Omzetting pijnbehandeling van spinale opiaten naar ziconotide

U heeft een afspraak voor een omzetting van spinale opiaten naar ziconotide. Voor deze omzetting verblijft u ongeveer vijf dagen in het Diakonessenhuis locatie Zeist. In deze folder vindt u informatie over de gang van zaken rond de behandeling. Uw behandelend arts heeft enkele zaken al met u besproken. Het is goed om u te realiseren dat uw situatie anders kan zijn dan hier is beschreven. Algemene informatie over een opname in het ziekenhuis vindt u in de folder ‘Opname in het Diakonessenhuis’.

Wat is een spinale ziconotide behandeling?

Ziconotide is een medicijn dat de overgevoeligheid van het centraal zenuwstelsel onderdrukt. Het heeft een ander aangrijppunt dan opiaten (morfine of hydromorfon) en kan daardoor juist misschien werkzaam zijn bij patiënten die niet goed reageren op spinale opiaten. Ziconotide wordt in Nederland nog nauwelijks gebruikt en tot nu toe alleen in onderzoeksverband toegepast. Er is uit de literatuur bekend dat patiënten met moeilijk te behandelen pijn, met ziconotide toch redelijke pijnvermindering (ongeveer 50%) en toename van kwaliteit van leven kunnen ervaren. Ziconotide wordt via een geïmplanteerde pomp continu toegediend net als spinale morfine/hydromorfon. Omdat het toedienen van ziconotide in onderzoeksverband gebeurt, wordt van u ook gevraagd om zo nu en dan een vragenformulier in te vullen.

Gang van zaken

Voorbereidend gesprek

Uw behandelend arts heeft met u een voorbereidend gesprek over het middel Ziconotide waarin de risico’s en mogelijke complicaties van dit middel worden besproken.

Verwijderen morfine/hydromorfon

Voordat u gaat starten met de ziconotide, moet eerst de morfine/hydromorfon uit de bij u geïmplanteerde pomp verwijderd worden. Dit gebeurt twee tot drie weken na het voorbereidende gesprek. Zodra de morfine/hydromorfon uit de pomp verwijderd is, start u met morfinepleisters. Een recept hiervoor krijgt u mee na het voorbereidende gesprek.

Het verwijderen van de morfine/ hydromorfon vindt plaats op de afdeling Pijnbehandeling van het Diakonessenhuis locatie Zeist. Neem naar deze afspraak uw morfinepleisters mee zodat u hiermee direct na het verwijderen van de morfine/ hydromorfon uit de pomp, kunt starten.

Het verwijderen van de morfine/ hydromorfon gebeurt op dezelfde manier als bij een reguliere vulling van uw pomp. Alleen wordt nu de pomp na het verwijderen van de morfine/ hydromorfon gevuld worden met een zoutoplossing. De physician assistant voert deze behandeling uit. Na het verwijderen van de morfine/ hydromorfon kunt u meteen starten met de door u meegebrachte morfinepleisters.

De volgende dag neemt de physician assistant telefonisch contact met u op om  het gebruik van de morfinepleisters te evalueren. De physician assistant neemt in de twee weken daarna  wekelijks contact met u op om te vragen of u hinder of bijwerkingen ervaart van het gebruik van de morfinepleisters.

Opname en vullen van de pomp met Ziconotide

Twee tot drie weken na het verwijderen van de morfine/ hydromorfon uit uw pomp, wordt u van maandag tot en met vrijdag opgenomen op de verpleegafdeling A4 van het Diakonessenhuis locatie Zeist. Op maandagochtend verwijdert de physician assistant op de pijnafdeling B1 de zoutoplossing uit uw pomp en vult deze met een startdosis Ziconotide. Dit gaat op ongeveer dezelfde manier als bij een reguliere vulling van uw pomp.

