Bloedafname

Moet u bloed prikken? Bij de bloedafname prikken we met een naald in een bloedvat. Via de naald vullen we meerdere buisjes met bloed.

Werkwijze bloedafname

Eerst vragen we naar uw geboortedatum. Dit is om vergissingen in de identificatie tegen te gaan. Dan gaan we op zoek naar een bloedvat. U krijgt een stevige band (stuwband) om uw arm. Met een alcoholdoekje maken we de plek waar we prikken schoon. Meestal lukt het om een geschikt bloedvat te vinden. Als dat niet lukt, proberen we het op een andere plaats.

Er liggen buisjes en gaasjes klaar en we maken de afnamenaald klaar. Via de naald stroomt het bloed in het buisje. We maken de stuwband los. Als alle buisjes gevuld en gemengd zijn, halen we de naald weer uit uw arm. Op de buisjes plakken we etiketten met uw gegevens. U krijgt een gaasje op de prikplaats. Daarna krijgt u een pleister.

Bloedafname bij kinderen

Het prikken van kinderen vraagt meer tijd, aandacht en mankracht dan bij een volwassene. Wij nemen de tijd voor uw kind.

Dit kunt u verwachten:

Bij bloedprikken mag uw kind alleen in de prikstoel gaan zitten. U mag uw kind ook op schoot houden. We vertellen dat het niet erg is als uw kind huilt, maar dat het wel belangrijk is dat de arm niet beweegt. We leggen uw kind en u uit wat er gaat gebeuren. U en uw kind bepalen zelf of u wilt kijken naar het prikken.

Na de bloedafname mogen kinderen een kleurplaat of stickers uitzoeken. Er is ook een bloedafnamediploma beschikbaar: ‘Jonkheer/Jonkvrouw in de orde van de dappersten’.

Soms lukt de eerste afname niet. Als dat gebeurt, overleggen we samen met u en uw kind of we het op een andere plaats proberen. Als de bloedvaten erg klein zijn, besluiten we soms dat we bloed afnemen met behulp van een vinger/hielprikje.

Bloedprikken in het Diakonessenhuis: hoe en waar

De poli bloedafname op onze ziekenhuislocaties (Utrecht, Zeist en Doorn) werkt op inloop. U hoeft dus geen afspraak te maken, tenzij uw arts anders met u besproken heeft.