Behandeling van een korte tongriem bij voedingsproblemen

Iedereen heeft een tongriem. De tongriem is het stukje weefsel tussen de tong en de mondbodem.

Als het tongriempje kort is, kan de tong minder goed bewegen. Uw baby kan dan problemen hebben met drinken uit de borst of de fles. De tongriem kan als een vliesje ver naar voren zitten, maar het kan ook strak en stug zijn en dieper liggen. Dat noemen we een verborgen tongriempje. 

Als er door het korte tongriempje voedingsproblemen ontstaan, kunnen we uw baby behandelen. Als er nog geen voedingsproblemen zijn, is behandeling niet direct nodig. Wel kunnen er later toch problemen ontstaan, bijvoorbeeld bij het likken aan een ijsje of in de spraakontwikkeling.

• De baby heeft moeite om de tepel of speen vast te houden. De baby hapt steeds aan en laat weer los.
• De baby is onrustig tijdens het drinken, mogelijk doordat hij/zij veel lucht inslikt.
• De voeding duurt lang.
• De baby maakt een klakkend geluid bij het drinken.
• De baby is snel vermoeid van het drinken.

Als u borstvoeding geeft:

• Een aanhoudende scherpe, stekende pijn tijdens het voeden.
• Tepelkloven.

In overleg met u kunnen we het tongriempje klieven. Dat betekent dat we het tongriempje inknippen.

Voorbereiding

Uw baby kan zich na de behandeling niet comfortabel voelen. U kunt daarom voor de behandeling thuis al paracetamol geven.

In het ziekenhuis krijgt uw baby sucrose. Dit werkt kortdurend pijnstillend. Een doktersassistent wikkelt de baby in een doek en helpt mee bij de behandeling.

De ingreep

Als het om een vliesje gaat, kan de kinderarts, KNO-arts of een daartoe bevoegde verloskundige de behandeling doen. De behandelaar gebruikt dan een schaar om het tongriempje in te knippen. Dit soort tongriempje is namelijk dun en heeft nauwelijks bloedvaatjes.

Als het om een verborgen tongriempje gaat, doet de KNO-arts de behandeling. Een verborgen tongriempje is vaak vleziger en kan gemakkelijk bloeden. De KNO-arts gebruikt dan een elektrisch puntje om het tongriempje te klieven en meteen dicht te branden.

Tijdens de behandeling heeft u uw baby op schoot. De behandeling duurt meestal niet langer dan 20 tot 30 seconden. De baby kan ondanks de pijnstilling wel pijn ervaren, maar dat duurt heel kort.

Na de ingreep

Het kan zijn dat uw baby zich niet comfortabel voelt. U kunt hem dan nog paracetamol geven.

Wonden in de mondholte genezen meestal zeer snel, zeker op deze jonge leeftijd. Wondinfectie en nabloeding zijn zeer zeldzaam. Een aantal dagen kunt u een gele plek onder de tong zien, deze verdwijnt vanzelf.

We adviseren uw baby direct na de behandeling te laten drinken aan de borst of uit de fles. Hoe beter de tong beweegt, hoe kleiner de kans dat het wondbed opnieuw aangroeit.

Vervolgafspraken

• Na klieven op de kinder/couveuse- of kraamafdeling: de lactatiekundige en/of preverbaal logopedist komt bij u langs.
• Na klieven op polikliniek KNO: de KNO-arts neemt na een maand telefonisch contact met u op.
• Na klieven op polikliniek Kindergeneeskunde: meestal is contact met de kinderarts niet meer nodig.

Voor begeleiding bij borstvoeding raden we aan om thuis een lactatiekundige in te schakelen. Verdere informatie vindt u in de folder Tips na het klieven van de tongriem.

Polikliniek KNO Utrecht/Zeist
088 250 5026

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].