Behandeling van obstipatie

U heeft last van obstipatie, ook wel verstopping. In deze folder vindt u informatie over deze aandoening en de behandelingsmogelijkheden.

Wat is obstipatie?

De ene mens heeft elke dag ontlasting, de ander meerdere keren per dag of juist om de dag. Dat is normaal. We spreken van verstopping of obstipatie als iemand minder dan drie keer per week ontlasting heeft of als dit alleen lukt door heel hard te persen.

Klachten

U herkent verstopping aan de volgende klachten:

  • Slechts een of twee keer per week ontlasting.
  • Harde droge ontlasting.
  • Pijn bij het poepen, door de harde ontlasting kunnen scheurtjes of kloofjes in of bij de anus ontstaan. Als er weer ontlasting langs komt kan hierdoor pijn ontstaan.
  • Poepvegen: als de darm heel vol is, kunnen dunne hoeveelheden ontlasting langs de harde brokken weglekken. Dit heet ook wel overloopdiarree.
  • Het gevoel dat er na de stoelgang nog ontlasting is achtergebleven.
  • Aambeien. Als u last hebt van verstopping en hard moet persen kunnen er aambeien ontstaan.

Oorzaken

Verstopping ontstaat als de ontlasting te lang in de dikke darm zit. Hierdoor wordt er te veel vocht aan onttrokken en wordt de ontlasting hard en droog. Vaak vinden we een oorzaak in leef- en eetgewoontes, te weinig lichaamsbeweging, vezelarme voeding en te weinig drinken. Uitstellen van de stoelgang kan ook verstopping veroorzaken. Er zijn ook geneesmiddelen die als bijwerking verstopping kunnen veroorzaken.

Onderzoek

Afhankelijk van uw klachten kan het nodig zijn om een darmonderzoek (coloscopie) of een röntgenonderzoek naar het functioneren van de endeldarm (defecogram) te verrichten. U krijgt hiervoor dan een afspraak.

Behandelingsmogelijkheden

De behandeling hangt onder meer af van de oorzaak van de obstipatie. De  behandeling is daarom niet voor iedereen hetzelfde. Hieronder vindt u een overzicht van de behandelingsmogelijkheden. Uw arts bespreekt met u welke behandeling het best aansluit op uw klachten/ uw situatie.

Leefstijladviezen

Bij obstipatie richt de behandeling zich onder meer op een leefstijl die een regelmatige stoelgang bevordert. U kunt hierbij denken aan het eten van vezelrijke voeding, voldoende drinken, niet roken en voldoende beweging. Uw behandelend arts of verpleegkundige zal u hierover informeren.

Laxantia en probiotica

Meestal adviseert uw behandelaar het gebruik van laxantia en/of probiotica. Hieronder vindt u informatie over de verschillende opties. Uw behandelaar laat u weten welk middel u kunt gebruiken

  • Bulkvormers

Bulkvormers doen eigenlijk hetzelfde als voedingsvezels: ze nemen vocht op. Ze zorgen ervoor dat de poep soepel wordt en ze helpen bij een goede darmwerking. Het is belangrijk om bij bulkvormers extra veel te drinken. Bulkvormers kunnen namelijk averechts werken als ze niet voldoende vocht kunnen opnemen. Bulkvormers bevatten psylliumzaad of psylliumvezels en zemelen. U kunt bulkvormers zonder problemen langere tijd gebruiken omdat ze de darm niet prikkelen. Bulkvormers kunt u oplossen in bijvoorbeeld water, yoghurt of vruchtensap.

Bulkvormers kunnen, als ze worden opgelost in weinig water, ook zorgen voor stevige ontlasting. Dit kan een uitkomst zijn voor patiënten die last hebben van dunne ontlasting en/of verlies van ontlasting.

  • Vochtbindende laxantia

Deze laxantia zorgen ervoor dat het vocht in de darm blijft waardoor de ontlasting soepel wordt. Voorbeelden hiervan zijn movicolon of magnesiumtabletten. Ze moeten met een ruime hoeveelheid water ingenomen worden.

