Bijvoeden met een sonde aan de borst
Bijvoeding geven aan de borst is een fijne manier om extra voeding, moedermelk of kunstvoeding te geven.
Wat is bijvoeden met een sonde aan de borst?
Bij deze manier van bijvoeden ligt er een klein slangetje (voedingssonde) langs de tepel. Aan het uiteinde zit een spuitje of een fles. Als de baby zuigt, stroomt de melk door het slangetje. Zo drinkt hij aan de borst de bijvoeding.
Bijvoeding geven kan op verschillende manieren. Bijvoeden via een sonde aan de borst heeft vaak de voorkeur omdat de baby aan de borst kan blijven drinken.
Voordelen van bijvoeden aan de borst
- De baby leert drinken aan de borst, terwijl hij wordt bijgevoed.
- De baby drinkt naast de bijvoeding ook de moedermelk direct uit de borst.
- Het aanleggen stimuleert de melkproductie.
- Baby’s die gewend zijn geraakt aan de fles, kunnen zo leren aan de borst te drinken.
- Het maakt (volledig) borstvoeding geven mogelijk, ook voor moeders met weinig melk of bij bijvoorbeeld adoptie.
- Het helpt baby’s die nog weinig zuigkracht hebben aan de borst te drinken.
Nadelen van bijvoeden aan de borst
- De baby moet de borst kunnen aanhappen en vasthouden. Er is een namelijk een vacuüm nodig om de melk aan te zuigen. Als het nog niet lukt om aan de borst te drinken, kan de baby bijvoeding krijgen via vingervoeding, of bij grotere hoeveelheden, met de fles.
- Soms laten baby’s de borst los als ze het slangetje in de mond voelen.
- De melk stroomt vaak wat makkelijker/sneller. Baby’s kunnen daaraan gewend raken.
Hoe gebruikt u de voedingssonde of borstvoedingshulpset?
- Kijk of uw baby goed aan de borst ligt: ligt hij dicht tegen u aan en heeft hij een 'grote hap' genomen? Dan ziet u dat zijn kin tegen de borst ligt, zijn hoofd iets achterover is gekanteld en de neus vrij is. Een baby maakt een grotere hap als de tepel bij het aanleggen wijst naar de neus/bovenlip.
- Breng dan de tip van de sonde schuin omhoog naar binnen via de mondhoek of bij het midden van de bovenlip. De sonde zit goed zodra u ziet dat de baby de melk aanzuigt. U kunt de sonde vastplakken op de borst.
- Als de baby snel loslaat bij het inbrengen van de sonde, plaats hem dan al voor het aanhappen langs de tepel (u plakt sonde vast op de borst). Zorg ervoor dat het uiteinde van de sonde niet voorbij de tepel ligt. Ook als u een kant en klare borstvoedingshulpset gebruikt is dit een goede methode.
- Plaats de spuit of fles ter hoogte van de baby of iets lager.
Als de baby voldoende energie heeft om aan beide borsten te drinken, geef dan pas de bijvoeding als hij eerst zelf aan beide borsten heeft gedronken.
Als de baby nog snel vermoeid is, geef hem dan de bijvoeding bij de eerste borst.
Stroomt de melk te snel, langzaam of helemaal niet meer?
Tijdens het drinken gaat de melk door de sonde. Als de baby een pauze neemt, loopt de melk even terug. De baby drinkt rustig zijn voeding. Zo leert hij actief/effectief te drinken aan de borst.
De melk stroomt te snel
Plaats de fles of spuit dan wat lager of laat de stamper op de spuit. Geef de baby af en toe een pauze door de sonde even af te knikken.
De melk stroomt langzaam of helemaal niet meer
Het kan het zijn dat de baby niet meer goed aan de borst ligt, de sonde niet meer goed zit of dat de baby niet meer actief drinkt.
Schoonmaken en bewaren
Het is belangrijk om de sonde na gebruik goed schoon te maken. Vul de spuit met koud water en spuit de sonde door. Vul de spuit daarna met warm water en spuit de sonde nogmaals door. Daarna kunt u de sonde droog maken door hem door te spuiten met lucht. Bewaar hem in een open bakje of glas.
Telefoonnummers
Secretariaat afdeling Verloskunde
088 250 6182
Afdeling Neonatologie (5B)
088 250 6136
Lactatiekundigen
088 250 6380
[email protected]
Opmerking over de tekst
Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].
Bijgewerkt op: 26 november 2024
Code: VK33