Translate website
Disclaimer
Nederlands: U vraagt Google Translate Services om onze teksten te vertalen. Daardoor kunnen er fouten in de teksten zitten. Automatische vertalingen zijn niet perfect, ons ziekenhuis is niet verantwoordelijk voor mogelijke vertaalfouten. Heeft u vragen over uw gezondheid? Neem dan altijd contact op met uw arts.
Meer weten? Lees de toelichting vertaalbeleid
English: You ask Google Translate Services to actively translate our texts. Therefore they may contain errors. Automatic translations are not perfect. Diakonessenhuis is not responsible for possible translation errors. Do you have questions about your health? Then always contact your doctor.
Want to know more? Read the explanation of translation policy
Nierstenen: onderzoek en behandeling
U bent verwezen naar de Polikliniek Urologie van het Diakonessenhuis in verband met verdenking op nierstenen. In deze folder leest u wat u van uw bezoek(en) aan het ziekenhuis kunt verwachten. Ook vindt u informatie over nierstenen, de onderzoeken die we doen en de behandelingsmogelijkheden.
Wat zijn nierstenen?
Het urinewegstelsel
Om te begrijpen wat een niersteen is, is het goed om iets te weten over het urinewegstelsel.
- De nieren liggen onder de ribben, aan de achterzijde van het lichaam. Ze filteren afvalstoffen uit het bloed. Na het filteren blijft er water met afvalstoffen over: urine.
- De urine stroomt via de urineleiders (ureter) naar de blaas.
- De blaas slaat de urine op. Als u plast, perst de blaas de urine door de plasbuis (urethra) naar buiten. Dit stelsel werkt hetzelfde voor zowel mannen als vrouwen.
Bekijk ook de video over de werking van de nieren
Hoe ontstaat een niersteen?
In de urine zitten afvalstoffen en overtollige mineralen. Deze plast u normaal gesproken uit. Als er te veel afvalstoffen en mineralen in de urine zitten, kunnen deze een kristal vormen. Als u de kristallen niet uitplast, kunnen deze in de nier uitgroeien tot nierstenen.
Welke klachten geeft een niersteen?
Zolang de niersteen nog in de nier zit, zult u hier meestal weinig of geen klachten van ondervinden. Zodra de steen de nier verlaat, gaat hij via de urineleider naar de blaas. Via deze weg kan de niersteen het lichaam verlaten. Bij kleine nierstenen kan dit zonder klachten gebeuren.
Als de niersteen niet door de urineleider past, kan deze de urineleider blokkeren. De urine kan dan niet meer naar de blaas en stroomt terug naar de nier. Dit geeft erge druk- en pijnklachten in de zij, onderbuik of zijkant van de buik. Dit noemen we ook wel kolieken.
Andere klachten zijn:
- bewegingsdrang
- overmatig zweten
- misselijkheid en braken
- bloed in de urine
- als de steen zorgt voor een infectie kan er hoge koorts ontstaan met soms koude rillingen
Uw afspraak op de polikliniek
Voorafgaand aan uw afspraak op de polikliniek, krijgt u een aantal onderzoeken (zie kopje 'Welke onderzoeken doen we?'). Op de polikliniek heeft u vervolgens een gesprek met de uroloog. Deze bespreekt met u de uitslagen van de onderzoeken en de behandelopties (zie kopje 'Welke behandelingen zijn er mogelijk?').
Welke onderzoeken doen we?
Om vast te stellen of u een niersteen heeft, doen we de volgende onderzoeken.
- Bloedonderzoek. Hierbij kijken we naar de hoogte van het kreatinine, een afvalstof die iets vertelt over de werking van de nieren. Hoe hoger het kreatinine, hoe minder de werking van de nieren. Als een nier de urine niet kan afvoeren, loopt het kreatinine snel op en kan er nierschade ontstaan.
- Urineonderzoek. Hierbij kijken we naar sporen van rode bloedcellen in de urine. De aanwezigheid van rode bloedcellen kan wijzen op nierstenen.
- Radiologisch onderzoek. Dit kan een CT scan, echografisch onderzoek of een röntgenfoto van de buik zijn. Een niersteen is met radiologisch onderzoek vaak goed te vinden. Meer informatie vindt u in de folders:
Een arts beoordeelt de uitslagen en bespreekt deze met u.
Welke behandelingen zijn er mogelijk?
