Röntgenonderzoek en embolisatie van spataderen in de onderbuik of schaamlippen

U heeft binnenkort een onderzoek van de spataderen in de onderbuik of schaamlippen. Indien mogelijk worden de spataderen meteen behandeld door de bloedtoevoer in deze aderen te stoppen. Deze behandeling heet 'embolisatie'. Onderzoek en behandeling vinden plaats op de operatie-afdeling van het Diakonessenhuis locatie Utrecht. U wordt hiervoor enkele uren opgenomen in het ziekenhuis. In deze folder vindt u informatie over de gang van zaken voor, tijdens en na opname. Zie voor meer informatie over een opname in het Diakonessenhuis ook de folder 'Opname in het Diakonessenhuis'. Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de situatie voor u anders kan zijn dan beschreven is.

Wat is röntgenonderzoek en embolisatie van spataderen in de onderbuik of schaamlippen?

Bij dit onderzoek worden de aders in de onderbuik met contrastmiddel zichtbaar gemaakt. Zo mogelijk worden de spataderen meteen van binnenuit afgesloten met zachte metalen draadjes (coils). Hierdoor stopt de bloedstroom in deze vaatjes en verdwijnen de veneuze kluwen rond de eierstokken en/of in de schaamlippen en/of bovenbeen na verloop van tijd vanzelf. Om vooraf de spataderen in kaart te brengen, heeft u enkele dagen of weken van tevoren een MRI-scan of een CT-scan van de buik. Het onderzoek en de behandeling worden uitgevoerd door een interventieradioloog. 

Deze ingreep wordt toepast als u last heeft van de spataderen of als u ze storend of lelijk vindt.

Voorbereidingen

Voorbereidingen thuis

Nuchter zijn
Voor dit onderzoek moet u nuchter zijn. Dit betekent dat u op de dag van het onderzoek vanaf 7.00 uur niets meer mag eten en drinken. Medicijnen innemen met een beetje water mag wel.

Niet ontharen 
U wordt verzocht de liezen voor het onderzoek niet te ontharen, tenzij u veel beharing heeft. Onthaart u de liezen in dat geval minimaal één week voor het onderzoek.

Overgevoeligheid voor contrastmiddel
In zeldzame gevallen komt een overgevoeligheid voor röntgencontrastmiddelen voor. Bent u overgevoelig voor deze middelen of vermoedt u dit te zijn, meld dit dan aan de verwijzend arts én voor het begin van het onderzoek aan de laborant.

In verwachting
Bent u in verwachting of denkt u dit te kunnen zijn, neem dan (minimaal 24 uur voor het onderzoek) telefonisch contact op met de afdeling Radiologie.

Vervoer naar huis
De eerste 24 uur na het onderzoek mag u niet zelf aan het verkeer deelnemen. Regel daarom iemand die u kan brengen en halen, of neem een taxi.

Meenemen naar het ziekenhuis

In de folder 'Opname in het Diakonessenhuis' leest u welke spullen u mee moet nemen naar het ziekenhuis.

Verhinderd

Bent u verhinderd voor het onderzoek? Wilt u dit dan zo spoedig mogelijk (uiterlijk 24 uur vóór het onderzoek) melden aan de afdeling Radiologie van locatie Utrecht én aan de betreffende polikliniek waar u onder behandeling bent? Er kan dan iemand anders in uw plaats komen. Bovendien kunt u meteen een nieuwe afspraak maken.

Opname en onderzoek

Melden

Op de afgesproken tijd meldt u zich op de verpleegafdeling waar u wordt verwacht. Meestal is dit ’s ochtends rond 8.00 uur.

Voorbereiding in het ziekenhuis

Een half uur voor het begin van het onderzoek krijgt u een rustgevend medicijn (tabletje). Ook krijgt u een operatiejasje aan en een infuus. Via dit infuus krijgt u eventueel medicijnen toegediend. Op het afgesproken tijdstip brengt een verpleegkundige u met uw bed naar de operatie-afdeling. Let op: bij drukte op de operatie-afdeling kan het tijdstip waarop het onderzoek plaatsvindt later zijn dan gepland.

