Artroscopie van de knie bij kinderen

Uw kind ondergaat binnenkort een artroscopie van de knie. In deze folder vindt u informatie over deze ingreep. Meer informatie over de opname in het ziekenhuis vindt u in de folder 'Opname op de kinderdagbehandeling' of 'Opname op de jongerenkamer'. Afhankelijk van de leeftijd van uw kind heeft uw kind zelf ook iets te zeggen over wat er gebeurt. Meer informatie hierover vinden u en uw kind in de folder 'Patientenrechten van u en uw kind' en op de website www.jadokterneedokter.nl. Voor de leesbaarheid noemen we een kind hij/hem. Waar ‘hij’ staat, kunt u natuurlijk ook ‘zij’ lezen. Waar we in de tekst over ouders spreken, kunt u ook verzorgers lezen.

Artroscopie

Wat is een artroscopie?

Een artroscopie wordt ook wel een kijkoperatie genoemd. Artros is het Griekse woord voor gewricht. Scopie betekent kijken. Een artroscopie is dus een operatie waarbij in een gewricht wordt gekeken, in dit geval in de knie. Het apparaat waarmee in de knie gekeken wordt, heet een scoop. Dit is een smalle buis met een doorsnee van twee tot acht millimeter. Hierin zit een miniatuurlens en een lichtkabel.

Het kniegewricht

Het uiteinde van het bovenbeen, het scheenbeen en de achterkant van de knieschijf zijn bekleed met kraakbeen. Om het hele kniegewricht zit een gewrichtskapsel (een vlies).

Afbeelding van een kniegewricht

Wanneer wordt een artroscopie gedaan?

Een artroscopie wordt door een orthopedisch chirurg gedaan.

Zoals u hiervoor heeft gelezen, bestaat het kniegewricht uit verschillende onderdelen. Deze kunnen beschadigen door een ongeval, sport, ziekte en/of te zware belasting. De chirurg kan door lichamelijk onderzoek, röntgenfoto's of een MRI (een onderzoek op de röntgenafdeling) een deel van de beschadigingen vaststellen. Met behulp van de artroscoop kunnen de beschadigingen nog duidelijker bekeken worden. Ook kan bijna altijd de oorzaak van de klachten bepaald worden. Meestal kan er tijdens de artroscopie direct een behandeling plaatsvinden.  

Tijdens de artroscopie kan de chirurg de volgende onderdelen bekijken:

  • meniscus;
  • banden;
  • kraakbeen;
  • gewrichtskapsel (vlies).

De operatie

De chirurg maakt meestal drie sneetjes (van ongeveer één centimeter groot) aan de voorzijde van de knie. Deze sneetjes worden gebruikt om:

  • de scoop in het kniegewricht te brengen, waardoor de chirurg de binnenkant van de knie bekijken kan;
  • vloeistof in het gewricht te spuiten, waardoor de knie uitzet, de chirurg gemakkelijker kan werken (het zicht blijft beter) en de knie gespoeld wordt;
  • verschillende instrumenten in het kniegewricht te brengen, zoals een schaartje om een kapotte meniscus los te knippen en een tangetje om de losse stukjes te verwijderen.  

Als de kijkoperatie klaar is, wordt de (spoel)vloeistof weer uit de knie gedrukt. De sneetjes worden niet gehecht. Er wordt een drukverband om de knie gedaan (om bloedingen te voorkomen).

Voorbereidingen thuis

In de folder 'Opname op de kinderdagbehandeling' of 'Opname op de jongerenkamer' staat in het hoofdstuk 'Voorbereidingen thuis' welke voorbereidingen u voor de operatie moet treffen. Aanvullend op deze algemene voorbereidingen geldt bij een artroscopie ook nog het volgende:

  • Door een drukverband is het geopereerde been na de operatie dikker en past een normale broek niet altijd om het been. Zorg er daarom voor dat uw kind op de operatiedag ruime kleding draagt (bijvoorbeeld een joggingbroek of een broek met wijde pijpen).
  • Na de operatie loopt uw kind waarschijnlijk één of enkele dagen op krukken. Neemt u op de dag van de operatie twee elleboogkrukken mee naar het ziekenhuis. Krukken zijn onder andere te leen bij de Thuiszorg.

Adviezen voor thuis

Verband en wondverzorging

Het drukverband om de knie mag er drie dagen na de operatie thuis afgehaald worden. De hechtstripjes die eventueel op de wondjes zitten, mogen er dan ook af. Als er geen wondvocht (meer) uit de wondjes komt, hoeven er geen pleisters of gaasjes op.

