Dikkedarmonderzoek

Binnenkort heeft u een darmonderzoek. Met een kijkinstrument, een endoscoop, bekijken we de binnenkant van uw dikke darm. In deze folder vindt u informatie over de gang van zaken rond het onderzoek. Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de situatie voor u anders kan zijn dan is beschreven.

Belangrijke informatie vooraf

Informeer het ziekenhuis

Het is belangrijk dat u het ziekenhuis voor het onderzoek informeert over uw gezondheid. Denk hierbij aan:

  • u gebruikt bloedverdunners
  • u heeft allergieën
  • u heeft diabetes mellitus (suikerziekte)
  • u heeft hart- of longproblemen
  • u heeft een ICD of neurostimulator
  • u bent zwanger
  • of als er andere zaken/ beperkingen zijn waar wij rekening mee moeten houden

U kunt deze gegevens doorgeven via de digitale vragenlijst óf tijdens een gesprek op de polikliniek. Heeft u géén digitale vragenlijst ontvangen of afspraak op de polikliniek staan? Neem dan voor het doorgeven van deze gegevens contact op met de afdeling Endoscopie via 088 250 5474.

Regel vervoer naar huis

Het onderzoek wordt meestal met een roesje (sedatie) uitgevoerd. Door het roesje is uw reactievermogen verminderd. Daarom mag u tot 8.00 uur de volgende ochtend niet deelnemen aan het verkeer. Dit houdt in:

  • niet zelfstandig naar huis lopen;
  • niet fietsen;
  • niet zelf autorijden;
  • niet alleen met bus en/of trein.

Als u niemand heeft om u op te halen, kunt u eventueel een taxi regelen voor de terugreis.

Wat is een dikkedarmonderzoek

Bij een dikkedarmonderzoek bekijken we met een dunne, bestuurbare buigzame slang (de endoscoop).de binnenkant van uw dikke darm. Via de anus wordt de endoscoop in de endeldarm gebracht en voorzichtig doorgeschoven. Als de arts de binnenzijde van de gehele dikke darm bekijkt, heet dit onderzoek een coloscopie. Als de arts alleen het laatste deel van de dikke darm bekijkt, spreken we van een sigmoïdoscopie.

Met dit onderzoek kunnen afwijkingen aan uw dikke darm worden opgespoord, zoals zweertjes, divertikels, ontstekingen, bloedingen, vernauwingen en gezwellen. Via de endoscoop kunnen ook kleine ingrepen worden gedaan. Er kan bijvoorbeeld een stukje weefsel worden weggenomen voor nader onderzoek. Meer informatie over de aandoeningen die we met dit onderzoek kunnen opsporen, vindt u achter in deze folder onder het kopje 'Verdiepende informatie'.

Voorbereidingen thuis

Laxeren

Voor dit onderzoek is het erg belangrijk dat uw darmen goed schoon zijn. Dat is nodig om het slijmvlies goed te kunnen bekijken en ook de kleinste afwijkingen in het weefsel te kunnen zien. U moet daarom de dag voor het onderzoek een vezelarm dieet volgen. Ook moet u een laxeermiddel drinken. Uw arts geeft u een recept voor dit middel (Moviprep®, Picoprep® of Pleinvue®). Wij spreken met u af of u het laxeermiddel ophaalt in de ziekenhuisapotheek of bij uw eigen apotheek. In de folder ‘Voorbereiding dikkedarmonderzoek (Moviprep®, Picoprep® of Pleinvue®)’ vindt u verdere instructies. Als u afgesproken heeft dat de darmvoorbereiding in het ziekenhuis plaatsvindt, krijgt u het laxeermiddel van de verpleegkundige van de verpleegafdeling.

De ziekenhuisinstructies kunnen afwijken van de bijsluiter in de verpakking of die van de apotheek. Volg in dat geval de instructies van het ziekenhuis. De ontlasting ziet er na het laxeren uiteindelijk helder en geel (als appelsap) uit. Als u een stoma heeft, bepaalt uw arts wat voor u de beste voorbereiding is.

Medicijnen

Bloedverdunnende medicijnen
Bepaalde bloedverdunners moet u voor het darmonderzoek stoppen. U hoort van het ziekenhuis hoelang van te voren u de bloedverdunners moet stoppen. Dit hangt af van welke soort bloedverdunner u gebruikt. Met het gebruik van Acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium en ascal hoeft u niet te stoppen. Deze bloedverdunners kunt u gewoon blijven gebruiken.

IJzertabletten
Als u ijzertabletten gebruikt, kunt u daar het beste een week voor het onderzoek tijdelijk mee stoppen. IJzertabletten kleuren de binnenkant van uw darm zwart. Hierdoor is een afwijking moeilijker te zien.

Orale anticonceptie
Als u orale anticonceptie gebruikt, is deze voor de rest van de cyclus onbetrouwbaar.

