Schildklieroperatie

In deze folder vindt u informatie over operaties aan de schildklier. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven. De klachten, de behandeling en de snelheid van herstel kunnen verschillen per persoon en zijn mede afhankelijk van de ernst van de aandoening en uw voorgeschiedenis.

Algemeen

De schildklier

De schildklier is een vlindervormig orgaan dat in de hals op de luchtpijp ligt. De schildklier produceert hormonen die belangrijk zijn voor het regelen van de stofwisseling. Om deze hormonen te maken heeft de schildklier voldoende jodium nodig.

afbeelding schildklier

Direct tegen de schildklier aan, aan de achterzijde, liggen vier bijschildkliertjes. Twee aan de linkerkant en twee aan de rechterkant. De bijschildklieren zijn van belang voor de kalkhuishouding.

Dicht bij de schildklier liggen de stembandzenuwen, deze zorgen ervoor dat de stembanden kunnen bewegen. Omdat er een kleine kans is dat de zenuw tijdens de operatie beschadigd wordt, kan het zijn dat de arts van tevoren het functioneren van uw stembanden door de KNO-arts laat controleren.

Doel van de operatie

Er zijn verschillende redenen voor een schildklieroperatie.

  • De schildklier werkt te hard. Als dat niet met medicijnen stabiel te krijgen of te houden is, kan een operatie noodzakelijk zijn. 
  • In de schildklier zit een knobbel die verwijderd moet worden. Die knobbel kan de oorzaak zijn van het te hard werken, maar het kan ook een kwaadaardig gezwel zijn. 
  • Er zitten meerdere bobbels in de schildklier die zo groot zijn geworden dat u last heeft met ademhalen en slikken. 
  • Er zitten knobbels in de schildklier die een uiterlijk probleem zijn.

Afhankelijk van de reden waarom u geopereerd moet worden, wordt de schildklier geheel of gedeeltelijk verwijderd.

Voorbereidingen

Meenemen naar het ziekenhuis

Voor een schildklieroperatie wordt u twee dagen opgenomen in het ziekenhuis. In de folder 'Opname in het Diakonessenhuis' leest u wat u mee moet nemen.

Verhinderd

Bent u verhinderd voor de operatie? Wilt u dit dan zo snel mogelijk (uiterlijk 48 uur voor de opname) melden bij de polikliniek Chirurgie? Er kan dan iemand anders in uw plaats komen. Ook kunt u dan meteen een nieuwe afspraak maken. Het telefoonnummer vindt u aan het eind van deze folder.

De opname

Melden

Een dag voor uw opname wordt u gebeld over het tijdstip dat u zich moet melden op de verpleegafdeling. Op de opnamedag meldt u zich op het afgesproken tijdstip bij de secretaresse op de verpleegafdeling.

Anesthesie

Een schildklieroperatie gebeurt onder algehele verdoving. De anesthesioloog geeft u informatie over de anesthesie en u kunt hierover lezen in de folder ‘Algehele en regionale anesthesie’.

De operatie

Er zijn drie soorten operaties:

  • Totale strumectomie: de schildklier wordt helemaal verwijderd, bijvoorbeeld bij sommige vormen van schildklierkanker. 
  • Subtotale strumectomie: beide helften van de schildklier worden voor het grootste deel verwijderd, bijvoorbeeld bij een te hard werkende of een te grote schildklier. 
  • Totale hemistrumectomie of lobectomie: één helft van de schildklier wordt helemaal verwijderd. Bijvoorbeeld bij een knobbel in die helft van de schildklier, waarbij het onduidelijk is of de knobbel goedaardig of kwaadaardig is.

Tijdens de operatie ligt u met het hoofd zover mogelijk achterover. Er wordt een horizontale snede laag in de hals gemaakt, waarna de schildklier meestal gemakkelijk kan worden bereikt en helemaal of gedeeltelijk wordt verwijderd. Het is daarbij natuurlijk belangrijk dat de stembandzenuwen en de bijschildklieren gespaard worden. Soms wordt er een drain in het operatiegebied achtergelaten om bloed, dat zich daar nog verzamelt, af te voeren. Meestal kan deze drain na 24 uur worden verwijderd.

De operatie duurt ongeveer anderhalf tot twee uur.

Na de operatie

Pijn

De pijn na de operatie valt meestal mee en is te vergelijken met een keelontsteking. Op de verpleegafdeling krijgt u 4 keer per dag paracetamol en, als het nodig is, ook zwaardere pijnstilling. De pijn verdwijnt in een paar dagen.

Controles

Op de uitslaapkamer en de verpleegafdeling wordt u regelmatig gecontroleerd. Hierbij gaat het om de volgende controles: lekkage van de wond, zwelling van het wondgebied en uw vitale functies, zoals de bloeddruk en hartslag. Het is belangrijk dat u zelf goed aangeeft of u pijn heeft en/of misselijk bent, of als u zich niet lekker voelt. Ook is het belangrijk dat u aangeeft als u tintelingen in uw vingertoppen voelt.

Na de operatie wordt soms (meerdere keren) wat bloed afgenomen om het calciumgehalte te bepalen.

Dieet

U kunt wat pijn hebben bij het slikken vlak na de operatie. Daarom raden wij u aan om na de operatie te starten met drinken en zachte of gepureerde voeding. Dit mag u snel uitbreiden naar normale voeding. 

