Translate website
Disclaimer
Nederlands: U vraagt Google Translate Services om onze teksten te vertalen. Daardoor kunnen er fouten in de teksten zitten. Automatische vertalingen zijn niet perfect, ons ziekenhuis is niet verantwoordelijk voor mogelijke vertaalfouten. Heeft u vragen over uw gezondheid? Neem dan altijd contact op met uw arts.
Meer weten? Lees de toelichting vertaalbeleid
English: You ask Google Translate Services to actively translate our texts. Therefore they may contain errors. Automatic translations are not perfect. Diakonessenhuis is not responsible for possible translation errors. Do you have questions about your health? Then always contact your doctor.
Want to know more? Read the explanation of translation policy
Sleutelbeenbreuk
In deze folder vindt u informatie over de behandeling van een sleutelbeenbreuk, in medische termen een claviculafractuur. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven.
Diagnose en onderzoek
Omdat het sleutelbeen door zijn ligging makkelijk te onderzoeken is, kan de arts na een lichamelijk onderzoek meestal met zekerheid vaststellen of uw sleutelbeen gebroken is. Het is dan niet nodig om een röntgenfoto te maken. Het maakt voor de behandeling ook niet uit hoe het bot precies gebroken is.
De behandeling
De behandeling van een sleutelbeenbreuk is meestal conservatief (= geen operatie) en bestaat uit het dragen van een mitella (= draagdoek).
Rust bevordert de genezing. Door middel van een mitella is er voldoende rust voor een goede genezing. Als er een sterk afwijkende stand bestaat, wordt dit in de loop van de eerste week meestal minder.
In het algemeen moet u de mitella drie tot vijf weken dragen. De laatste twee weken hoeft dat niet de gehele dag meer. Tijdens douchen/baden en 's nachts kunt u de mitella afdoen.
Beweging
Om verstijving van de schouder te voorkomen moet u zodra het mogelijk is draaioefeningen doen met de schouder. Dat doet u door het bovenlichaam voorover te buigen, zodat de arm in de mitella vrij komt te hangen en u draaiende bewegingen kunt maken met de schouder. Bij deze oefening lijkt het alsof u in een grote pan roert, waarbij u in de loop van de tijd 'de pan steeds groter maakt'. Ook is het verstandig tijdens de gehele periode zo nu en dan de arm uit de mitella te doen en de elleboog even te strekken.
Algemene regel: 'luister' naar de pijn. Als u geen pijnklachten meer heeft, is de mitella niet meer nodig. Alles wat mogelijk is, zonder dat dit pijn veroorzaakt, is toegestaan.
Na vier tot zes weken moet u de arm weer goed boven het hoofd kunnen bewegen. Als dit niet lukt is het raadzaam contact op te nemen met uw huisarts of specialist. Deze kan dan beoordelen of fysiotherapeutische hulp nodig is.
Na zes weken is de breuk voldoende genezen, zodat u het meeste weer mag en kan doen. Zwaar lichamelijk werk, waarbij de schouder veel wordt belast, zal misschien enkele weken langer moeten wachten.
Na de genezing van de breuk kan een verdikking van het bot ter plaatse van de breuk zichtbaar blijven. Ook kan de schouder wat verkort zijn, omdat het sleutelbeen door de breuk korter is geworden. Voor de functie van de schouder heeft dit geen negatieve invloed.
Eventuele operatie
Slechts in uitzonderingsgevallen is er een reden om te opereren. Een reden voor een operatie kan zijn dat een botstuk door de huid dreigt heen te gaan. Een (sterk) afwijkende stand alleen is in het algemeen geen reden voor een operatie. De nadelen van een operatie (narcose, risico op ontsteking) wegen niet op tegen de voordelen (standcorrectie).
Een operatie aan het sleutelbeen gebeurt onder algehele narcose (verdoving). Meer informatie hierover vindt u in de folder 'Algehele en regionale anesthesie'.
De chirurg zal u vertellen wat er tijdens de operatie gaat gebeuren. In de meeste gevallen wordt er een plaatje over de breuk heen geplaatst, dat vastgezet wordt met kleine schroefjes. Het plaatje kan uw leven lang blijven zitten.
Gang van zaken rond een operatie
Voor een operatie wordt u voor een aantal uren in het ziekenhuis opgenomen op de afdeling Dagbehandeling of op de verpleegafdeling Chirurgie.
