Chemotherapie op de verpleegafdeling Oncologie

Binnenkort krijgt u chemotherapie op de verpleegafdeling Oncologie van het Diakonessenhuis locatie Utrecht. U heeft veel mondelinge informatie gekregen over de gang van zaken rond deze behandeling. In deze brochure kunt u de informatie nog eens rustig nalezen. Algemene informatie over een meerdaagse opname in het ziekenhuis vindt u in de brochure 'Opname in het Diakonessenhuis'.

Contact met het ziekenhuis

Tussen de behandelingen door gaat u naar huis. Thuis kunnen zich klachten voordoen. In onderstaande gevallen adviseren wij u om contact op te nemen met het ziekenhuis.

Klachten om nog dezelfde dag contact op te nemen met het ziekenhuis

  • koorts boven 38,5°C;
  • koude rillingen;
  • langdurige bloedneus (langer dan 30 minuten);
  • veel blauwe plekken (zonder dat u bent gevallen of u heeft gestoten);
  • aanhoudend bloeden van een wondje;
  • bloed in de urine of ontlasting. 

Klachten om na een dag of aantal dagen contact op te nemen met het ziekenhuis

  • braken langer dan 24 uur;
  • diarree langer dan 48 uur (meer dan vijf maal daags);
  • obstipatie (verstopping) langer dan drie dagen;
  • pijn in de mond (blaasjes of andere zere plekjes) langer dan twee dagen;
  • plotselinge huiduitslag.

Wat te doen bij twijfel of onzekerheid?

Als u twijfelt of zich onzeker voelt over bepaalde klachten die u heeft, neem dan ook contact op met het ziekenhuis.

Bereikbaarheid

Verpleegafdeling Oncologie (afdeling 3B)

  • bevindt zich op de derde etage
  • is dag en nacht bereikbaar via telefoonnummer 088 250 6098

Wat is chemotherapie?

Chemotherapie is een behandeling waarbij meestal via een infuus medicijnen, ook wel cytostatica genoemd, worden toegediend. Deze medicijnen komen in het bloed terecht. U kunt chemotherapie ook via de mond krijgen in de vorm van tabletten (orale chemotherapie).

De medicijnen remmen en beïnvloeden de celdeling van sneldelende cellen. Door deze celremmende eigenschappen hebben de medicijnen ook effect op sneldelende normale cellen, zoals bloedcellen en slijmvliescellen.

Kuurschema

Er zijn tientallen verschillende soorten medicijnen die gebruikt kunnen worden bij de behandeling. Afhankelijk van de soort kanker kunnen één of meerdere medicijnen voor een behandeling worden gebruikt. De medicijnen worden altijd volgens een bepaald schema toegediend. De behandeling vindt, afhankelijk van het kuurschema, om de paar weken plaats. Tijdens het intakegesprek bent u hierover geïnformeerd.

Chemotherapie op de verpleegafdeling Oncologie

Melden

Op de dag van uw opname meldt u zich bij de secretaresse op verpleegafdeling 3B. De secretaresse informeert de verpleegkundige die op die dag voor u zorgt, dat u er bent. De verpleegkundige haalt u op en brengt u naar uw kamer.

Controle van het bloed

Vóór iedere gift chemotherapie moet er bloed worden afgenomen. Uw behandelend arts controleert of uw bloed voldoende hersteld is na de vorige chemotherapie. U krijgt iedere keer op de afdeling of polikliniek een afspraak mee voor bloedcontrole voor de volgende keer. 

Het is mogelijk dat naar aanleiding van de bloeduitslagen de behandeling uitgesteld of aangepast wordt. Met de verpleegkundige maakt u dan een nieuwe afspraak voor bloedafname en behandeling.

Controle van uw gegevens

Voor ieder onderzoek of voor elke behandeling vraagt een medewerker uw naam en geboortedatum. Daarmee controleren wij of we het juiste onderzoek en de juiste behandeling doen bij de juiste persoon.

Het is belangrijk dat ook uw overige gegevens kloppen. Zijn uw persoonlijke gegevens veranderd of heeft u een andere huisarts, meld dit dan bij uw bezoek aan de verpleegafdeling.