Gang van zaken tijdens het onderzoek

Op de operatie-afdeling neemt de laborant(e) de behandeling met u door.  U neemt plaats op de onderzoekstafel. De laborant(e) legt steriele doeken over u heen.

De radioloog voert het onderzoek uit via een liesader. U krijgt eerst een plaatselijke verdoving door een prikje in uw lies, zodat u tijdens het onderzoek geen pijn voelt. Vervolgens schuift de radioloog een dun plastic buisje in het bloedvat. Door dit buisje brengt hij een langer en dunner plastic buisje (katheter) in het bloedvat. Deze katheter wordt opgeschoven naar het te onderzoeken gebied. Dit kan enige tijd duren. Als de katheter op de juiste plaats ligt, spuit de radioloog contrastvloeistof terwijl hij aan u vraagt om te persen. Het persen zorgt ervoor dat de spataderen worden gevuld met contrastmiddel. Bij het inspuiten van de vloeistof kan het onderzochte lichaamsdeel warm aanvoelen. Dit warmtegevoel verdwijnt na ongeveer vijftien seconden. Ook kunt u het gevoel krijgen dat u moet plassen. 

Tijdens het inspuiten van de contrastvloeistof maakt de radioloog foto’s. De contrastvloeistof maakt de bloedvaten zichtbaar. Het is belangrijk dat u tijdens het maken van de foto’s stil blijft liggen. In de meeste gevallen maakt de radioloog meerdere series foto’s om de bloedvaten in meerdere richtingen af te beelden. 

Zo mogelijk sluit de radioloog de spataderen van binnenuit af met één of meerdere coils (metalen draadjes). Dit heet emboliseren. Tijdens het emboliseren kunt u kort een spanningsgevoel in de onderbuik hebben.

Na het onderzoek verwijdert de radioloog het buisje uit de lies, drukt het wondje ongeveer vijf minuten dicht en brengt een pleister op het prikgat aan.

Duur van het onderzoek

Het onderzoek duurt ongeveer 1½ a 2 uur.

Na het onderzoek

Terug op de afdeling

Na het onderzoek brengt een verpleegkundige u terug naar de afdeling. Hier heeft u drie uur bedrust. Dit is om de kans op een nabloeding in de lies te verkleinen. 

Eten en drinken

Na het onderzoek mag u weer gewoon eten en drinken.

Bij- en nawerkingen

  • Gedurende enkele dagen tot twee weken na het onderzoek/de behandeling is er kans op pijn of een zwaar gevoel in de onderbuik en verhoging tot 37,8° waarvoor u zo nodig paracetamol kunt nemen. 
  • Op de plaats van de punctie kan een bloeduitstorting ontstaan. Deze zakt in de loop van de tijd. 

Naar huis

De zaalarts bepaalt of u (ongeveer) drie uur na het onderzoek naar huis kunt. U mag niet zelf autorijden. Regel een taxi of iemand die u naar huis brengt.

Adviezen voor thuis

De eerste 24 uur na het behandeling mag u niet autorijden en moet u rustig aandoen. Tot twee weken na het onderzoek/de behandeling mag u uw lies niet zwaar belasten. Dit houdt in dat u niet mag sporten en zwaar tillen.

Contact opnemen met het ziekenhuis

Neem contact op met het ziekenhuis als de lies pijnlijk wordt. Als u ‘s avonds na het ontslag uit het ziekenhuis erge klachten heeft, neem dan contact op met de spoedeisende hulp van het Diakonessenhuis.

Uitslag/ controleafspraak

De behandelend arts bespreekt met u de uitslag van het onderzoek. Dit gebeurt tijdens de eerstvolgende controle op de polikliniek.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder vragen? Stel deze dan gerust. U kunt op werkdagen tussen 8.30 en 16.30 uur contact opnemen met de afdeling Radiologie van locatie Utrecht, 088 2506542. Ook tijdens het onderzoek kunt u uw vragen stellen aan de radiodiagnostisch laborant en/of de radioloog.

Telefoonnummers

Afdeling Radiologie Utrecht
088 250 6542

Spoedeisende hulp Utrecht
088 250 6211

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 30 april 2021

Code: RAD45