Tips voor goed toiletgedrag

In deze folder kunt u lezen wat goed toiletgedrag is. U krijgt informatie over de blaasfunctie en de darmfunctie. Ook krijgt u adviezen over hoe u uw blaas en uw darmen op een goede manier ledigt.

De blaasfunctie

De normale blaasinhoud bij volwassenen varieert van 200 tot 500 ml. Als uw blaas vol is, krijgt u aandrang om te gaan plassen. Het is normaal om overdag 5 tot 7 keer te plassen en ’s nachts 0 tot 1 keer. Wanneer u al aandrang krijgt als er minder dan 200 ml urine in uw blaas zit en u hier regelmatig aan toe geeft door dan te gaan plassen, verliest de blaas de normale blaascapaciteit. Vaak plassen is vaak heel hinderlijk. Minder drinken werkt averechts omdat de urine dan te geconcentreerd wordt. Hierdoor is er meer kans op blaasontstekingen. Een vochtinname van 1,5 tot 2 liter per dag is voldoende.
Wanneer u te lang wacht en te weinig gaat plassen, neemt de blaasinhoud toe tot meer dan 500 ml. Hierdoor raakt de blaaswand op den duur overrekt. De blaas kan dan niet meer krachtig samentrekken en wordt onvoldoende geleegd.  

Plasadvies

Een ontspannen houding op het toilet zorgt ervoor dat het plassen makkelijker gaat. Dat kunt u doen door de volgende aanwijzingen op te volgen: 

  • de voeten staan goed gesteund op de grond; 
  • de knieën staan ‘losjes’ van elkaar (kleding tot over de knieën);  
  • ga rechtop zitten (onderrug iets hol);  
  • laat de schouders los en adem ontspannen; 
  • ontspan zoveel mogelijk (met name de bekkenbodem). Hoe meer u de bekkenbodem ontspant, des te gemakkelijker kan de blaas de urine lozen;  
  • neem de tijd om de blaas te ledigen;  
  • niet persen, door mee te persen krijgt u meer druk rond de plasbuis, waardoor de doorgang van urine moeilijker wordt;  
  • onderbreek de straal niet (geen ‘stippeltjes’ plassen), omdat u hierbij de blaas stoort tijdens het legen; 
  • om de blaas volledig te legen kunt u een aantal keren het bekken kantelen (onderrug hol en bol maken), ga daarna weer rechtop zitten en ontspan zoveel mogelijk;  
  • knijp tot slot de bekkenbodemspier aan en trek in;  
  • veeg niet te veel met toiletpapier. Spoel liever na met wat water en dep daarna droog.  

De darmfunctie

De endeldarm is in staat om de ontlasting voor enige tijd op te slaan en daarna op een willekeurig moment te lozen. Wanneer de darmwand door ontlasting of gasvorming wordt gerekt, ontstaat er een aandranggevoel. Meestal geeft u gehoor aan dit aandranggevoel en laat u de ontlasting komen. Wanneer u vaak windjes ophoudt, ontstaat er op den duur een opgeblazen en onaangenaam gevoel in de buik.

Wanneer u het aandranggevoel voor ontlasting regelmatig weg knijpt, hoopt de ontlasting zich op en droogt deze te veel in. Daardoor moet u persen wat pijn en beschadiging kan veroorzaken (bijvoorbeeld aambeien en verzakkingen). Een normale ontlastingsfrequentie is 1-2 keer per dag tot 1 keer per twee dagen.

Advies ontlasten

En ontspannen houding op het toilet kan het ontlasten makkelijker maken. Dat kunt u doen door de volgende aanwijzingen op te volgen:  

  • de voeten staan goed gesteund op de grond; 
  • nog beter is een verhoging van ongeveer 15 cm onder de voeten. Hierdoor buigen de heupen iets meer dan 90° en komt de darm beter voor de uitgang; 
  • ga licht onderuit zitten (onderrug bol);  
  • laat de schouders los en adem rustig door;
  • neem de tijd om de darmen goed te ledigen;  
  • ontspan zoveel mogelijk. Hoe beter de bekkenbodem ontspant, des te makkelijker komt de ontlasting;
  • door hard te persen gaan aambeien zwellen, waardoor de uitgang vernauwt;  
  • na het ontlasten kunt u een aantal keren het bekken kantelen (onderrug hol en bol maken), waardoor er eventueel nog wat ontlasting kan nakomen;  
  • knijp tot slot het bekken aan en trek in;  
  • veeg niet te veel met toiletpapier. Spoel liever na met wat water en dep daarna droog.         

Soms komt het voor dat u het hevige aandranggevoel nog even moet beheersen voordat u op het toilet zit. Bedenk dat u zelf het signaal geeft tot urineren en ontlasten. U kunt het altijd nog een paar minuten ophouden. Wat kunt u doen?   

  • reageer niet door direct naar het toilet te rennen, maar ga eerst zitten; 
  • laat de buik los en adem rustig door;  
  • span de bekkenbodemspier lichtjes aan en herhaal dit een paar keer totdat het aandranggevoel verdwijnt. Pas dan loopt u rustig naar het toilet;
  • wanneer u op het toilet zit, in de goede houding, geeft u het signaal om te plassen of te ontlasten.

Vragen en contact

Heeft u vragen over goed toiletgedrag, dan kunt u telefonisch contact opnemen met de bekkenbodemverpleegkundige of de continentieverpleegkundige via de polikliniek waar u onder behandeling bent.

Polikliniek Gynaecologie
088 250 6178

Polikliniek Urologie
088 250 6327

Polikliniek MDL
088 250 6667

Polikliniek Chirurgie
088 250 5333

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 9 juni 2023

Code: GYN42