Pijn

Bij pijn kunt u uw kind een pijnstiller geven. Bij vertrek uit het ziekenhuis krijgt u hiervoor richtlijnen en zo nodig een recept mee.

Douchen

Douchen is weer mogelijk als het drukverband er (drie dagen na de operatie) af is. Dit kan ook eerder, maar dan moet u het verband droog houden. Hiervoor kunt u eventueel een zogenaamde douchezak gebruiken. Deze kunt u kopen bij de apotheek.

Na verwijderen van het verband mag uw kind kort douchen. Niet te lang omdat de wondjes dan week kunnen worden. De eerste week na de operatie mag uw kind dus ook niet in bad. Belangrijk is om na het douchen de knie goed af te drogen.

In beweging

Uw kind mag het geopereerde been belasten (tenzij de chirurg anders heeft aangegeven) voor zover dit niet pijnlijk is. Wissel lopen en zitten goed af en breid activiteiten lang-zaam uit. Gebruik bij pijn de eerste paar dagen elleboogkrukken om de knie te ontlasten. Afhankelijk van de pijnklachten kan uw kind het been steeds meer belasten en de elleboogkrukken geleidelijk aan weglaten (zie ook het hoofdstuk 'Tips en oefeningen'). Indien nodig krijgt uw kind een verwijzing voor fysiotherapie.

Naar school

Afhankelijk van de pijn, de zwelling van de knie en het herstel, kan het nodig zijn dat uw kind enkele dagen of de eerste week thuis blijft van school. Eventueel kunt u het naar school gaan opbouwen (bijvoorbeeld beginnen met halve dagen). Wanneer de knie nog niet te veel belast kan worden, kunt u uw kind het beste brengen en halen met de auto. Loopt uw kind nog met krukken, dan is het dragen van een schooltas niet mogelijk. Laat dit doen door een klasgenootje of gebruik een rugzak. Wanneer de knie nog gezwollen is, moet uw kind het been tijdens de les op een stoel leggen (zie ook het hoofdstuk 'Tips en oefeningen').

Sporten

De eerste zes weken na de operatie mag uw kind nog niet meedoen met de gymnastieklessen. Uw kind mag vanaf een week na de operatie wel weer zwemmen (géén schoolslag) mits de wondjes droog en dicht zijn. Op welk moment uw kind andere sporten mag hervatten, kunt u het beste overleggen met de chirurg.

Fietsen

De eerste week mag uw kind niet fietsen. Daarna is fietsen een goede oefening om de kracht en conditie van de knie te verbeteren. Uw kind kan weer beginnen met fietsen als de knie meer dan 90 graden kan buigen en de (eventuele) zwelling verdwenen is en zolang het geen pijn doet. Voorkom bij het fietsen een te zware weerstand.

Weer aan het werk

Wanneer uw kind werkt, moet hij/zij erop rekenen dat dit na de operatie minstens 1 tot 2 weken niet kan. Op welk moment het werk hervat kan/mag worden, kunt u het beste overleggen met de chirurg.

Tips en oefeningen

Na een artroscopie kunnen de kracht en beweeglijkheid van de knie tijdelijk verminderd zijn. Ook kan de knie iets dikker zijn dan normaal. Hierna volgen adviezen die helpen de knie zo snel mogelijk weer ‘in conditie’ te krijgen.

Voorkomen of verminderen van een dikke knie

Om een zwelling van de knie te voorkomen of verminderen, kunt u het volgende doen:

  • Het been gestrekt hoog leggen tijdens zitten. Oefen in deze houding regelmatig het strekken van de knie (zie de oefening op pagina 5 ‘Ter verbetering van het strekken van de knie’). Deze oefening pompt als het ware het vocht uit de knie weg.
  • De knie met ijs behandelen. Leg het been gestrekt en hoog, met een handdoek op de knie (dit laatste ter bescherming van de huid). Leg op de handdoek een zak met ijsblokjes of een ijspakking (onder andere te koop bij de apotheek) en laat die twintig minuten liggen. Bij een dikke knie kunt u deze handeling drie keer per dag uitvoeren.
  • Als de knie dik is, moet uw kind de knie ontzien en af en toe laten rusten. Hoe dikker de knie is, des te meer rust moet uw kind nemen.
  • Bij zwelling van de knie kunt u 's nachts het voeteneind van het bed van uw kind iets omhoog zetten of een kussen onder de matras leggen.