Gang van zaken

De medicijnen worden via een infuus toegediend (met uitzondering van orale chemotherapie). U ligt hierbij op bed. U hoeft echter niet de hele dag op bed te blijven liggen. U hoeft overdag dan ook geen nachtkleding te dragen. Draag kleding die u makkelijk over de infuusarm kunt aantrekken. U kunt natuurlijk uw laptop, boek, handwerkje of iPod meenemen, zodat u iets te doen heeft tijdens het toedienen van de chemotherapie.

Duur van de chemotherapie

De duur van de behandeling is afhankelijk van de soort chemokuur die u krijgt. Meer informatie over de duur van uw chemokuur krijgt u tijdens het intakegesprek.

Mogelijke bijwerkingen en wat u er tegen kunt doen

In dit hoofdstuk vindt u een algemeen overzicht van mogelijke bijwerkingen die kunnen voorkomen bij de chemotherapie. Lang niet alle bijwerkingen zullen bij u voorkomen. Ook vindt u adviezen om bijwerkingen te voorkomen of tegen te gaan. Mocht u verder nog vragen hebben, aarzel dan niet om ze aan uw verpleegkundige of arts te stellen.

Dun of uitvallend haar

  • Verzorg het haar voorzichtig:
    • was het met lauw water;
    • gebruik een milde shampoo en een crèmespoeling; 
    • droog het haar voorzichtig.
  • Het nemen van een permanent en het verven van uw haar wordt afgeraden. Wilt u toch een permanent nemen of uw haar verven, gebruik dan een natuurproduct.
  • U kunt het haar kort laten knippen voor het gaat uitvallen.
  • Bij bepaalde kuren is het mogelijk gebruik te maken van de ‘Coldcap’ om haaruitval te voorkomen of te verminderen. De verpleegkundige zal u daarover informeren.
  • Bij snel uitvallend haar kan de hoofdhuid gevoelig en/of pijnlijk zijn.  

Na de chemotherapie (en soms al tijdens de behandeling) gaat uw haar weer groeien.

Voor aanvang van de behandeling bespreekt de oncologieverpleegkundige met u of een pruik nodig zal zijn en waar u die kunt verkrijgen. Ook ontvangt u een machtiging, zodat u (een deel van) de kosten van de pruik kunt declareren bij uw verzekering. Adressen voor het aanschaffen van een pruik vindt u achter in deze folder.

Meer informatie vindt u in de folder 'Goed verzorgd, beter gevoel' van de KWF Kankerbestrijding. Deze is verkrijgbaar op de verpleegafdeling.

Huidveranderingen

Door de medicijnen kan uw huid droog, rood en/of schilferig worden. Gebruik regelmatig een ongeparfumeerde bodylotion om dit zoveel mogelijk tegen te gaan. Uw huid kan ook gevoeliger zijn dan normaal en sneller verbranden in de zon. U kunt gewoon naar buiten, maar vermijd overmatig zonlicht. Smeer uw huid regelmatig goed in met een zonnebrandcrème van minimaal factor 30 en draag een hoed of pet.

Branderige ogen

Als u last heeft van branderige ogen, kunt u dit het beste melden aan uw behandelend arts of huisarts. De arts kan u eventueel oogdruppels voorschrijven.

Reuk- en/of smaakverandering

  • Reuk- en/of smaakverandering kan leiden tot verminderde eetlust. Probeer verschillende producten uit. Wat u vroeger minder lekker vond, waardeert u misschien nu wel.
  • Vaak worden fris smakende voedingsmiddelen, zoals yoghurt, komkommer, zure haring, ongezoete vruchtensappen wel lekker gevonden.
  • Als u weinig proeft, is het extra belangrijk dat het eten er aantrekkelijk uitziet.

Meer informatie vindt u op de website Voeding en Kanker info en in de folder ‘Goede voeding bij kanker’, van de Nederlandse Kankerbestrijding/KWF. Deze folder is verkrijgbaar op de verpleegafdeling.