Overige medicatie
Als u overige medicijnen (zoals bloedrukverlagende medicijnen) gebruikt, neem deze dan minstens 1 uur voordat u begint met drinken van het laxerende middel in of 1 uur na inname van het laxerende middel. Anders neemt uw lichaam de medicatie niet op. U kunt de medicijnen innemen met een slokje water. 

Eventuele pufjes voor de longen moet u gewoon blijven gebruiken.

Patiënten met diabetes mellitus (suikerziekte)

  • Als u tabletten gebruikt
    Tabletten niet innemen gedurende een dag voor het onderzoek en ook niet op de ochtend van de onderzoeksdag.
  • Als u insuline spuit
    De dag voor het onderzoek volgt u het schema in de onderstaande tabel.
    Let op: bepaal tijdens het dieet regelmatig uw bloedglucosewaarden.
InsulineschemaOchtendMiddagAvondVoor het slapen
1x daags (ochtend)normale dosering
1x daags (voor het slapen)Helft van de normale dosering
2x daagsnormale doseringhelft van de normale dosering
4x daagsnormale doseringnormale doseringdosering afhankelijk van Kh-innamehelft van de normale dosering

Insulineschema de dag voor het onderzoek

De dag van het onderzoek: spuit de helft van de normale ochtenddosering. Het is mogelijk dat ondanks deze voorzorgsmaatregelen de bloedsuikers te laag worden. Dit kunt u opvangen door het drinken van koolhydraatrijke dranken, zoals vruchtensap (zonder vruchtvlees) en limonades (zonder koolzuur) of het eten van druivensuiker. Het is handig om dit zelf mee te nemen. In geval van vragen kunt u contact opnemen met uw diabetesverpleegkundige.

Meenemen naar het ziekenhuis

  • Neem op de dag van het onderzoek uw identiteitsbewijs en uw verzekeringspapieren mee naar het ziekenhuis.
  • Neem ook een actueel overzicht van de medicijnen die u gebruikt mee. U kunt dit opvragen bij uw apotheek of huisarts.
  • Trek een ruimvallend t-shirt of ruimvallende blouse aan. Neem, als u opgenomen wordt, ook uw medicijnen, schoon ondergoed en slippers of pantoffels mee.

Begeleider (partner, familie)

Familie of eventuele begeleiders kunnen niet bij het onderzoek aanwezig zijn en worden verzocht in de wachtruimte plaats te nemen. Dit geldt in overleg ook voor ouders of begeleiders van jonge kinderen. Zij mogen mee naar binnen tot aan de start van het onderzoek. Daarna worden zij verzocht in de wachtruimte plaats te nemen tot het onderzoek klaar is.

In overleg zijn uitzonderingen hierop mogelijk, bijvoorbeeld in geval van een taalbarrière.

Verhinderd?

Bent u verhinderd op het moment van de afspraak, geef dit dan zo spoedig mogelijk (uiterlijk 24 uur van tevoren) door aan de afdeling Endoscopie. Er kan dan iemand anders in uw plaats komen. Bovendien kunt u meteen een nieuwe afspraak maken.

Het onderzoek

Melden

Als u een roesje krijgt tijdens het onderzoek, meldt u zich op het afgesproken tijdstip bij de afdeling Dagbehandeling. U krijgt het tijdstip door van de secretaresse. Kijk goed op welke locatie u wordt verwacht.

Als u geen roesje krijgt, meldt u zich 5 minuten voor het geplande tijdstip bij de afdeling Endoscopie. Kijk goed op welke locatie u wordt verwacht.

Voorbereidingen

Op de afdeling Dagbehandeling
Het dikkedarmonderzoek vindt in principe plaats met een roesje, ook wel sedatie genoemd. Dit zorgt ervoor dat u tijdens het onderzoek slaperig bent. U krijgt ook een pijnstillend middel. In combinatie met het slaapmiddel vermindert dit de pijn en eventuele angst en spanning. Achteraf herinnert u zich misschien niet meer zo goed wat er precies gebeurd is. Met een roesje kunt u een onderzoek beter verdragen. U wordt ter voorbereiding opgenomen op de afdeling Dagbehandeling. Hier vinden enkele aanvullende voorbereidingen plaats. U krijgt een infuusnaald voor het toedienen van het roesje. Zo nodig krijgt u een klysma (darmspoeling). Vervolgens gaat u (in bed) naar de afdeling Endoscopie. Als het onderzoek klaar is, gaat u weer naar de dagbehandeling terug en krijgt u een boterham en wat te drinken. Het onderzoek duurt ongeveer 20 tot 30 minuten. Reken erop, dat u ongeveer 2,5 tot 3 uur in het ziekenhuis bent.