Als de zwelling verdwenen is, kunt u stoppen met bovenstaande maatregelen.

Lopen met krukken

Hoe lang uw kind met krukken moet lopen, hangt af van de operatie. Het lopen met krukken moet uw kind leren. U kunt uw kind als volgt uitleg geven:

  • Plaats de twee krukken tegelijk naar voren.
  • Zet je geopereerde been naar voren. Zorg dat je voet goed tussen de krukken staat.
  • Steun op je geopereerde been en je krukken (voor zover het geen pijn doet).
  • Maak met het niet-geopereerde been nu een stap naar voren, naast of voorbij je geopereerde been.
  • Steun nu op je niet-geopereerde been en maak weer een pas met de twee krukken en je geopereerde been.

Traplopen

Heeft uw kind de eerste tijd na de operatie moeite met traplopen, laat het traplopen dan op de volgende wijze uitvoeren:

1.  De trap op:

  • Houd de trapleuning vast en steun op de kruk in je andere hand.
  • Zet je niet-geopereerde been een tree hoger.
  • Zet daarna je geopereerde been en je kruk op de traptrede.
  • Herhaal dit totdat je boven bent.

 
2. De trap af:

  • Houd de trapleuning vast en steun op de kruk in je andere hand.
  • Plaats de kruk een traptrede lager.
  • Zet je geopereerde been bij op de traptrede.
  • Zet daarna je niet-geopereerde been op die traptrede.
  • Herhaal dit totdat je beneden bent.

U kunt uw kind ook ‘op de billen’ de trap op en af laten gaan.
 

Oefeningen

Hierna volgen enkele oefeningen die wij adviseren te doen na de operatie. Hierdoor worden de kracht en de beweeglijkheid van de knie weer op peil gebracht. Uw kind kan de oefeningen het beste drie tot vier keer per dag doen.

1. Ter voorkoming van trombose: eerste dagen na de operatie
Zolang uw kind veel zit en weinig loopt, moet het de voeten regelmatig bewegen. Dit kan uw kind doen door de voet vanuit de enkel regelmatig naar zich toe te trekken en daarna weer te strekken.

Een afbeeldingen van een enkel oefening

2. Ter versterking van de spieren van het bovenbeen: vanaf de dag na de operatie

  • Ga zitten met gestrekte benen en til het gestrekte been een stukje op.
  • Laat het been in vijf tellen langzaam zakken.
  • Herhaal deze oefening totdat het bovenbeen moe aanvoelt.
Een afbeelding van een oefening voor de bovenbeen

3. Ter verbetering van het strekken van de knie: vanaf de dag na de operatie

  • Ga zitten met gestrekte benen.
  • Strek de knie volledig door de knieschijf naar het lichaam toe te trekken en de knieholte op de onderlaag te drukken.
  • Houd de spieren vijf tellen aangespannen en ontspan daarna.
  • Herhaal deze oefening tien keer.
Afbeelding met een oefening van het strekken van de knie

4. Ter verbetering van het buigen van de knie: als het drukverband eraf is

  • Ga op een stoel zitten en buig de knie totdat er rekpijn te voelen is aan de voorzijde van de knie.
  • Houd de knie vijf tellen in deze stand en ontspan daarna weer.
  • Herhaal deze oefening vijf keer.
Een afbeelding van het buigen van de knie

Problemen

De eerste avond en nacht na de operatie kunt u bij problemen contact opnemen met de spoedeisende hulp van het ziekenhuis. Bij problemen na de eerste 24 uur kunt u contact opnemen met de polikliniek van uw behandelend arts (binnen kantoortijden) of met uw huisarts (buiten kantoortijden).

Vragen

Als u naar aanleiding van deze folder vragen heeft, kunt u deze bespreken met uw behandelend arts of de verpleegkundige van de kinderdagbehandeling. U kunt voor en na de operatie altijd bellen.

Telefoonnummers

Polikliniek Orthopedie
088 250 6270

Kinderafdeling Utrecht (5C)
088 250 6134

Kinderdagbehandeling Utrecht (5 A)
088 250 6129

Kinderdagbehandeling Zeist 
088 250 9556 

Spoedeisende hulp Utrecht
088 250 6211

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected]

Bijgewerkt op: 30 april 2020

Code: K33