Verminderde eetlust, misselijkheid, braken

  • Misselijkheid en braken kwamen vroeger veel voor. Met de huidige beschermende medicijnen is dit gelukkig meestal goed te voorkomen. U krijgt een recept voor medicijnen tegen de misselijkheid. Gebruik deze medicijnen, óók bij geringe misselijkheid!
  • Het is belangrijk dat u tijdens de kuur veel drinkt, zodat de extra afvalstoffen het lichaam via de urine kunnen verlaten. Probeer dagelijks minimaal 15 kopjes te drinken. Te weinig drinken kan een misselijk gevoel verergeren en bijdragen aan een vieze smaak in de mond.
  • Gebruik regelmatig kleine maaltijden. Een lege maag kan namelijk ook een misselijk gevoel geven.
  • Warme, sterk geurende dranken (koffie) en vette gerechten (gebraden vlees) kunnen tegenstaan. Een alternatief is bijvoorbeeld een koude  maaltijdsalade. Deze smaakt vaak beter en is even gezond.
  • Cola drinken kan het misselijke gevoel verminderen.
  • De aanblik van een groot, vol bord met eten is vaak ontmoedigend. Stem de grootte van de maaltijd af op uw eetlust.
  • Als u heeft overgegeven, laat de maag dan weer langzaam wennen aan vast voedsel, bijvoorbeeld met een biscuitje.
  • Eet op tijdstippen dat u minder misselijk bent, overdag of ook `s nachts als u wakker bent.
  • Als u vragen heeft over voeding, kunt u altijd om een diëtiste vragen.
  • Forceer het eten niet. Haal de ‘schade’ in door tussen de kuren door goed te eten.

Meer informatie vindt u in de folder 'Goede voeding bij kanker' van de Nederlandse Kankerbestrijding/KWF. Deze folder is verkrijgbaar op de verpleegafdeling.

Voorkomen van irritatie en/of ontsteking van het mondslijmvlies

  • Goede mondhygiëne is belangrijk bij het voorkomen van problemen met uw mondslijmvlies. Poets vier keer per dag uw gebit (na de maaltijden en voordat u gaat slapen) met een zachte tandenborstel en een fluoride tandpasta.
  • Spoel na elke maaltijd uw mond gedurende één minuut met water of mondspoelmiddel. U kunt ook een gel en/of spray gebruiken. De verpleegkundige kan u hierover informeren. 
  • Als er blaasjes of andere zere plekjes in uw mond ontstaan, laat dit aan uw behandelend arts of huisarts zien.
  • Smeer zo nodig uw lippen vier keer per dag dun in met vaseline (uit een tube, dat is hygiënischer dan uit een pot), dan ontstaan er minder kloofjes.
  • Als u een gebitsprothese draagt, zorg dan voor een goed passende prothese. Deze kan nog wel eens te groot worden als u flink bent afgevallen.  Doe de prothese het liefst `s nachts uit.
  • Neem bij een droge mond een zuurtje of kauwgom.

Verandering van het urine- en ontlastingpatroon

  • Pijn bij het plassen, vaker plassen en bloed in de urine kunnen voorkomen. Overleg dan met de verpleegkundige of met uw behandelend arts.
  • Bij diarree: 
    • Probeer voldoende te drinken, minimaal 15 kopjes vocht per dag.
    • Gebruik per dag een aantal koppen bouillon en/of tomatengroentesap. 
    • Gebruik frequent kleine maaltijden en gebruik geen gasvormende groenten zoals kool, ui en prei.
    • Heeft u langer dan 48 uur diarree, overleg dan met de verpleegkundige of met uw behandelend arts.
  • Bij verstopping: 
    • Probeer voldoende te drinken, zo'n 15 kopjes vocht per dag.
    • Gebruik vezelrijke voeding. Maak ruim gebruik van bruin of volkoren brood, groenten en fruit.
    • Heeft u langer dan twee dagen geen ontlasting gehad, overleg dan met de verpleegkundige of met uw behandelend arts.

Vermoeidheid/verminderde energie

  • U zult merken dat u tijdens en soms ook na de behandeling minder energie heeft, sneller vermoeid raakt en emotioneel kunt zijn. Houd hier rekening mee in uw dagelijks leven.
  • Neem voldoende tijd om te rusten. Zorg dat u bijvoorbeeld 's middags een uurtje rust.
  • Verdeel de activiteiten die u wilt doen over de dag.
  • Als u hulp wordt aangeboden door familie of vrienden, maak daar dan gebruik van. U heeft dan zelf wat meer tijd en mogelijk meer energie voor dingen die u leuk vindt.
  • Probeer uw conditie op peil te houden door zoveel als u kunt in beweging te blijven. De vermoeidheid gaat namelijk niet over door te veel te rusten of passief te worden. 