De physician assistant komt dagelijks bij u op de verpleegafdeling langs ter beoordeling van het effect van de Ziconotide. Er is regelmatig overleg tussen de verpleegkundigen, physician assistant en de pijnspecialist. De reactie op de toegediende dosering is voor iedere patiënt anders en afhankelijk van de pijnvermindering en mogelijke bijwerkingen. Gedurende de opname zal de pomp niet zoals u gewend bent worden opgehoogd.

Verhogen van de dosis

Twee weken na de eerste vulling met Ziconotide wordt de pomp opnieuw gevuld met de onderhoudsdosis Ziconotide. De uiteindelijke dosering wordt verder op de polikliniek ingesteld.

Bijwerkingen

Het middel Ziconotide kent een aantal bijwerkingen (zie onderstaande lijst). Laat u door deze lijst niet te zeer afschrikken. Bijwerkingen komen vooral de eerste dagen voor. Daarna neemt de intensiteit af. Bij misselijkheid en braken kunt u medicijnen krijgen om dit tegen te gaan.

Veel voorkomendWeinig voorkomendZeer zeldzaam
AngstAgressie / boosheidTotale controle verlies
VergeetachtigheidVerwarring (tijd, plaats, persoon)Gedragsveranderingen
SpraakstoornissenAchterdochtigheid
Veel voorkomendWeinig voorkomendZeer zeldzaam
VerwarringStemmingswisselingenGeïrriteerdheid
KoudegevoelGedragsveranderingenOpgewonden voelen
WanenDronken gevoel
HallucinatiesConcentraties stoornissen
Suïcidale gedachtenEpileptische aanval
Coördinatie problemenSpierspasmen
Ongecontroleerd bewegenVeranderingen ademhaling
Beven armen en benenPiepende ademhaling
EvenwichtsstoornissenKortademigheid
OnhandigheidHoesten
Verminderd urinerenNiezen
Minder urine volumeKeelpijn
Pijn bij plassenPijn op de borst
NadruppelenSnelle hartslag
Duizeligheid
Licht in het hoofd
Neiging tot flauwvallen
Spierstijfheid
Slaapstoornissen
Donkere urine
Koude rillingen
Koorts
Algehele malaise
Vermoeidheid / zwakte

Voorbereidingen

Meenemen naar het ziekenhuis

In de folder ‘Opname in het Diakonessenhuis’ leest u welke spullen u mee moet nemen naar het ziekenhuis.

Afspraken maken of afzeggen

Voor het maken of afzeggen van afspraken kunt u op werkdagen tussen 8.00 en 17.00 uur contact opnemen met de afdeling Pijnbehandeling. Het telefoonnummer vindt u achter in deze folder. Als u op de dag van behandeling en/of opname koorts heeft, kan de behandeling niet doorgaan. Neem in dat geval contact op met de afdeling Pijnbehandeling. Het telefoonnummer vindt u achter in deze folder.

Dag van opname

Melden

Op de dag van behandeling meldt u zich op het afgesproken tijdstip op de verpleegafdeling in het Diakonessenhuis locatie Zeist. U wordt liggend in bed door een verpleegkundige naar de afdeling Pijnbehandeling gebracht.

Mogelijke complicaties

Als de ziconotide per ongeluk niet in het reservoir van de geïmplanteerde pomp maar onderhuids terecht komt, kan er een ontstekingsreactie optreden met ernstige gevolgen voor de huid. Mogelijk moet het geïmplanteerde systeem dan verwijderd worden.

Naar huis

De physician assistant bespreekt met u welke medicijnen u thuis weer mag gaan gebruiken. Op de dag van ontslag mag u nog niet zelfstandig deelnemen aan het verkeer. Zorg ervoor dat u wordt opgehaald.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neem dan contact op met de assistent(e) van de afdeling Pijnbehandeling, bereikbaar op werkdagen van 9.30 tot 11.30 uur. Het telefoonnummer vindt u achter in deze folder.

Telefoonnummers

Polikliniek Pijnbehandeling Zeist
088 250 9122 - bereikbaar tussen 08.00 en 17.00 uur / 088 250 9148 noodnummer morfinepomp.

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 19 december 2017

Code: P30