Piet en Ellen delen hun verhaal over afasie

In 2015 kreeg Piet een herseninfarct en raakte hierdoor halfzijdig verlamd. Van de verlamming herstelde hij goed. Alleen de taal bleef achter. De diagnose: afasie, een taalstoornis die wordt veroorzaakt door hersenletsel. Sindsdien treedt zijn vrouw Ellen op als ‘tolk’. Tijdens een ziekenhuisopname van Piet ervaarden zij hoe belangrijk het is dat zorgverleners oog en begrip hebben voor afasie.

Ellen: ‘Afasie is bij iedereen anders. In het geval van Piet betekent het dat hij bijna niet kan praten en dat hij moeite heeft met lezen en schrijven. Maar hij kan wel met ja of nee en met gebaren reageren op vragen. Ik stel hem dus veel vragen waar hij met ja of nee op kan antwoorden om te weten hoe hij zich voelt, wat hij wil doen, wat hij wil eten … In het dagelijks leven gaat dit goed. Maar zodra er bijzonderheden zijn, bijvoorbeeld iets met de gezondheid, wordt het al lastiger. Probeer er maar eens achter te komen waar iemand precies pijn heeft of welke klachten hij ervaart. Voor mij is dat al lastig, laat staan voor iemand die minder of niet ervaren is met afasie.’

Toen Piet voor een rugoperatie naar het ziekenhuis moest, maakte Ellen zich dan ook zorgen. Hoe moesten de dokters en verpleegkundigen met Piet communiceren terwijl ze zijn ‘taal’ niet spraken? Hoe zou hij zijn behoeften en vragen kenbaar moeten maken?

Ellen: ‘Deze zorgen heb ik geuit bij de orthopedisch chirurg. Hij begreep mijn zorgen en bood aan dat ik tijdens de opname bij Piet op de kamer kon verblijven zodat ik hem kon ondersteunen in de communicatie. Ook heb ik een logopedist van het ziekenhuis ingeschakeld. Zij informeerde de medewerkers van de afdeling over de afasie van Piet en wat dit betekent voor de communicatie. Wij merkten dat de verpleging en fysiotherapeuten echt hun best deden om hun communicatie aan te passen. Door rustig te praten en korte zinnen te gebruiken, maar ook door gebruik te maken van beeldmateriaal zoals filmpjes en afbeeldingen. Voor ons was het ontzettend fijn en belangrijk dat Piet zich gezien en begrepen voelde.’

Ellen en Piet wensen ook andere mensen met afasie deze ervaring toe. ‘Tijd, rust en aandacht zijn hiervoor de basis’ aldus Ellen. ‘Mijn advies aan andere patiënten is: vertel dat je afasie hebt, vraag er aandacht voor en vertel wat je nodig hebt. Alleen al het feit dat de zorgverleners van de beperking weten, en te merken dat ze er rekening mee houden, geeft rust’. En zorgverleners? ‘Zij hoeven echt geen experts op het gebied van afasie te zijn. Voor ons was het vooral heel fijn dat onze zorgverleners in mogelijkheden en oplossingen dachten.’

Advies van de logopedist

Logopedist Petra Sloot komt veel in aanraking met mensen met afasie en hun naasten. Zij bevestigt hoe belangrijk het is dat zorgverleners oog en aandacht hebben voor afasie: ‘We weten uit onderzoek dat mensen met afasie een grotere kans hebben op verkeerde zorg en dat de toegankelijkheid van zorg voor deze groep minder is. Goede communicatie is prettig voor de patiënt, maar ook essentieel voor goede zorgverlening. Heb je als zorgverlener te maken met een patiënt met afasie, houd hier dan rekening mee. Communiceer vanuit gelijkwaardigheid. Met een paar eenvoudige aandachtspunten kun je al een verschil maken in de communicatie.

Aandachtspunten

  • Zorg voor een rustige omgeving
  • Maak oogcontact als je iets zegt.
  • Spreek rustig, in korte zinnen en geef de patiënt de tijd om te reageren.
  • Ondersteun wat je zegt door steekwoorden op te schrijven, iets aan te wijzen of een gebaar te maken.
  • Praat op normale toonhoogte en met een normaal volume.
  • Als de patiënt doorspreekt in onbegrijpelijke taal, probeer hem dan te remmen door te zeggen dat u het niet begrijpt.

Meer tips vind je in onze folder 'Logopedie bij Afasie' en op de site van Afasienet.