  • Contact laxantia

Deze middelen activeren de darmbewegingen door een chemische prikkeling van de darmwand. Hierdoor hebben ze een sterk laxerend effect: u moet erdoor poepen. Contact laxantia zijn prikkelend voor uw darmwand en worden meestal pas gebruikt als vochtbindende laxantia onvoldoende werken.

  • Probiotica

Probiotica zijn goede bacteriën die van nature voorkomen in uw darmen. Er bestaan veel verschillende soorten probiotica. Bij obstipatie lijkt de darmflora een belangrijke rol te spelen. De samenstelling en activiteit van de darmflora is namelijk van invloed op de beweging van de darm. Probiotica kunnen dus onderdeel zijn van de behandeling van zowel obstipatie als van dunne ontlasting. Het maximale effect wordt meestal na 4 tot 6 weken bemerkt. Daarna kunnen ze naar behoefte worden gebruikt. Uw arts kan u adviseren over het gebruik van probiotica.

Medicijnen

Soms schrijft de arts u medicijnen voor. Het betreft medicijnen die de vochtopname tegengaan of medicijnen die de darmwand prikkelen.

Bekkenbodemfysiotherapie

Indien nodig, verwijst uw behandelend arts u door naar een gespecialiseerde fysiotherapeut. Bij bekkenbodemfysiotherapie traint u de spieren van de bekkenbodem. Ook kan de bekkenbodemfysiotherapeut u leren voelen wanneer uw endeldarm vol is en hoe u de sluitspier ontspant. Het is raadzaam om na beëindiging van de behandeling door de fysiotherapeut zelf door te gaan met de oefeningen.

Darmspoeling

Als leefstijlaanpassingen en medicijnen onvoldoende effect hebben, kan de arts een darmspoeling voorschrijven. U krijgt dan een afspraak met onze gespecialiseerde continentieverpleegkundige. Zij leert u hoe u de endeldarm leegspoelt met lauwwarm water. Het spoelen van de darm kan op het toilet. Er zijn verschillende spoelsystemen in de handel. De continentieverpleegkundige kan u hierover verder informeren.

Neurostimulatie

Als andere behandelingen geef effect hebben is neurostimulatie een mogelijke behandeling. Neurostimulatie is een techniek waarbij een van de zenuwen die naar de anale kringspier loopt wordt gestimuleerd via stroomstootjes. Neurostimulatie kan op twee manieren:

  • Percutane neurostimulatie (PTNS)

Bij deze techniek wordt de zenuw aan de binnenkant van de enkel (nervus Tibialis) via een klein naaldje gestimuleerd (vergelijkbaar met acupunctuur). Stimulatie van deze zenuw leidt via de zenuwwortels bij het heiligbeen ook tot een stimulatie van de zenuwen die verantwoordelijk zijn voor de aansturing van de kring- en/of bekkenbodemspier. Voor deze behandeling komt u gedurende 14 weken wekelijks een half uur naar de polikliniek. Zie hiervoor ook onze folder over PTNS.

  • Sacrale neuromodulatie (SNM)

Bij deze techniek worden de zenuwen vanuit het heiligbeen direct gestimuleerd. Hiervoor wordt een draadje (electrode) in het heiligbeen geplaatst via de rug. De electrode is aangesloten op een stimulator onder de huid (vergelijkbaar met een pacemaker). Deze behandeling bestaat uit een testfase waarbij alleen de electrode wordt geplaatst. Als de test succesvol is, wordt met een tweede operatie de definitieve stimulator geplaatst. Zie hiervoor ook onze folder over SNM.

Operatief aanleggen van een stoma

Als alle bovenbeschreven behandelingen geen effect hebben kan gekozen worden voor het aanleggen van een stoma. Een stoma is een niet natuurlijke uitgang van de darm die operatief en op de buik wordt aangelegd. Daarna komt er een zakje op de uitgang waarin de ontlasting opgevangen kan worden zodat dit op een later moment geleegd kan worden. Onze gespecialiseerde stomaverpleegkundigen zullen u in dit traject begeleiden.

Vragen

Met vragen over uw behandeling kunt u terecht bij uw arts of verpleegkundige.

Telefoonnummers

Polikliniek MDL
088 250 6667

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 1 juli 2022

Code: MDL37