Progressieve myopie (bijziendheid)
Bij uw kind is myopie (bijziendheid) geconstateerd. De behandelend orthoptist heeft enkele zaken al met u besproken. In deze folder kunt u de informatie nog eens rustig nalezen en wordt dieper op diverse zaken ingegaan. Het is belangrijk om u te realiseren dat de medische situatie van uw kind anders kan zijn dan beschreven is.
Wat is myopie?
Myopie is de medische term voor bijziendheid. Bij myopie is het oog in verhouding te lang. Het beeld dat het oog binnenkomt valt dan niet op het netvlies maar voor het netvlies (afbeelding 1). Daardoor ziet u in de verte wazig. Van dichtbij kunt u wel goed zien. Myopie neemt toe zolang een kind in de groei is. Ogen kunnen doorgroeien tot een leeftijd van ongeveer 23 jaar, dus ook na de groeiperiode kan myopie langzaam blijven toenemen.
afbeelding 1
Risico’s
Als myopie niet wordt behandeld, wordt het oog steeds langer. Het netvlies komt dan onder spanning te staan. De kans op een netvliesprobleem zoals netvliesloslating, glaucoom of maculadegeneratie, wordt dan groter. De mate van myopie wordt aangeven met een –cijfer. Bij een myopie boven de -6 heeft u een verhoogde kans op een netvliesprobleem.
Oorzaken
Myopie is vaak erfelijk bepaald. Daarnaast heeft het gedrag van uw kind invloed op de toename van myopie. Denk daarbij aan:
- Te lang dichtbij kijken, bijvoorbeeld: lezen in een boek, gebruik van tablet en telefoon. Beperk hiervan het gebruik. Deze moeten tenminste 30 cm vanaf de ogen zijn en lees niet langer dan 20 minuten achter elkaar van dichtbij, pauzeer 20 seconde met blik op oneindig. TV kijken op een afstand van > 1 meter is een goed alternatief.
- Verlichting bij het lezen. Kinderen kunnen vaak goed lezen in het halfdonker, maar voor de ogen is het beter om er toch een goede lamp bij aan te zetten.
- Aangeraden wordt om minstens 15 uur per week buiten te zijn. In de winter is dit natuurlijk wat lastiger wanneer het maar kort licht is buiten. In het weekend wat extra buitenspelen is dan een goede manier om dit in te halen.
Behandeling
Er zijn een aantal manieren om myopie te behandelen. Myopie is niet te genezen, maar het proces kan wel worden geremd.
Bril of contactlenzen
Ontstane myopie gaat niet meer over. Het is dan nodig om een bril of harde of zachte contactlenzen te dragen om scherp te zien. Het dragen van een bril of contactlenzen kan ervoor zorgen dat de oogafwijking minder snel achteruit gaat. Uw kind begint meestal met een bril. Kinderen vanaf ongeveer 10 jaar komen in aanmerking voor contactlenzen. De sterkte van de brilglazen of contactlenzen worden aangepast als het zicht toch verder achteruitgaat en de myopie toeneemt.
Nachtlenzen
Dit zijn contactlenzen die ’s nachts worden gedragen terwijl uw kind slaapt. Overdag is het dan niet meer nodig om een bril of contactlenzen te dragen om scherp te zien. Nachtlenzen remmen de toename van myopie. Normale harde of zachte lenzen hebben dit effect niet. Nachtlenzen zijn geschikt voor een oogsterkte tot -4,00. Voor hogere oogsterkte zijn nachtlenzen niet meer mogelijk. Nachtlenzen worden aangemeten door een contactlensspecialist in een optiekzaak. Oogartsen zijn terughoudend in het gebruik van nachtlenzen bij kinderen vanwege een kans op een infectie.
Atropine druppels
Als de myopie sterk toeneemt, kan uw kind atropine druppels gebruiken. Atropine druppels remmen de groei van de ogen. De ogen worden dan minder lang en de sterkte van de ogen verslechtert minder snel. Uw kind druppelt elke avond in beide ogen één druppel atropine. De druppels remmen de toename van myopie.
Bijwerkingen
De pupillen worden vergroot door het druppelen van atropine. Hierdoor zijn de ogen van uw kind gevoeliger voor licht. Het is dan prettig om een zonnebril (op sterkte) te dragen als het buiten zonnig is. Ook kunt u een bril met meekleurende glazen overwegen.
Daarnaast kan door de druppel het vermogen om te accommoderen (het vermogen om dichtbij scherp te stelen) afnemen. Hierdoor kan lezen gedurende een aantal maanden lastiger zijn.
Andere mogelijke bijwerkingen: rode ogen, koorts, huiduitslag, snelle hartslag, droge mond en gedragsstoornissen. Deze bijwerkingen zijn zeldzaam.
Gebruik
Atropine wordt voorgeschreven door de oogarts. U kunt het bij de apotheek ophalen. De dosering hangt af van de brilsterkte bij aanvang, de leeftijd en de mate van progressie. In overleg met de orthoptist wordt besloten wat voor uw kind passend is.
Het is raadzaam om ten minste twee jaar (18-24 maanden) door te gaan met druppelen en daarna de sterkte af te bouwen. Tijdens de vervolgafspraken bij de orthoptist wordt bekeken of uw kind moet doorgaan met druppelen en met welke dosering. Na het staken van het gebruik van atropine vindt er altijd weer enige achteruitgang plaats (dit wordt het rebound effect genoemd), maar de uiteindelijke sterkte komt lager uit dan zonder atropinegebruik.
Vragen
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, stel deze dan gerust aan uw behandelend orthoptist of oogarts. U kunt tussen 8.00 en 16.30 uur bellen met de polikliniek Oogheelkunde.
Telefoonnummers
Polikliniek Oogheelkunde
088 250 9429
Opmerkingen over de tekst
Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via communicatie@diakhuis.nl.
Bijgewerkt op: 26 april 2022
Code: OOG35