Algehele anesthesie
Tijdens algehele anesthesie of narcose bent u in een soort slaaptoestand. U merkt en voelt niets van de operatie.
Onder narcose gaan
Voordat we u onder narcose brengen, sluiten we de bewakingsapparatuur aan:
- U krijgt plakkers op uw borst om uw hartslag te meten.
- U krijgt een klemmetje op uw vinger. Hiermee controleren we het zuurstofgehalte in uw bloed.
- Met behulp van een band om uw arm meten we uw bloeddruk.
Vervolgens krijgt u een infuus in uw arm. Via dit infuus spuiten we het slaapmiddel in. Dit kan een branderig gevoel in uw arm geven. Binnen een halve minuut valt u in slaap. Als u slaapt, plaatsen wij een kunststof buisje in uw keel. Hiermee kunnen we uw ademhaling controleren.
Bijwerkingen narcose
Na de narcose kunt u bijwerkingen ervaren:
- U kunt zich slaperig voelen en af en toe wegdromen.
- U kunt pijn krijgen in het geopereerde gebied als de verdoving uit is gewerkt.
- U kunt last hebben van misselijkheid, braken, keelpijn en heesheid. De verpleegkundige kan u een pijnstiller of middel tegen misselijkheid geven.
- U kunt een zwaar of kriebelig gevoel achterin uw keel hebben. Dit komt door het buisje dat tijdens de operatie in uw keel zat. Dit gevoel verdwijnt binnen enkele dagen.
- U kunt dorst hebben. Mag u drinken? Doe dit dan voorzichtig en rustig aan. Mag u niet drinken? De verpleegkundige kan uw lippen vochtig maken om de ergste dorst weg te nemen.
Complicaties narcose
Door de narcose kunnen complicaties ontstaan:
- U kunt allergische reacties op medicijnen krijgen.
- Uw tanden kunnen beschadigd raken door het inbrengen van het kunststof buisje. Dit geldt vooral als uw gebit in minder goede staat is.
- Uw houding tijdens de operatie kan een beklemde zenuw in uw arm of been veroorzaken. Hierdoor kunt u last krijgen van tintelingen of krachtverlies. Dit is meestal tijdelijk.
- U kunt ongewenst en onbedoeld bij bewustzijn zijn tijdens de operatie. Dit komt zelden voor.