Op de afdeling Endoscopie
Als alleen het laatste deel van de dikke darm wordt bekeken heet dat een sigmoïdoscopie. Dit gebeurt poliklinisch en meestal zonder toediening van een slaapmiddel. De dag van het onderzoek meldt u zich op de afgesproken tijd op de afdeling Endoscopie. Daar wordt het onderzoek uitgevoerd.

Gang van zaken tijdens het onderzoek

Het onderzoek wordt gedaan door een maag-darm-leverarts, physician assistant of een chirurg. 

Op de onderzoekskamer worden voorafgaand aan het onderzoek uw patiëntgegevens gecheckt. Dan vragen we u de resterende onderkleding uit te doen en met opgetrokken knieën op uw linkerzij in bed te gaan liggen. U krijgt het roesje via het infuusnaaldje. Tijdens het onderzoek houden we uw bloeddruk, zuurstofgehalte en hartslag in de gaten. Vervolgens wordt via de anus de endoscoop voorzichtig in de endeldarm gebracht Daarna wordt het instrument geleidelijk steeds verder de dikke darm ingeschoven. Om een beter zicht te krijgen op de darmwand kan via de endoscoop lucht in de darm worden geblazen. Hierdoor gaat de darm wijder openstaan en kan het slijmvlies dat de darmwand bekleedt beter worden bekeken. Door het invoeren van de lucht (CO2) kunt u wat pijnlijke darmkrampen krijgen. Waarschijnlijk moet u hierdoor ook wat winden laten. Dit is heel normaal, dus niet iets om u voor te schamen. Houd de lucht niet op, want hierdoor krijgt u meer last van pijnlijke krampen.

Het is mogelijk dat u tijdens het onderzoek wordt gevraagd om op uw rug, buik of rechterzij te gaan liggen. Om de endoscoop goed te sturen, wordt deze regelmatig kleine stukjes teruggetrokken voor hij verder wordt ingeschoven. De arts kan ook een endoscopie-verpleegkundige vragen om met de handen op bepaalde plekken van uw buik druk uit te oefenen om te zorgen dat de endoscoop niet in vervelende bochten gaat liggen.  

Bij een coloscopie wordt de endoscoop meestal tot aan de dunne darm opgevoerd. Bij een sigmoïdoscopie wordt de endoscoop ongeveer 50 centimeter de dikke darm ingeschoven. Daarna wordt de endoscoop geleidelijk teruggetrokken, waarbij de darmwand nauwkeurig geïnspecteerd wordt.

Extra ingrepen

Als de arts het nodig vindt, kan hij tijdens het onderzoek een stukje weefsel (een biopt) wegnemen voor verder onderzoek of een andere handeling verrichten. U voelt hier niets van. Wordt een stukje weefsel (een biopt) weggenomen, dan wordt u dit altijd verteld. Als het weefsel is onderzocht en de resultaten bekend zijn, wordt het na een bepaalde periode (de bewaartermijn) vernietigd. Soms kan overgebleven weefsel gebruikt worden voor wetenschappelijk onderzoek. Het weefsel wordt voor dat doel dan geanonimiseerd. Dat betekent dat niemand kan zien dat het van u afkomstig is. Heeft u bezwaar tegen gebruik van uw weefsel voor wetenschappelijk onderzoek? Dan kunt u dat kenbaar maken bij de maag-darm-leverarts voorafgaand aan het onderzoek.   

Na het onderzoek

Na het onderzoek wordt u teruggebracht naar de afdeling Dagbehandeling. De verpleegkundige vertelt u wanneer u weer mag eten en drinken. Zij overlegt ook met u wanneer u opgehaald mag worden. Als u een roesje heeft gehad, dan mag u tot de volgende ochtend 08.00 uur niet meer zelfstandig deelnemen aan het verkeer.

De uitslag

De voorlopige uitslag van het onderzoek krijgt u mee op papier. Er staat ook nog een afspraak gepland om de definitieve uitslag en een eventueel vervolgplan te bespreken.

Risico’s en complicaties

Een coloscopie is een veilig onderzoek. Toch kunnen er complicaties optreden, zoals een bloeding. Ook kan er tijdens het onderzoek een scheurtje (perforatie) in de darmwand ontstaan. Als er tijdens het onderzoek aanvullende behandelingen worden uitgevoerd, zoals het verwijderen van poliepen, is de kans op complicaties groter. Deze complicaties worden meestal tijdens het onderzoek behandeld. Soms wordt u eerst wakker en wordt dan met u besproken hoe de complicatie wordt behandeld.

Complicaties kunnen ook thuis optreden, tot tien dagen na het onderzoek. Neem contact met ons op als u na het onderzoek klachten krijgt, zoals heftige buikpijn, verlies van helder rood bloed of hoge koorts. Het kan zijn dat u naar de Spoedeisende hulp in Utrecht moet komen. Als het nodig is nemen we u op in het ziekenhuis.