Meer informatie vindt u in de folders 'Help, ik ben zo moe' en 'Vermoeidheid na kanker’, van de Nederlandse Kankerbestrijding/KWF. Deze zijn verkrijgbaar op de verpleegafdeling.

Invloed op de menstruatie

Chemotherapie kan veranderingen teweeg brengen in het verloop van de menstruatie. Afhankelijk van de behandeling wisselt dit van een keertje overslaan tot wegblijven van de menstruatie. Bij sommige vrouwen komt na afloop van de kuur de menstruatie niet meer terug. Dit kan gepaard gaan met overgangsklachten.

Vruchtbaarheid

Als u een kinderwens heeft, bespreek dit vóór aanvang van de chemotherapie met uw behandelend arts.

Invloed op intimiteit/ seksualiteit

De diagnose kanker en de behandeling met chemotherapie roepen veel emoties op. Deze emoties hebben invloed op de seksualiteit. Mensen kunnen zich minderwaardig en/of minder geliefd voelen of bang zijn om afgewezen te worden. Ook voor de partner kunnen emoties spelen als onzekerheid en angst: angst je partner pijn te doen, angst je partner aan  te raken, angst voor besmetting. Deze emoties zijn heel normaal, maar probeer ze met elkaar te bespreken. Ook met uw behandelend arts of verpleegkundige kunt u hierover praten.

Meer informatie vindt u in de folder 'Kanker en seksualiteit' van de Nederlandse Kankerbestrijding/KWF. Deze is verkrijgbaar op de verpleegafdeling.

Invloed op de werking van het beenmerg

Beenmerg is belangrijk voor de aanmaak van bloedcellen. Daarom wordt vóór iedere chemotherapie het bloed gecontroleerd.

  • Een verminderd aantal witte bloedlichaampjes (leukocyten) geeft verhoogde kans op infecties.
  • Een verminderd aantal bloedplaatjes (trombocyten) geeft verhoogde kans op blauwe plekken, een bloedneus en bloedend tandvlees. Als deze klachten ernstig zijn, neem telefonisch contact op met uw behandelend arts. 
  • Een verminderd aantal rode bloedlichaampjes (erytrocyten) geeft bloedarmoede. In het algemeen heeft het gebruik van extra vitaminen en/of ijzertabletten geen invloed op het herstel van het beenmerg.

Zorg voor een goede lichaamshygiëne en volg de richtlijn gezonde voedselbereiding. U kunt naar het zwembad en in een bubbelbad. Openbaar vervoer, bioscoop en drukke ruimtes zijn gewoon toegestaan.

Medicatie voor thuis

Als u thuis medicijnen tegen kanker gebruikt in een tablet of capsule kunt u deze ophalen bij de apotheek van het Diakonessenhuis in de centrale hal. Hier kunt u desgewenst ook het recept voor de medicijnen tegen misselijkheid inleveren en andere artikelen (zoals wegwerphandschoenen en mondspoeling) verkrijgen. De apotheekmedewerker geeft u informatie over het gebruik van de medicijnen en u krijgt een informatiemap bij de medicijnen tegen misselijkheid.

U hoeft de medicijnen niet per se zelf op te halen. Ook uw familielid/mantelzorger kan dit doen. Het is wel van belang dat degene die de medicijnen komt afhalen, op de hoogte is van uw actuele medicijngebruik.

In overleg met de verpleegkundige/apotheek kunt u uw medicijnen voor thuis ook op de afdeling laten bezorgen.

Overdracht van uw medicijngegevens van en naar de lokale apotheek

Het is erg belangrijk dat de apotheek weet welke geneesmiddelen u gebruikt. Geef daarom uw lokale apotheek toestemming voor het uitwisselen van uw medicijngegevens of neem een actueel medicatieoverzicht van de lokale apotheek mee naar de apotheek van het ziekenhuis.

