Kwaadaardige huidafwijkingen

U bent voor een huidafwijking doorverwezen naar de chirurg. Deze folder geeft u een beknopt overzicht van de meest voorkomende kwaadaardige huidafwijkingen. Het betreft de chirurgische behandeling van deze aandoeningen. Doorgaans is ook de dermatoloog betrokken bij de behandeling van kwaadaardige huidafwijkingen. Via hem/haar is over onderstaande aandoeningen uitgebreidere informatie verkrijgbaar.

Algemeen

Kwaadaardige huidafwijkingen komen veel voor. De meeste ontstaan als gevolg van inwerking van ultraviolette (UV) straling uit zonlicht op de daarvoor gevoelige huid. Omdat het de huid betreft kunnen kwaadaardige huidafwijkingen gelukkig in een vroeg stadium gezien, herkend en behandeld worden. De sterfte als gevolg van de kwaadaardigheid is dan ook gelukkig relatief laag, maar is mede afhankelijk van de aard van de huidaandoening. 

Het basalioom of basaalcelcarcinoom

Het basalioom is de meest voorkomende kwaadaardige huidaandoening. Het ontstaat in de onderste cellaag van de opperhuid. Overmatige blootstelling aan zonlicht speelt een belangrijke rol, vooral wanneer dit in de jeugd en in wisselende mate is gebeurd. Een zonverbranding in de vakantie kan waarschijnlijk meer schade aanrichten dan bijvoorbeeld continue zonblootstelling, zoals bij mensen die in zuidelijke landen wonen het geval is. Ook vroegere röntgenbestraling kan een rol spelen bij het ontstaan van een basalioom. Er zijn meerdere vormen van het basalioom. Het kan gaan om een glazig bultje op de huid of om een wondje wat maar niet wil genezen, herhaaldelijk opengaat of bloedt. 

Hoe ernstig is het?

Het basalioom zaait bij een goede en tijdige behandeling niet uit en gedraagt zich daarmee betrekkelijk ‘vriendelijk’. Het kan wel plaatselijk doorgroeien, waardoor het gezonde weefsel kan worden aangetast. Behandeling is dus zeker nodig.

Hoe kan het behandeld worden?

Over het algemeen verdient chirurgische excisie (verwijdering) de voorkeur. Er kan echter ook gekozen worden voor cryotherapie of bestraling. Deze behandelvormen komen met name in aanmerking op plaatsen waar chirurgische verwijdering tot ongewenste cosmetische resultaten zou leiden (bijvoorbeeld in het gezicht). De behandeling met cryotherapie of bestraling verloopt meestal via de dermatoloog.

Controle

Als het basalioom eenmaal is verwijderd, is het daarmee afdoende behandeld. Basaliomen kunnen echter op andere plaatsen opnieuw ontstaan en men moet dan ook alert blijven. Daarom is het nodig ten minste drie tot vijf jaar na de behandeling onder controle te blijven van de dermatoloog en/of de chirurg.

Het plaveilselcelcarcinoom (Spinocellulair carcinoom)

Dit is een kwaadaardige woekering van de hoornvormende cellen in de huid (keratocyten) en deze tumor wordt dan ook vaak gekenmerkt door hoornvorming. Ook is ulceratie (zweervorming) mogelijk en bloedt de tumor makkelijk. De tumor heeft vaak een voorstadium van kleine hoornplekjes (zogeheten keratosis actinica) die makkelijk bloeden, vooral in het gelaat en op de handen, gebieden die veel aan zonlicht zijn blootgesteld. Ook op de slijmvliezen en na chronische wonden (bijvoorbeeld brandwonden) komt deze vorm van huidkanker voor.

Hoe ernstig is het?

Het plaveiselcelcarcinoom kan uitzaaien. Vroege behandeling is dan ook belangrijk, want dan is de kans op uitzaaiing gering. 

Hoe kan het behandeld worden?

De behandeling bestaat bij voorkeur uit chirurgische verwijdering (excisie) of eventueel uit bestraling, afhankelijk van plaats en grootte. Als er sprake is van vergrootte lymfklieren in de nabijheid van de tumor zullen deze onderzocht moeten worden op eventuele uitzaaiingen. Het kan op grond daarvan nodig zijn de behandeling nog verder uit te breiden. 

Controle

Ook als er geen aanwijzingen zijn voor uitzaaiingen, is controle na de behandeling door de dermatoloog en/of chirurg in verband met de grotere kans op uitzaaiingen noodzakelijk.