Naar huis

Na het uitslapen mag u weer naar huis. Hoe lang het uitslapen duurt, is afhankelijk van de sedatie of roesje dat is gebruikt.

Nazorg en vervoer

  • Na het onderzoek kunt u wat pijn hebben, meestal als gevolg van krampen door de ingeblazen lucht. Hoe sneller u de lucht kwijt raakt, hoe eerder de pijn afneemt. Warmte op de buik kan verlichting geven.
  • U mag na het onderzoek weer eten en drinken wat u gewend bent.
  • Na het onderzoek kan het enkele dagen duren voor u weer een normaal ontlastingspatroon heeft.
  • Is het onderzoek met een slaapmiddel uitgevoerd? Neem dan tot de volgende ochtend 8.00 uur niet meer zelfstandig aan het verkeer deel (zie 'vervoer' eerder in deze folder).
  • Ook adviseren wij u de eerste 12 uur na het onderzoek geen alcohol te gebruiken. De combinatie van het slaapmiddel en alcohol kan een negatieve invloed hebben op uw reactievermogen en uw rijgedrag.

Problemen thuis

Als u na het onderzoek meer buikpijn en/of koorts krijgt, moet u onmiddellijk uw behandelend arts waarschuwen. Dit kan via de afdeling Endoscopie of de polikliniek Chirurgie, afhankelijk van bij welke arts u onder behandeling bent. Zijn er biopten of poliepen weggenomen, dan kunt u de eerste tijd een beetje bloed verliezen via de anus. Dit is niet ernstig, tenzij het bloeden heviger wordt. In dat geval moet u ook meteen contact opnemen met uw behandelend arts. Dit kan: 

  • binnen kantooruren via de afdeling Endoscopie (088 250 5474) of de polikliniek Chirurgie (088 250 5333);
  • buiten kantooruren via de Spoedeisende hulp (088 250 6211).

Verdiepende informatie

Hieronder vindt u meer informatie over de aandoeningen die met dit onderzoek kunnen worden opgespoord.

Divertikels
Dit zijn kleine onschuldige uitstulpingen in de wand van de dikke darm. Meestal geven divertikels geen klachten, maar ze kunnen wel gaan ontsteken als er ontlasting en bacteriën in achterblijven. Dan spreken we van diverticulitis. Dit kan gepaard gaan met koorts, hevige buikpijn, diarree en braken. Divertikels komen vrijwel niet voor bij mensen die jonger zijn dan 30 jaar. De kans neemt toe bij het ouder worden.

Poliepen
Dit zijn kleine, meestal goedaardige gezwelletjes die onder andere in de dikke darm kunnen voorkomen. Ze kunnen verschillende vormen hebben: plat, bol, als een paddenstoel of een knop. Ze variëren in grootte van enkele millimeters tot enkele centimeters. Kleine poliepen geven meestal geen klachten, maar als ze groter worden kan de ontlasting veranderen en kan er bloed bij zitten. Sommige poliepen kunnen op den duur kwaadaardig worden. Daarom worden in principe alle poliepen verwijderd en opgestuurd naar de afdeling Pathologie voor onderzoek onder de microscoop.

Darmkanker
Kanker van de dikke darm en de endeldarm komt veel voor, zowel bij mannen als bij vrouwen. Hierbij gaat het om kwaadaardige gezwellen in de darmwand. Klachten die kunnen optreden zijn: bloed bij de ontlasting, buikpijn en bloedarmoede. Soms zijn er echter geen klachten. Mensen waarbij dikke darmkanker in de familie voorkomt, hebben een vergrote kans op deze ziekte. Hetzelfde geldt voor mensen met een bepaald soort darmpoliepen en chronische darmontstekingen.

Chronische ontsteking
De ziekte van Crohn en colitis ulcerosa zijn chronische ontstekingen van de darm(en). Kleine zweertjes en abcessen in de darmwand kunnen ontstekingsreacties geven die soms hevig zijn en gepaard gaan met ernstige diarree, soms met bloed en pus. Er zijn periodes zonder klachten, tot het moment dat de ontsteking weer opvlamt. De oorzaak van deze ziekten is niet bekend.

Vragen

Heeft u vragen of zijn er dingen onduidelijk dan kunt u contact opnemen met de afdeling Endoscopie of de polikliniek Chirurgie (afhankelijk van bij welke arts u onder behandeling bent). Voorafgaand aan het onderzoek kunt u ook altijd nog vragen stellen.

(Patiënten)organisaties

Meer informatie vindt u op de website van de Maag Lever Darm Stichting.

Telefoonnummers

Afdeling Endoscopie
088 250 5474

Polikliniek Chirurgie Utrecht
088 250 5333

Spoedeisende hulp Utrecht
088 250 6211

Opmerkingen over de tekst

Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].

Bijgewerkt op: 23 juni 2023

Code: MDL07