voor:
0 Een dunne naald punctie of cytologische punctie
0 Een dikke naald punctie of biopsie
0 Een drainage
Verwacht op:
Datum:
Tijdstip:
Locatie:

Er bestaan verschillende soorten puncties:

  • een dunne naald punctie (cytologische punctie); 
  • een dikke naald punctie (biopsie); 
  • een drainage.

In het afsprakenblok staat aangegeven welk onderzoek u moet ondergaan. Kijk daarom goed welk onderzoek u ondergaat en op welke locatie u moet zijn!

In deze folder vindt u eerst algemene informatie, die voor alle drie de onderzoeken geldt. Daarna vindt u over de verschillende onderzoeken specifieke informatie. 

Algemeen

Meenemen naar het ziekenhuis

Neem op de dag van het onderzoek uw identiteitsbewijs mee naar het ziekenhuis.

Verhinderd

Bent u verhinderd voor het onderzoek? Wilt u dit dan zo spoedig mogelijk (uiterlijk 24 uur vóór het onderzoek) melden aan de afdeling Radiologie? Er kan dan iemand anders in uw plaats komen. Bovendien kunt u meteen een nieuwe afspraak maken.

Melden

Alle drie de onderzoeken vinden plaats op de afdeling Radiologie. Hier meldt u zich op het afgesproken tijdstip. Bij een dikke naald punctie of biopsie en bij een drainage kan het zijn dat u zich moet melden bij de afdeling Dagbehandeling. Dit kunt u verderop in de folder lezen onder het hoofdstuk ‘Een dikke naald punctie of biopsie’ en ‘Een drainage’. Dit is ook al met u besproken.

De onderzoeken

Hieronder staan de drie onderzoeken apart beschreven en kunt u informatie vinden over het onderzoek dat voor u van belang is.

Een dunne naald punctie of een cytologische punctie

Doel van het onderzoek

Een dunne naald punctie wordt ook wel een cytologische punctie genoemd. Bij dit onderzoek worden cellen weggenomen, die onderzocht worden in het laboratorium.

Voorbereiding

Voor dit onderzoek zijn geen voorbereidingen nodig.

Het onderzoek

U ligt op de onderzoekstafel. Het lichaamsdeel dat onderzocht wordt, wordt ingesmeerd met koude gel. De laborant of de radioloog strijkt met het echoapparaat over de huid. Zo wordt de plaats gezocht waarin geprikt moet worden, zoals in de borst, de schildklier of in een opgezwollen lymfeklier. Hierna wordt het plekje met alcohol schoongemaakt. De radioloog prikt met een dunne naald in het plekje en gaat wat op en neer met de naald om de cellen los te maken. Dit kan een onaangenaam gevoel geven. Vervolgens worden de cellen op dekglaasjes uitgestreken. Bij onvoldoende cellen wordt er nog een keer geprikt. Na het onderzoek krijgt u een pleister op het prikgaatje en mag u van de onderzoekstafel af.

Na het onderzoek

Er is geen speciale nabehandeling. U mag alles weer doen wat u gewend bent te doen. Wel kan er ‘s avonds een blauwe plek optreden en kan er wat napijn zijn. Dit is normaal.

De uitslag van het onderzoek

De uitslag van het laboratoriumonderzoek is meestal na één week bekend. Uw behandelend arts bespreekt met u de uitslag tijdens het eerstvolgende bezoek aan de polikliniek.

Een dikke naald punctie of biopsie

Doel van het onderzoek

Een dikke naald punctie wordt ook wel biopsie genoemd. Bij dit onderzoek worden er kleine stukjes weefsel weggenomen, die vervolgens onderzocht worden in het laboratorium.

Melden

De voorbereiding bij de onderzoeken is afhankelijk van de plaats waar geprikt wordt. Hierdoor kan het zijn dat u zich ergens anders moet melden. Wordt er geprikt:

  • in de hals, borsten of ledematen: meldt u zich dan op het afgesproken tijdstip bij de afdeling Radiologie van de desbetreffende locatie van het Diakonessenhuis. 
  • in de buikorganen bijvoorbeeld lever, nieren, alvleesklier, lymfeklieren in de buik of longen: meldt u zich dan op het afgesproken tijdstip bij de afdeling Dagbehandeling van de desbetreffende locatie van het Diakonessenhuis. 

Voorbereiding

De voorbereiding hangt af van de plek waarin geprikt gaat worden. Wordt er geprikt:

  • In de hals, borsten of ledematen: dan is er geen speciale voorbereiding nodig. 
  • In de buikorganen bijvoorbeeld, lever, nieren, alvleesklier, lymfeklieren in de buik of longen dan zijn de volgende voorbereidingen nodig:
    • Opname afdeling Dagbehandeling. U wordt één dag opgenomen op de afdeling Dagbehandeling, omdat er een risico bestaat op een nabloeding. Op de afdeling krijgt u een operatiehemdje aan.
    • Licht ontbijt. Voordat u naar het ziekenhuis gaat mag u een licht ontbijt gebruiken.
    • Inbrengen infuus. In bepaalde gevallen moet de bloedstolling van tevoren bekend zijn. Als het nodig is wordt op een eerder tijdstip bloed geprikt.
  • De verpleegkundige controleert of de bloeduitslagen goed zijn en brengt een infuus in. Dit is een plastic naaldje dat in de onderarm blijft zitten, totdat u weer naar huis gaat.
  • Indien u bloedverdunners gebruikt, zijn deze in overleg met uw behandelend arts twee dagen van tevoren gestaakt.