Wondverzorging

De wond in de hals wordt gesloten met bruine hechtpleisters. Als de wond nog wat lekt, wordt daaroverheen een eilandpleister aangebracht. De eilandpleister mag de dag na de operatie verwijderd worden. De bruine hechtpleisters moeten blijven zitten tot ze vanzelf los gaan. Losse randjes van de pleister kunt u eventueel afknippen.

Risico's en mogelijke complicaties

Geen enkele operatie is zonder risico’s. Zo is er ook bij een schildklieroperatie een normale kans op complicaties, bijvoorbeeld een wondinfectie, trombose of longontsteking. 

Ook zijn er nog enkele specifieke complicaties mogelijk. Hoe ingewikkelder de operatie, hoe groter de kans op beschadiging van weefsels die dicht bij de schildklier liggen. Bij de totale hemistrumectomie of lobectomie is de kans op specifieke complicaties heel klein (minder dan 1%). Bij de subtotale strumectomie is het risico iets groter. Bij een totale strumectomie liggen deze getallen nog iets hoger. U moet zich echter realiseren dat het bij deze operatie altijd om kanker van de schildklier gaat. De operatie is daarom groter en dus riskanter.

Mogelijk specifieke complicaties: 

  • Letsel van de stembandzenuw: Dit is vaak tijdelijk. Als een stemband na de operatie slecht functioneert, kan een logopedist(e) u helpen om weer goed te leren praten. Hard spreken of roepen is echter niet meer mogelijk. Ook als de stembandzenuw niet wordt beschadigd kan uw stem veranderen. Dit kan het gevolg zijn van beschadigingen van de halsspieren of van andere zenuwtakjes.
  • Nabloeding: Als er een nabloeding optreedt, moet u direct opnieuw geopereerd worden.
  • Tekort aan bijschildklierhormoon calcium: Dit komt doordat er bij de operatie bijschildkliertjes zijn beschadigd of verwijderd. U kunt dit merken aan tintelingen in de vingertoppen en in het ergste geval aan spierkrampen. Met kalktabletten en vitamine D-preparaten kan dit goed worden behandeld.
  • Te veel schildklierweefsel weggehaald: Als dit het geval is, produceert de schildklier te weinig hormoon. Dit kan klachten veroorzaken als snel moe zijn, traagheid en het koud hebben. Andere mogelijke klachten zijn: verstopping, een droge huid, droog hoofdhaar, haaruitval, gezwollen oogleden en een dikke tong. Deze klachten kunnen gemakkelijk worden behandeld met tabletjes met het schildklierhormoon.
  • Te weinig schildklierweefsel weggehaald: Als dit het geval is en u had al een te hard werkende schildklier, dan blijft die situatie bestaan. Dit kan meestal goed met medicijnen worden gecorrigeerd.

Meestal is de strumectomie een veilige operatie met weinig complicaties en een vlot herstel. Vaak hoeft u na de operatie geen medicijnen meer te gebruiken om de schildklierfunctie te regelen. Wel blijft u onder controle bij de internist om te zien of de schildklier goed blijft werken.

Natuurlijk is het bovenstaande afhankelijk van de reden waarom u geopereerd wordt. In het geval van een kwaadaardig gezwel kan het anders verlopen. De nabehandeling wordt dan nader bepaald.

Ontslag

Naar huis

Meestal kunt u de dag na de operatie weer naar huis.

Controleafspraak

U krijgt een afspraak mee voor controle op de polikliniek van de chirurg.

Soms laat de arts na de operatie (opnieuw) uw stembandfunctie door de KNO-arts controleren, hiervoor krijgt u dan een afspraak mee. 

Adviezen voor thuis

Luister naar uw lichaam. U voelt zelf wat u wel en niet aankunt. 

Medicatie

Bij pijn mag u maximaal 4 keer 2 tabletten paracetamol 500 mg per dag innemen. Voor een goede pijnbehandeling raden wij u aan dit op vaste tijden in te nemen: 8.00, 12.00, 17.00 en 22.00 uur.

Als u andere medicijnen gebruikt, mag u deze gewoon weer innemen.

Douchen

  • U mag 48 uur na de operatie weer douchen. 
  • U mag de eerste week na de operatie niet in bad, zodat de wond goed kan genezen. 

Problemen thuis

De eerste 24 uur na ontslag uit het ziekenhuis kunt u bij problemen contact opnemen met de verpleegafdeling of met de polikliniek Chirurgie. Daarna moet u in geval van problemen contact opnemen met uw huisarts of de huisartsenpost. Neem in ieder geval contact op bij de volgende problemen:

  • als u een temperatuur van 38,5 graden of hoger heeft 
  • bij veranderingen aan de wond: roodheid, zwelling, warmte en/of vocht uit de wond
  • tintelingen in de vingers of spierkrampen

Vragen

Heeft u nog vragen, dan kunt u contact opnemen met de polikliniek Chirurgie.

Telefoonnummers

Polikliniek Chirurgie
088 250 5333

toets 1 voor het maken / verzetten van afspraken op de polikliniek in Utrecht en Zeist
toets 2 voor vragen rond opname
toets 3 voor medisch inhoudelijke vragen
toets 4 voor overige vragen

Voor het maken of verzetten van afspraken op de polikliniek in Doorn kunt u bellen met polikliniek Doorn, telefoonnummer 088 250 8888.

Spoedeisende hulp Utrecht
088 250 6211

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 11 juli 2024

Code: CH02