De apotheek van het Diakonessenhuis geeft – met uw toestemming – aan de lokale apotheek door welke medicijnen aan u zijn afgeleverd. Zo is de lokale apotheek ook van uw actuele medicatie op de hoogte.

Thuis na chemotherapie

De medicijnen die u tijdens de chemotherapie krijgt toegediend, worden via het bloed naar de cellen in het lichaam getransporteerd. De afvalstoffen van de medicijnen verlaten uw lichaam ook weer. Dit gebeurt via de uitscheiding van uitscheidingsproducten, zoals urine, ontlasting, transpiratie en braaksel. Het grootste gedeelte van de afvalproducten van de medicijnen wordt binnen zeven dagen nadat u de medicijnen heeft toegediend gekregen, uitgescheiden. Het is belangrijk dat u of uw verzorgers de eerste week na de chemotherapie zorgvuldig met de uitscheidingsproducten omgaat omdat er resten van cytostatica in kunnen voorkomen. Hieronder leest u wat u kunt doen.

Urine en ontlasting

Bij gebruik van het toilet

  • zittend plassen. Dit geldt voor zowel mannen als vrouwen. Zittend plassen voorkomt de kans op spatten van de urine. 
  • het toilet na ieder toiletgebruik twee keer doorspoelen met gesloten deksel.
  • het toilet één maal daags reinigen met een schoonmaakmiddel zonder chloor.

Bij gebruik van een urinaal of po

  • wegwerphandschoenen aantrekken als u de urinaal of po vasthoudt. De wegwerphandschoenen kunt u bij de drogist kopen.
  • de urine via de rand in het toilet gieten om spatten te voorkomen.
  • de urine niet in de urinaal of po laten staan.
  • de urinaal of po goed omspoelen met heet water en afwasmiddel.
  • de gebruikte handschoenen weggooien.
  • de handen goed met zeep wassen na het uittrekken van de handschoenen.

Bij gebruik van een katheterzak

  • de urine via de rand in het toilet gieten om spatten te voorkomen.
  • de handschoenen weggooien nadat ze één keer gebruikt zijn.
  • na het uittrekken van de handschoenen de handen goed met zeep wassen.

Braken

Wij raden u aan om de eerste twee uur na de behandeling met chemotherapie op het volgende te letten: 

  • als u moet braken, doe dit dan in een bakje en pak het bakje aan met wegwerphandschoenen;
  • giet het braaksel voorzichtig via de rand in het toilet om spatten te voorkomen en spoel vervolgens het toilet twee keer goed door met gesloten deksel; 
  • spoel het bakje na gebruik goed om met heet water en afwasmiddel;
  • gooi de gebruikte handschoenen weg nadat ze een keer zijn gebruikt; 
  • was uw handen goed met zeep na het uittrekken van de handschoenen.

Omgaan met wasgoed

Voor wasgoed dat in aanraking is gekomen met urine, ontlasting, braaksel of ernstige transpiratie na het toedienen van chemotherapie, adviseren wij het volgende:

  • Was dit wasgoed zo mogelijk apart van ander wasgoed.
  • Verzamel het wasgoed bij voorkeur in een aparte plastic zak.
  • Plaats het wasgoed buiten de aparte verzamelzak direct in de wasmachine, zo mogelijk zonder het aan te raken. 
  • Was uw handen na plaatsing van het wasgoed.
  • Stel eerst in op een voorwasprogramma en daarna het gebruikelijk wasprogramma met uw gebruikelijke wasmiddel.
  • Als iemand anders uw wasgoed wast, moet deze persoon handschoenen dragen bij het plaatsen in de wasmachine.  

Intimiteit

Tijdens de behandeling hebben veel mensen niet zoveel zin om te vrijen. Meestal is er geen lichamelijke oorzaak voor maar komt het door de omstandigheden. Veel mensen hebben tijdens de behandeling wel behoefte aan intimiteit; dicht bij elkaar zijn, elkaar vasthouden, knuffelen en tegen elkaar aan liggen. Hieraan zijn geen risico’s verbonden.

Praat met uw partner over uw gevoelens. Vraag zo nodig professionele hulp als u er samen niet uitkomt, of als u het gevoel heeft dat u samen een steun in de rug goed kunt gebruiken.