Het onderzoek

Op de afgesproken tijd wordt u in uw bed naar de afdeling Radiologie gebracht. Het lichaamsdeel dat onderzocht wordt, wordt ingesmeerd met koude gel. De laborant of radioloog strijkt met het echoapparaat over de huid. Zo wordt de plaats gezocht waarin geprikt moet worden. De huid wordt schoongemaakt met alcohol. De radioloog geeft een injectie voor de verdoving, wat een branderig gevoel geeft. Hierna wordt met een klein mesje een sneetje gemaakt. Hier voelt u niets van. De radioloog gaat met een wat dikkere naald naar binnen, die in een soort pistool zit. Het pistool zorgt ervoor dat het stukje weefsel snel wordt afgenomen. Bij het inbrengen van de naald kunt u even een scherpe pijn voelen. U hoort een klik en voelt van binnen een tikje. Nu wordt de naald weggehaald. Meestal worden er meerdere biopten genomen op dezelfde plek. U krijgt een gaasje op de prikplek.

Na het onderzoek

Afhankelijk van de plaats waar geprikt is, gaat u naar huis of terug naar de verpleegafdeling. Bent u geprikt:

  • in de hals, borsten of ledematen: U mag nu naar huis, maar het is wel belangrijk dat u het deze dag nog rustig aan doet. Dit betekent, niet sporten of andere intensieve bezigheden uitvoeren. Houdt u het plekje nog wel in de gaten. 
  • in de buikorganen of longen: U wordt teruggebracht naar de verpleegafdeling. Hier blijft u twee uur plat op de rug liggen. Als u een leverpunctie heeft ondergaan blijft u minimaal twee uur plat liggen. Na een uur mag u weer wat eten en drinken.
    De verpleegkundige komt het eerste uur een paar keer de bloeddruk en de pols meten en het wondje controleren. Het kan zijn dat u napijn heeft, bijvoorbeeld een uitstralende pijn naar de rechterschouder.

Als u een biopsie van de long heeft gehad, wordt er na ongeveer twee uur ter controle een röntgenfoto van de longen gemaakt. Als het goed met u gaat, wordt hierna het infuus uit uw arm gehaald en kunt u weer naar huis. 

Problemen

Napijn en een blauwe plek zijn normaal, om het wat te verlichten kunt u er een ijszak opdoen. Leg de ijszak niet direct op de blote huid, maar doe er een theedoek of kledingstuk tussen.

De uitslag van het onderzoek

De uitslag van het laboratoriumonderzoek is meestal na één week bekend. Uw behandelend arts bespreekt met u de uitslag tijdens het eerstvolgende bezoek aan de polikliniek.

Een drainage

Doel van het onderzoek

Bij dit onderzoek wordt een dun slangetje, ook wel katheter genoemd, ingebracht om vocht of een abces dat zich meestal in de buik bevindt, af te laten lopen in een zakje. Voordat het dunne slangetje wordt ingebracht, wordt de exacte drainageplaats bepaald door middel van een echo-onderzoek.

Voorbereiding

Voor dit onderzoek zijn geen voorbereidingen nodig.

Het onderzoek

Meestal bent u opgenomen of wordt u één dag opgenomen op de Dagbehandeling. Op de afgesproken tijd wordt u in uw bed, met een operatiehemdje aan, naar de afdeling Radiologie gebracht. Het lichaamsdeel dat onderzocht wordt, wordt ingesmeerd met koude gel. De laborant of radioloog strijkt met het echoapparaat over de huid. Zo wordt de plaats gezocht waarin de radioloog zal prikken. De huid wordt schoongemaakt met alcohol. De radioloog geeft een injectie voor de verdoving, wat een branderig gevoel geeft. Vervolgens wordt met een klein mesje een sneetje gemaakt. Hier voelt u niets van. De radioloog gaat met een drain naar binnen. Dit is een plastic slangetje met een naald erin. U kunt even een scherpe pijn voelen. De radioloog kan op het scherm zien of de drain op de goede plaats terechtkomt. Als de drain goed zit, verwijdert de radioloog de naald en blijft het slangetje achter. Hieraan wordt een zakje gekoppeld waar het vocht in loopt. Soms wordt de drain vastgehecht aan de huid. Dit voelt u niet, omdat de huid nog verdoofd is. Het wondje wordt afgedekt met een gaasje. U wordt daarna teruggebracht naar de verpleegafdeling.

Na het onderzoek

Als u terug bent op de verpleegafdeling en u voelt zich goed genoeg, dan kunt u met drain en al uit bed om bijvoorbeeld naar het toilet te gaan. Let u wel op dat de drain nergens achter blijft haken. Het kan zijn dat de drain enkele dagen moet blijven zitten. Dit verschilt per patiënt.

Problemen

Bent u opgenomen op een verpleegafdeling, dan kunt u bij problemen, zoals pijn en nabloeden, de verpleegkundige van de afdeling waarschuwen. De verpleegkundige zal ook regelmatig het wondje of de drain, die is achtergebleven, controleren. Gaat u na de drainage naar huis, neem dan als er problemen zijn contact op met de huisarts of de Spoedeisende hulp.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, dan kunt u deze tijdens het onderzoek stellen. Ook kunt u op werkdagen tussen 8.30 en 17.00 uur bellen met de afdeling Radiologie.

Telefoonnummers

Afdeling Radiologie Utrecht
088 250 6542

Afdeling Radiologie Zeist
088 250 9860

Spoedeisende hulp Utrecht
088 250 6211

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 30 april 2021

Code: RAD10