Melden
De dag voor de operatie wordt u door de secretaresse van de verpleegafdeling gebeld. Zij vertelt u hoe laat u zich moet melden en hoe laat u geopereerd zal worden.
Voorbereiding in het ziekenhuis
Op de afdeling krijgt u een operatie jasje aan en zal u eventuele medicatie ter voorbereiding voor de operatie krijgen. Een verpleegkundige brengt u (met bed) naar de voorbereidingsruimte van de operatiekamer brengen. Hier krijgt u een operatiemutsje op, wordt de bewakingsmonitor bevestigd en krijgt u een infuus. U krijgt een infuus, waarover u u vocht, medicijnen en zonodig pijnstillers toegediend krijgt.
Na de operatie
Na de operatie komt u terug op de uitslaapkamer (recovery). Hier zult u wakker worden en gedurende ongeveer 1 uur geobserveerd worden. Uw bloeddruk wordt gemeten en u kunt indien nodig medicatie krijgen tegen pijn en misselijkheid. Terug op de verpleegafdeling mag u weer eten en drinken.
Naar huis
U mag naar huis als u zich goed voelt, de pijn onder controle is en u geplast heeft.
Adviezen voor thuis
Pijnstilling
Zowel bij de conservatieve behandeling als na een operatie is bij pijn een eenvoudige pijnstiller (zoals Paracetamol) meestal voldoende. U mag maximaal vier keer per dag twee tabletten Pracetamol 500 mg innemen. Voor goede pijnbestrijding raden wij u aan dit op gezette tijden in te nemen. Bijvoorbeeld rond 8.00 uur , 12.00 uur 17,00 uur en 22.00 uur.
Medicatie
Als u andere medicijnen gebruikt, mag u deze gewoon weer innemen.
Wondverzorging (na operatie)
- Meestal is de wond onderhuids gehecht met oplosbare hechtingen. Eventuele knoopjes worden tijdens de controle op de polikliniek verwijderd. Over de hechtingen zitten hechtpleisters (lichtbruin). Deze laten vanzelf los, waardoor de wond mooi geneest. Als er een witte pleister op de wond zit, mag u deze na twee dagen verwijderen.
- De wond mag de eerste twee dagen niet nat worden. Daarna mag u kort, lauw douchen.
- Na een week mag u weer normaal douchen en in bad.
Belasten van de arm (na operatie)
- U mag de arm wel bewegen maar niet belasten tot aan de controleafspraak op de polikliniek.
- U moet de mitella dragen tot aan de controleafspraak op de polikliniek.
- Zorg ervoor dat uw schouder en elleboog niet 'vast gaan zitten'. Beweeg uw schouder en elleboog voor zover dat kan en/of op geleide van pijn.
Problemen thuis (na operatie)
Wanneer moet u ons bellen?
Neem in de volgende gevallen contact op met het ziekenhuis:
- Als u aanhoudende koorts heeft.
- Als pijn 1 uur na het innemen van de afgesproken pijnmedicatie ondraaglijk blijft.
- Bij veranderingen aan de wond (roodheid, warmte, zwelling en/of pus uit de wond).
Wie moet u bellen?
- De eerste 24 uur na ontslag belt u tijdens kantoortijden met de afdeling waar u behandeld bent.
- De dagen erna belt u tijdens kantoortijden met de polikliniek Chirurgie.
- Buiten kantoortijden belt u in geval van spoed het algemene nummer van het ziekenhuis 088 250 5000. Vraag naar de dienstdoende arts-assistent Chirurgie.
Met vragen die kunnen wachten, kunt u terecht bij de polikliniek. Dit kan telefonisch of via de app BeterDichtbij.
Telefoonnummers
Polikliniek Chirurgie
088 250 5333
- toets 1 voor het maken / verzetten van afspraken op de polikliniek in Utrecht en Zeist
- toets 2 voor vragen rond opname
- toets 3 voor medisch inhoudelijke vragen
- toets 4 voor overige vragen
Voor het maken of verzetten van afspraken op de polikliniek in Doorn kunt u bellen met polikliniek Doorn, telefoonnummer 088 250 8888.
Algemeen nummer Diakonessenhuis
088 250 5000
Opmerkingen over de tekst
Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected]
Bijgewerkt op: 17 januari 2025
Code: CH54