De vagina kan droger zijn als gevolg van de behandeling. Gebruik zo nodig een glijmiddel tijdens het vrijen.

Het is niet bekend of en in welke mate cytostatica opgenomen worden in het sperma of het slijmvlies van de vagina. Daarom wordt geadviseerd gedurende de risicoperiode na de toediening van de cytostatica een condoom te gebruiken bij het vrijen. Bij intiem contact zoals knuffelen en zoenen zijn geen extra maatregelen nodig.

Met welke hulpverleners kunt u te maken krijgen?

Tijdens uw chemotherapie komt u met diverse hulpverleners in aanraking.

Behandelend arts

Gedurende de behandeling zal de behandelend arts samen met u beslissingen nemen over de voortgang van uw behandeling.

Het verpleegkundig team

Het verpleegkundig team draagt zorg voor de patiënten op de afdeling. Het team bestaat uit verpleegkundigen en hematologie-/oncologieverpleegkundigen. Zij hebben veel ervaring met het toedienen van chemotherapie en het begeleiden van mensen met kanker. Zij informeren u over uw ziekte, de behandeling en de gevolgen ervan. Zo nodig nemen zij contact op met uw behandelend arts. De verpleegkundigen kunnen u ook informatie geven over ondersteunende therapieën. Lees hier meer over in de hoofdstukken 'Overige hulpverlening' en 'Complementaire zorg'. De verpleegkundigen zijn samen met de behandelend arts verantwoordelijk voor de uitvoering van uw behandeling.  

Verpleegkundig specialist

Een verpleegkundig specialist is een gespecialiseerd verpleegkundige die zelfstandig patiënten behandelt en begeleidt in opdracht van de specialisten. De verpleegkundig specialist verzorgt ook een deel van de begeleiding van de chemotherapie. Hij/zij is bevoegd een aantal medische taken uit te voeren. Ook coördineert de verpleegkundig specialist de noodzakelijke steun voor de verpleging als er bij patiënten complicaties ontstaan tijdens de behandeling met bijvoorbeeld chemotherapie.

De oncologieverpleegkundige en verpleegkundig specialist handelen in nauwe samenwerking met de medisch specialisten.

Overige hulpverlening

Naast het medisch en verpleegkundig team kunt u ook te maken krijgen met:

Apotheekmedewerker

De apotheekmedewerker geeft voorlichting over het gebruik van uw medicijnen. Ook kan zij u informeren over het gebruik van het medicijnen-afhaalpunt in de centrale hal van het ziekenhuis.

Klinisch psycholoog

De ziekte, behandeling, lichamelijke klachten en medisch onderzoek kunnen voor u een zware belasting betekenen. Dit kan ook gevolgen hebben voor ouders, partner, kinderen of andere relaties. 

Een klinisch psycholoog is een deskundige op het gebied van gedrag. Hij/zij doet onderzoek naar uw emotionele problemen of klachten. Soms is het al voldoende als u beter begrijpt waardoor uw klachten veroorzaakt worden. De klinisch psycholoog kan u praktische adviezen geven over bijvoorbeeld de inrichting van uw werk of de omgang met uw partner en/of familieleden. 

Als u in het ziekenhuis onder behandeling bent, kan uw behandelend arts u verwijzen naar de klinisch psycholoog. Dit gebeurt altijd in overleg met u. Ook kunt u zelf aangeven bij uw behandelend arts dat u in contact wilt komen met de psycholoog. 

Meer informatie vindt u in de folder 'Medische psychologie'. Deze is verkrijgbaar op de verpleegafdeling.

Geestelijk verzorger

Een bedreigende situatie als een ziekte kan levensgrote vragen oproepen, zoals: 'Waarom gebeurt mij dit?', 'Wat is de zin van dit alles?' of 'Hoe moet het verder?'. 

Misschien heeft u behoefte aan een gesprek. De geestelijk verzorger van het ziekenhuis luistert naar uw levensverhaal, uw gedachten en gevoelens. Met hem of haar kunt u samen zoeken naar de plaats van de ziekte in uw leven. In het gesprek kan het ook gaan over de vraag of en hoe het geloof hierin een rol kan spelen. Iedereen kan een beroep doen op de geestelijk verzorger, of u nu gelovig bent of niet.