Het melanoom

Het maligne melanoom (kwaadaardige moedervlek) is een tumor die uitgaat van de pigmentcellen van de huid (melanocyten). Meestal ziet het eruit als een snel groeiende, makkelijk bloedende, bruinzwarte of veelkleurige (rood, paars, blauw, grijs, wit of een combinatie) moedervlek, die soms jeukt of pijnlijk is en kan zweren.

Het onderscheid met een gewone moedervlek (naevus) kan lastig zijn. Vaak ontstaat een melanoom op een nieuwe plaats, maar ook een gewone moedervlek kan een kwaadaardigheid worden. Elke verandering van een moedervlek verdient dan ook grote aandacht. 

Hoe ernstig is het?

Het melanoom is een kwaadaardige huidtumor die aanleiding kan geven tot uitzaaiingen. Over het algemeen kan gesteld worden: hoe dunner de tumor bij microscopisch onderzoek, hoe beter de levensverwachting zal zijn, maar ook: hoe dikker de afwijking, hoe slechter de levensverwachting. 

Hoe kan het behandeld worden?

De behandeling is in principe chirurgisch, waarbij de afwijking voldoende ruim dient te worden verwijderd. Dat wil zeggen dat behalve het melanoom ook een rand gezond weefsel moet worden verwijderd, om de kans dat er op die plek later weer een melanoom komt, zo klein mogelijk te maken. Meestal zal de procedure als volgt zijn. Eerst wordt een verdacht plekje verwijderd en microscopisch onderzocht. Wanneer daar de diagnose melanoom op wordt gesteld, volgt een tweede operatie, waarbij het litteken en het vorige operatiegebied ruim worden verwijderd (re-excisie).

Wanneer in de nabijheid van het melanoom een lymfeklier in de lies of oksel afwijkend aanvoelt, wordt deze ook onderzocht. Blijkt de lymfeklier een uitzaaiing van het melanoom te bevatten, en worden er elders in het lichaam geen uitzaaiingen gevonden, dan kan er besloten worden tot het verwijderen van alle lymfeklieren in de betreffende lies of oksel. Wanneer er geen verdachte lymfeklieren zijn en als de tumor dikker is dan 1mm, dan kan aanvullend onderzoek worden gedaan naar de lymfklieren via de zogeheten schildwachtklierprocedure. 

Omdat het nog niet duidelijk is of het verwijderen van de lymfeklieren voordeel op de langere termijn oplevert, wordt de schildwachtklierprocedure niet altijd toegepast. Hierbij wordt door inspuiting van een licht radioactieve stof en van een blauwe kleurstof die klier (of klieren) zichtbaar gemaakt, die als eerste een eventuele uitzaaiing van de tumor zou kunnen krijgen. Deze klier wordt verwijderd en onderzocht. Zijn er geen uitzaaiingen en vertoont het verwijderde littekengebied geen tumor meer, dan is de behandeling voltooid. Zijn er wel uitzaaiingen in de lymfklier, dan volgen aanvullende onderzoeken en behandelingen. 

Een melanoom is niet gevoelig voor bestraling. Als er sprake is van uitzaaiingen dan zijn er diverse behandelmogelijkheden met medicijnen, maar hiervoor geldt dat geen van deze behandelingen volledige genezing kan bewerkstelligen. 

Controle

Poliklinische controle na de behandeling van een melanoom is noodzakelijk. Hierbij wordt de patiënt volgens een schema meerdere jaren door de dermatoloog en/of chirurg gecontroleerd.

Vragen

Heeft u nog vragen, dan kunt u contact opnemen met de polikliniek Chirurgie.

(Patiënten)organisaties

Voor meer informatie over een basalioom en een melanoom verwijzen wij u naar de folders 'Basaalcelcarcinoom' respectievelijk 'Moedervlekken' van de Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie. De folders zijn verkrijgbaar op de polikliniek Dermatologie.

Telefoonnummers

Polikliniek Chirurgie
088 250 5333

  • toets 1 voor het maken / verzetten van afspraken op de polikliniek in Utrecht en Zeist
  • toets 2 voor vragen rond opname
  • toets 3 voor medisch inhoudelijke vragen
  • toets 4 voor overige vragen

Voor het maken of verzetten van afspraken op de polikliniek in Doorn kunt u bellen met polikliniek Doorn, telefoonnummer 088 250 8888.

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected],

Bijgewerkt op: 23 januari 2018

Code: CH58