De behandeling van een niersteen hangt af van:
- de plek van de steen
- de grootte van de steen
- de klachten die de steen geeft
- de uitkomsten van het bloed- en urineonderzoek
Uw arts bespreekt met u welke behandeling voor u het beste is. Hieronder leest u wat de mogelijkheden zijn.
Afwachten
Soms adviseren we om af te wachten. Dit gebeurt meestal alleen bij stenen onder de 5 millimeter. In een poging om de steen op te vangen kunt u uw urine zeven. Besluit u in overleg met de uroloog tot afwachten? Of bent u in afwachting van een ingreep? Naast (pijn)medicatie kunt uw klachten verlichten met een kruik, warm bad of een warme douche. De ontspanning die dit geeft, leidt soms tot een spontane lozing van de steen.
(Pijn)medicatie
Bij afwachten schrijven we vaak pijnstilling voor en/of medicatie die de urineleider wat kan ontspannen. Dit kan helpen om de steen pijnloos en makkelijker uit te plassen. Zie voor meer informatie over de behandeling met medicatie: Behandeling van koliekpijn bij een urinesteen | Diakonessenhuis
Niersteenvergruizing
Bij niersteenverguizing worden de nierstenen met uitwendige schokgolven vergruisd tot hele kleine deeltjes. Dit gebeurt met een niersteenvergruizer. Of de niersteen geschikt is voor behandeling met de vergruizer, hangt af van de plek, grootte en hardheid van de steen. Dit wordt bepaald na radiologisch onderzoek. De niersteenvergruizing is een radiologische ingreep die plaatsvindt op de afdeling Radiologie. Meer informatie vindt u in de folder: Niersteenvergruizing | Diakonessenhuis
Ureterorenoscopie (URS), behandeling via de plasbuis
De ureterorenoscopie is een ingreep die plaatsvindt op de operatiekamer. De uroloog gaat met een dun hol kijkinstrument via de plasbuis en de blaas de urineleider in. Als de niersteen gevonden is, wordt deze met een korfje gepakt en verwijderd. Een grote steen wordt eerst kleiner gemaakt met een laser. Meer informatie vindt u in de folder: Ureterorenoscopie (URS) | Diakonessenhuis
Urineleider verwijden met een JJ-katheter
Een JJ-katheter is een dun slangetje dat van de nier naar de blaas loopt. Aan beide uiteinden van de katheter zit een krul. De ene krul ligt in de nier, de andere in de blaas. Met een JJ-katheter houden we de urineleider open zodat de urine altijd van de nier naar de blaas kan lopen. De JJ-katheter zorgt er ook voor dat de urineleider wijder wordt, waardoor kleine niersteenfragmenten makkelijker kunnen passeren. Meer informatie vindt u in de folder: Plaatsen van een JJ-katheter | Diakonessenhuis
Percutane nefrolitholapaxie (PNL), behandeling door de huid heen
Grote stenen die we niet met een ureterorenoscopie kunnen behandelen, kunnen met een PNL verwijderd worden. Bij deze ingreep prikken we de nier door de huid heen aan met een naald. Vervolgens brengen we een hol buisje in de nier. Via dit buisje verwijderen we de niersteen. Na deze ingreep blijft soms tijdelijk een JJ-katheter achter met soms ook een uitwendige nier-drain. Meer informatie vindt u in de folder Behandeling van een grote niersteen (percutane nefrolitholapaxie) | Diakonessenhuis
Voorkomen van een nieuwe niersteen
Als u een niersteen heeft gehad, heeft u helaas een grote kans op een nieuwe niersteen. Deze kans is 50% binnen tien jaar. U kunt deze kans kans verkleinen met de volgende leefregels:
- Drink voldoende zodat u ongeveer 2 liter per dag plast. Het belangrijkste is dat de urine helder en licht geel van kleur is.
- Eet minder dierlijke eiwitten. Dit zit vooral in vlees
- Eet minder zout
- Eet regelmatig citrusvruchten zoals mandarijnen, sinaasappels en grapefruit. Citrusvruchten maken de urine iets zuurder. Dit kan de aanmaak van nierstenen voorkomen.
Opmerkingen over de tekst
Vindt u iets onduidelijk beschreven? Of ontbreekt er informatie? Dat horen wij graag. U kunt opmerkingen over de tekst doorgeven via [email protected].
Bijgewerkt op: 30 mei 2025
Code: URO58