Bij opname kunt u al aangeven dat u contact met de geestelijk verzorger op prijs stelt. Ook later kunt u hem/ haar nog benaderen. U kunt dit rechtstreeks doen of via de verpleegkundige. 

Meer informatie vindt u in de folder 'Geestelijke verzorging'. Deze is verkrijgbaar op de verpleegafdeling.

Diëtist

Bepaalde vormen van kanker en de behandeling van kanker kunnen leiden tot problemen met de voeding. Maar over het precieze verband tussen voeding en kanker is nog veel onzeker. U kunt last hebben van verminderde eetlust, moeite met slikken, een pijnlijke mond, darmen die van streek zijn en ongewenste vermagering. Al deze klachten kunnen worden veroorzaakt door de ziekte en/of door de chemotherapie. Een goede voeding kan er toe bijdragen dat u in een betere conditie blijft, waardoor u zich ook beter voelt. 

De diëtist kan helpen bij:

  • het beantwoorden van vragen over voeding en kanker;
  • het op peil brengen en houden van de voedsel- en vochtinname;
  • het voorkomen van gewichtsverlies. 

Via de verpleegkundige kunt u een afspraak maken met de diëtist. Meer informatie vindt u in de folder 'Goede voeding en kanker'. Deze is verkrijgbaar op de verpleegafdeling.

Overige ondersteunende personen en afdelingen

  • fysiotherapie/ ergotherapie/ logopedie: deze hulpverleners kunnen op verzoek van uw behandelend arts worden ingeschakeld.
  • de afdelingssecretaresse die praktische zaken regelt, zoals het maken van de afspraken voor onderzoeken en voor de polikliniek.
  • andere ondersteunende diensten zoals de afdelingsassistent en schoonmakers.

Complementaire zorg

Complementaire zorg betekent letterlijk 'aanvullende zorg'. Deze zorg vormt een aanvulling op de reguliere zorg en bestaat uit natuurlijke therapieën om het zelfhelend vermogen van de patiënt te ondersteunen, stimuleren of activeren.

Therapeut uiterlijke verzorging

De ziekte, de bijwerkingen van de behandeling (haarverlies, huidproblemen of de spanning die het ziekzijn met zich meebrengt) kunnen uw uiterlijk beïnvloeden. Er goed uitzien kan er toe bijdragen dat u zich beter voelt. Dit geldt voor zowel mannen als vrouwen. 

De therapeut uiterlijke verzorging kan u helpen met het maken van een keuze bij: 

  • de juiste producten bij de huidverzorging; 
  • het gebruik van make-up en het aanleren van make-up technieken, bijvoorbeeld bij uitgevallen wenkbrauwen en wimpers.

U kunt bij haar tevens terecht voor kleine behandelingen:

  • vochtafvoerende en ontspannende gezichtsmassage
  • gezichtsmasker of pakking
  • handmassage en manicure

Aan de behandelingen zijn voor u geen kosten verbonden. Deze behandelingen worden mogelijk gemaakt door financiële ondersteuning van de Aart Huisman Stichting. Deze stichting heeft als doel de zorg voor patiënten met kanker te optimaliseren.

Meer informatie vindt u in de folder 'Workshop uiterlijke verzorging voor mensen met kanker'. Deze is verkrijgbaar op de verpleegafdeling. U vindt de folder ook op onze website.

Workshop 'Look good...Feel Better'

De workshop 'Look Good…Feel Better' wordt gegeven aan mensen met kanker tijdens of vlak na hun behandeling.  U krijgt tips over de verzorging van uw huid, handen en nagels en advies over makeupgebruik. Er is een presentatie over haarwerken en u kunt zelf aan de slag.

Voor meer informatie en aanmelden kunt u terecht bij de verpleegkundige of de secretaresse. De workshops vinden vier à vijf keer per jaar plaats op locatie Zeist. Aan de workshops zijn geen kosten verbonden. Bekijk voor meer informatie onze agenda.

