Leefregels na een dotterbehandeling

U heeft een dotterbehandeling (PCI) ondergaan. In deze folder vindt u leefregels voor na de behandeling.

Medicijnen

Na de dotterbehandeling is/wordt uw medicatie gewijzigd. U krijgt op advies van de cardioloog bloedverdunnende medicatie (Ascal; Sintrommitis of Plavix) voorgeschreven.

Leefregels

Algemene leefregel

Bij sommige patiënten wordt een angioseal gebruikt om de slagader in de lies te dichten. Een angioseal is een soort afdichtingsdopje dat vanzelf in de slagader en de huid oplost. Als er bij u een angioseal is gebruikt, draag dan het angiosealpaspoort dat u krijgt gedurende drie maanden bij u.

Aanvullende leefregels bij behandeling via de lies

Indien de behandeling via de lies is uitgevoerd, dient u vier dagen:

  • geen honden uit te laten in verband met trekken aan de riem
  • niet te fietsen
  • trappen rustig op te lopen
  • geen zwaar lichamelijke arbeid te verrichten
  • niet meer dan 5 kg te tillen
  • niet te persen
  • geen druk op de punctieplaats uit te oefenen bij niesen of hoesten
  • niet te baden. U kunt wel een korte lauwe douche nemen.

Autorijden na de ingreep
U mag in principe vier dagen na de ingreep niet autorijden in verband met plotseling remmen. Als u een dotterbehandeling hebt ondergaan nadat u een hartinfarct hebt doorgemaakt, dan mag u 4 weken niet autorijden. 

Aanvullende leefregels bij behandeling via de arm

Indien de behandeling via de arm is gegaan, dient u:

  • de arm de eerste vier dagen te ontzien (niet te zwaar tillen)
  • bij het baden de arm droog te houden (bijvoorbeeld de arm op de rand van het bad leggen). U kunt wel een lauwe douche nemen.

Wondverzorging

  • Als het wondje droog en niet ontstoken is, kunt u een pleister op de wond plakken.
  • Neem als het wondje ontstoken is contact op met uw huisarts. De huid rond de wond is dan rood en voelt warm aan.
  • Neem bij toenemende verdikking en/of pijn (plotseling stekende pijn) ook contact op met uw huisarts.

Gesprek cardioloog

Het verloop van de dotterbehandeling, het resultaat en de eventuele consequenties worden op korte termijn met uw eigen cardioloog besproken.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen of zijn er onduidelijkheden, neem dan contact op met één van de verpleegkundigen op de afdeling.

Telefoonnummers

Polikliniek Cardiologie
088 250 5040

Verpleegafdeling 2 AB unit A (kamers 201, 202, 210, 211, 212 en 213)
088 250 6248

Verpleegafdeling 2 AB unit B (kamers 203, 204, 205, 206, 207, 208 en 209)
088 250 6485

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 23 april 2021

Code: CAR10