Voetmassage, haptotherapie, acupressuur en pruikverzorging

In het Diakonessenhuis kunt u voetmassage, haptotherapie en acupressuur krijgen. Ook is het mogelijk uw pruik door een haarwerker te laten verzorgen. Voor meer informatie hierover kunt u terecht bij de verpleegkundige.

Ondersteunende instanties buiten het ziekenhuis

Helen Dowling Instituut (HDI)

De diagnose kanker en de vaak ingrijpende behandelingen kunnen onzekerheid, angst en verdriet met zich mee brengen. In een dergelijke situatie kan aanvullende ondersteuning welkom zijn. Met de samenwerking tussen het Diakonessenhuis en het Helen Dowling Instituut zijn hiervoor diverse mogelijkheden beschikbaar voor patiënten en hun partner en/of familieleden. 

U kunt bij het Helen Dowling Instituut terecht voor individuele begeleiding of deelnemen aan een groep. Welke vorm van begeleiding het meest geschikt is, bepaalt u in overleg met de hulpverlener tijdens een intakegesprek. Uw wensen en voorkeuren spelen daarbij een belangrijke rol. Verwijzing naar het Helen Dowling Instituut verloopt via de behandelend arts of verpleegkundige. Meer informatie vindt u in de folder 'Diagnose Kanker, over-leven na een schokkende gebeurtenis'. Deze is verkrijgbaar op de verpleegafdeling. Zie voor informatie ook de website van het Helen Dowling Instituut. Hier kunt u ook een aanvraagformulier downloaden om u aan te melden voor een (ondersteunende) behandeling.

Herstel en Balans

Door betere behandelingen hebben mensen met kanker tegenwoordig een grotere kans op genezing dan vroeger. Toch blijft kanker een ingrijpende ziekte die uw leven fors overhoop kan halen. Veel mensen hebben na de behandeling moeite hun leven weer op te pakken. Ze zijn bijvoorbeeld snel vermoeid, hun conditie is achteruit gegaan of ze hebben last van angst en somberheid. Als u dit herkent dan is het revalidatieprogramma ‘Herstel en Balans’ mogelijk iets voor u. De voorwaarden om mee te doen en meer informatie over het programma kunt u vinden op herstelenbalans.nl.

Haarwerkers

Het staat u vrij om zelf een haarwerker te kiezen. Het Diakonessenhuis heeft positieve ervaringen met de volgende haarwerkers:

'Haar op Maat Pelatti’
Rijnlaan 5
3522  BA Utrecht
030 288 24 02

Haarcentrum Ugeka 
Stadhouderslaan 4
3583 JH Utrecht
030 251 35 99

Oedeem en oncologiefysiotherapie Utrecht (OOFU)

De oncologische fysiotherapeut kan u begeleiden bij het werken aan uw conditie tijdens de chemotherapeutische behandeling. U kunt zich aanmelden via de website van OOFU.

Hulpmiddelenvergoeding en vervoerskosten

Vergoeding van de aanschafkosten van hulpmiddelen (bijvoorbeeld pruik) en/of vervoer per taxi is geregeld via de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten). De ziekenfondsen en particuliere ziektekostenverzekeringen hanteren allemaal verschillende regelingen. Het is dus belangrijk om te informeren hoe de vergoeding van pruiken en/of taxi bij uw eigen verzekering is geregeld. De verpleegkundige kan een machtiging voor u regelen. Deze machtiging heeft u nodig voor de aanvraag van de vergoeding. Bij vragen over de aanschafkosten van een pruik en/of het gebruik van een taxi kan de verpleegkundige u meer informatie geven.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de verpleegafdeling Oncologie.

(Patiënten)organisaties

KWF Kankerbestrijding
De KWF Kankerbestrijding geeft voorlichting en ondersteuning aan mensen met kanker
Delflandlaan 17
1062 EA Amsterdam
020 570 0500

Helen Dowling Instituut
Het Helen Dowling Instituut biedt psychosociale begeleiding bij kanker.
Professor Bronkhorstlaan 20
3723 MB Bilthoven
030 252 4020

Telefoonnummers

Verpleegafdeling 3B
088 250 6098

Apotheek Diakonessenhuis Utrecht
088 250 5060

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 15 maart 2021

Code: ONCO9